Barcelona.
Uit een brief van den heer Ary Kriens, vertegenwoordiger van het A.N.V.:
Het aantal Nederlanders hier is zeer klein; zij hebben allen hard voor hun bestaan te werken; en door den weinigen vrijen tijd, het verschil van beroep en het feit, dat bijna allen gehuwd zijn met vrouwen van vreemden landaard, de vrouwen verschillend van opvoeding en verschillend denkend, en bijna allen kinderloos zijn, bestaat er geen onderling verkeer. De enkele kinderen spreken de taal hunner moeders, in dit geval Spaansch. Mijne vrouw is de eenige geboren Nederlandsche en onze nog jonge kinderen de eenige Nederlandsch sprekende en Nederlandsch denkende kinderen, zij gingen herhaaldelijk in de zomermaanden naar Nederland.
Losloopende Nederlandsche jongelui, o.a. uitverkorenen van de Vereeniging ‘Het Buitenland’, komen hier slechts enkele maanden om de taal te leeren. Zich hier een bestaan te scheppen is zeer moeilijk.