Parijs.
In Nederland heeft zich een commissie gevormd, die hare zorgen zal wijden aan een Nederlandsch-Indische tentoonstelling, in 1914 te Parijs te houden.
Bij de eerste samenkomst dezer commissie wees de voorzitter, Jhr. Mr. P. Teding van Berkhout, erop, hoe twee jaren geleden Duitschland te Parijs een tentoonstelling heeft gehouden van soortgelijke strekking als Nederland zich thans voorstelt en die toen niet alleen een succes is geweest voor de Duitsche kunstnijverheid, maar ook aan haar belangrijke geldelijke voordeden heeft opgeleverd. Ons kleine land behoeft op dit gebied niet voor Duitschland onder te doen, ja mag geacht worden zelfs boven Duitschland te staan. Daarom is de tijd aangebroken om door het houden eener eerste klasse tentoonstelling te Parijs te toonen wat Nederland en zijn Koloniën op het gebied van het kunstambacht en de kunstnijverheid in het algemeen vermogen. Men was in dit denkbeeld nog versterkt door het bijzonder succes dat Nederland, vooral op dit gebied, is ten deel gevallen op de laatst gehouden Brusselsche tentoonstelling.
* * *
De Nederlandsche Vereeniging te Parijs heeft 10 Februari een feestmaaltijd gegeven, gevolgd door een ontvangavond.
Ruim een veertigtal personen, onder wie verscheidene dames zaten aan den feestdisch aan.
Op den ontvangavond speelde Joseph Holman op de cel en David Blitz op de piano. Mevr. De Neuville en mej. Maria Cardellini zongen liederen.
Het feest is zeer geslaagd.