Onderlinge samenwerking der Jongelieden-Afdeelingen.
(Ter aanbeveling aan de Besturen dezer Afdeelingen).
Reeds is veel over dit punt gesproken en geschreven. Veel moeite is gedaan om de meening hierover van de verschillende Jongelieden-Afdeelingen te verkrijgen. Veel moeite, want gemakkelijk ging het niet, voldoende inlichtingen bijeen te garen, door de weinige vriendschap welke er tusschen de Afdeelingsbesturen bestaat, waardoor de plannen van den een wel eens met wantrouwen door den ander werden ontvangen. De eene Jongelieden-Afdeeling weet gewoonlijk niet meer van de andere, dan dat zij bestaat en wat men leest in een kort Neerlandiabericht. Van eene samenwerking zooals die in menig Verbond tot voordeel van alle Afdeelingen. zooals de praktijk uitwijst, bestaat, was geen sprake.
Een stap in de goede richting is verleden jaar gedaan, toen het Groepsbestuur een Centrale Commissie uit Jongelieden-Afdeelingen benoemde en de opdracht gaf, het Jongel.-Afd.-vraagstuk te bestudeeren.
Bij den arbeid van deze commissie is gebleken, dat alle Jongel.-Afd. in beginsel met het denkbeeld ‘onderlinge samenwerking’ waren ingenomen, ofschoon in de opvattingen, hoe deze tot stand te brengen, enkele verschillen bestonden. Het was echter wel te verwachten dat eene dergelijke commissie, die uit den aard der zaak bestaat uit jongelieden, die om studie of andere redenen toch hunne krachten niet zoo lang kunnen geven, dezen eenigszins omvangrijken arbeid niet tot een einde zou kunnen brengen.
Er moet dus een anderen weg gezocht worden, en ondergeteekende is van meening, dat de Jongel.-Afd. met niet te veel moeite zelf de handen aan 't werk kunnen slaan, en dat ook zonder eene Centrale Commissie de samenwerking kan verkregen worden, al is het misschien langs minder vluggen weg. De besturen der Afdeelingen kunnen zelf zooveel medewerken, door zich onderling met elkaar in verbinding te stellen. Dit zou b.v. als volgt kunnen geschieden:
Zoodra eene vergadering, algemeene zoowel als huishoudelijke, heeft plaats gehad, zendt de schrijfster(ver) een verkort verslag, of, zoo men wil, een uittreksel van de notulen aan de verschillende Afdeelingen, die dan de ontvangen mededeelingen in de eerstvolgende ledenvergadering behandelen.
Voor de schrijfster(ver) die toch de aanteekeningen van eene vergadering tot notulen moet uitwerken is het een geringe moeite nog even een verkort verslag te maken, dit te hektografeeren en op te zenden. Ieder bestuur en daarna Afdeeling zal daartoe op de hoogte blijven van de handelingen der andere Afdeelingen; niet alleen zal hierdoor een band tusschen de Afdeelingen worden gelegd, doch tevens kan men hierdoor eigen werkwijze toetsen aan die van anderen, wat toch zeker tot vooruitgang van de Afdeeling kan leiden.
Evenzoo kan gezamenlijk worden opgetreden, waar het betreft sprekers te vragen om voor de Afdeeling voordrachten te houden. Niet alleen heeft dit het voordeel, dat allen over dezelfde onderwerpen worden ingelicht en daardoor onderling beter van gedachten kunnen wisselen (ook daartoe eerder komen) maar ook het geldelijke van de zaak zal er niet slecht bij varen.
Nog iets is er, dat voor het doel zeer veel nut kan hebben.
Een of tweemaal per jaar worde een algemeene vergadering voor alle jongelieden belegd. Eene dergelijke vergadering (waarvan de leiding zou kunnen worden opgedragen aan een commissie uit Jongel.-Afd. besturen), waar Noord en Zuid en Oost en West bijeenkomt, zal niet het minste ertoe bijdragen, den reeds door de besturen gelegden band nauwer aan te halen, omdat allen zich één zullen voelen als Nederlanders, strijdend voor één doel!
Het is daarom, dat ondergeteekende den Jongel.-Afd. besturen in overweging geeft, het volgende voorstel over te nemen en in de Afdeelingen te behandelen:
‘Het bestuur der Jongel.-Afd., met het denkbeeld om te komen tot meerdere samenwerking onder de Jongel.-Afd. onderling instemmende, stelt de Afdeeling voor het bestuur te machtigen de medebesturen van de handelingen van de Afdeeling op de hoogte te houden en de noodige verdere stappen te doen, opdat de eenmaal gelegde band niet verbroken worde.’
Aan de Afd. besturen dan de taak ervoor te zorgen, dat dan stipt de hand worde gehouden aan het eens voorgenomene, om te komen tot verwezenlijking van het doel waarvoor dit geschreven werd en tot instandhouding en bloei der Jongel.-Afdeelingen!
W.G. SCHEER,
lid der Jongel.-Afd. te Haarlem.
Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd