Ned. K.v.K. in Amerika.
Wij ontvingen het zeer belangrijke achtste jaarverslag van de Nederlandsche Kamer van Koophandel in Amerika, goedgekeurd in de jaarvergadering van 20 Mei l.1., in welke bijeenkomst een motie van dank aan den afgetreden voorzitter, de heer D.G. Boissevain, werd aangenomen. Tevens werd besloten de kwestie van een twee-(Am.)cents-briefport tusschen Amerika en Nederland ter behandeling en afdoening te verwijzen naar het Dag. Bestuur der Kamer.
Het verslag van den secretaris, den heer T. Greidanus, begint met hulde te brengen aan den afgetreden voorzitter, den heer Boissevain, die sedert de stichting der Kamer in 1903 haar leider is geweest en gedurende dien tijd voortdurend trouw geholpen heeft om van deze Kamer een nuttige instelling te maken. Dat deze onvermoeide werkzaamheden voor de Nederlandsche belangen, ook in Holland niet onopgemerkt bleven, bleek enkele jaren geleden toen H.M. Koningin Wilhelmina hem de orde van officier der Oranje-Nassau schonk.
De Kamer bestond uit 249 leden, of 20 leden meer dan het vorig jaar. Het aantal donateurs vermeerderde met één, die een gift van 40 dollars schonk, welk bedrag gestort werd in het reservefonds, dat thans 862.50 dollars bedraagt.
In de vergadering van 25 Maart l.l. werd o.m. de groote wenschelijkheid uitgesproken van de benoeming van een Nederlandsch beroepsconsul te San Francisco, Californië, met het oog op de opening van het Panama-kanaal in 1915.
Met ingenomenheid maakt het verslag melding van de benoeming van den heer A. van de Sande Bakhuizen tot Consul der Nederlanden te Nieuw-York.
Het vermeldt uitvoerig de pogingen door het Dag. Bestuur der Kamer gedaan in verband met de moeilijkheden, den invoer van stroohoeden uit Curaçao door het invoerrechten-kantoor te Nieuw-York in den weg gelegd. Die moeilijkheden kwamen voort uit het feit, dat handelaren meermalen echte Panama-hoeden als Curaçaosche hoeden invoerden om ze lager te kunnen aangeven. De kwestie is nog niet geheel opgelost.
De Kamer heeft een onderzoek ingesteld naar den invoer van Hollandsch fokvee in Amerika, waarbij bleek dat dit vee zeer in trek is en dat men bereid is hooge prijzen te betalen voor rasechte fokbeesten. In verband met het heerschen van mond- en klauwzeer in ons land, is thans echter de invoer van Nederlandsch vee verboden. De Kamer meent evenwel dat het mogelijk is een overeenkomst tusschen beide regeeringen te treffen, waarbij de invoer van ziektevrije beesten wordt toegestaan.
Gedurende 1910, aldus het verslag, begon een uittocht van Nederlandsche landbouwers uit Holland naar de Vereenigde Staten, die in de lente van 1911 zich belangrijk uitbreidde, en welke trek naar het Westen naar alle verwachting nog wel eenigen tijd zal aanhouden.
De vraag is echter, zoo besluit het na eenige mededeelingen over deze landverhuizing, of de waarde van den grond in het Westen thans niet zulk een hoogte bereikt heeft dat het voordeel van zulk bezit meer of minder twijfelachtig wordt in vergelijking met plaatsen in het Oosten.
In aansluiting aan hetgeen in een vorig jaarverslag is vermeld over de invoerrechten op hyacinthenbollen uit Holland, deelt het verslag thans mede, dat het Invoerrechten-Hof van Beroep der Vereenigde Staten in zijn zitting van 1 Mei heeft bepaald dat deze bollen tegen het lage tarief van 0.50 dollar per 1000 planten zullen worden toegelaten.