De taal op vrachtbrieven.
Herhaaldelijk komen bij de Redactie klachten in van handelaars, die door spoor- of postambtenaren gedwongen worden de vrachtbrieven van naar België te verzenden goederen in het Fransch in te vullen.
In het twee-wekelijksch blad In- en Uitvoer, uitgave van het Internationaal bureau ter bevordering van handel en nijverheid, lezen we omtrent de verzendingsbepalingen het volgende:
Het Buitenlandsch Goederenvervoer tusschen de verschillende Europeesche Staten is geregeld door de bepalingen der Internationale Overeenkomst omtrent het goederenvervoer per Spoorweg, vastgesteld te Bern, 14 October 1890.
Artikel 6 van deze overeenkomst behandelt den inhoud en vorm van den vrachtbrief. In de uitvoeringsbepalingen van dit artikel komt o.m. voor:
De vrachtbrief moet, zoowel wat het gedrukte als het geschrevene gedeelte betreft, in het Fransch of in het Duitsch opgesteld zijn.
Indien de officieele taal van het land, waarin zich het station van afzending bevind, noch Duitsch, noch Fransch is, kan de vrachtbrief opgemaakt worden in de officieele taal van dit land, mits hij van het geschrevene gedeelte eene nauwkeurige vertaling in het Fransch of in het Duitsch bevatte.
Het blijkt dus, dat wij de vrachtbrieven wel degelijk in onze eigene taal mogen invullen, mits er slechts eene behoorlijke vertaling bij gaat.
Ieder lid brenge ten minste twee nieuwe leden per jaar aan!