Nederlandsche volksliederen op draaiorgels
De oproep van Ds. Loosjes heeft gevolg gehad. Het Amsterdamsche dagblad De Echo maakte reclame voor het denkbeeld en stelde zich met ons in verbinding.
De ijverige secretaris der Afdeeling Amsterdam, de heer S. van Lier, had met den heer A. Schabeek, hoofdredacteur van De Echo en den heer Warnies, de orgelspecialiteit der hoofdstad, een samenkomst, waarin besloten werd tot het nemen van een proef, als het A.N.V. die wilde bekostigen.
In de bestuursvergadering van Groep Nederland, de vorige maand te 's-Gravenhage gehouden, is het geld voor die proefneming beschikbaar gesteld, en een deskundige commissie benoemd, bestaande uit de dames Cath. van Rennes (Utrecht), Cato Scholten (Rotterdam) en den heer Bernard Zweers (Amsterdam), om voorloopig twee liederen te kiezen en op de zetting toezicht te houden.
Zoodra de keuze heeft plaats gehad, zullen de kartons worden vervaardigd voor drie orgels.
De voor het plan zoo geestdriftig gestemde Echoredactie heeft aangeboden de liedjes in een reusachtige oplaag te verspreiden.
Intusschen is ons uit een mededeeling in de Varende Zanger gebleken, dat de Limburgsche Vereeniging voor den Volkszang reeds 10 liederen uit het bekende bundeltje ‘De Leeuwerk’ op karton heeft laten zetten, die voor betrekkelijk geringen prijs verkrijgbaar worden gesteld.
Het zijn: Lied van den Molenaar, De Kleinste, Het lied van Limburgs Steden, Het Hutje bij de Zee, Wij willen Holland hou'en, Ring-king, Een Kind van Holland, Limburg mijn Vaderland, Een nieuw lied van een meisje en een schipper, 'k Heb mijn wagen volgeladen.