Japanners met Nederlandsche namen.
De heer H. Doeff schrijft in De Indische Kroniek een artikel over Holland en Japan en vertelt daarin onder meer over de gewoonte die er omstreeks 1822 te Jedo onder de Japanners bestond, om een Nederlandschen naam aan te nemen.
De vorst van Nakatsoe (een landschap op het eiland Kioesjoe), een niet onverdienstelijk taalgeleerde, die o.a. een Nederlandsch-Japansch woordenboek heeft samengesteld, waarvan een exemplaar in het bezit van de firma Brill te Leiden is, heeft, zooals uit de nagelaten geschriften van den Nederlandschen vertegenwoordiger Doeff blijkt, herhaalde malen verzocht om hem een Nederlandschen naam te geven. Doeff noemde hem toen Frederik Hendrik en de vorst gebruikte dien naam zeer veel.
Doeff's opvolger, Cock Blomhof te Jedo, vroeg hij ook een zijner zoons Hollandsche namen te schenken. Maurits noemde Blomhof hem, terwijl hij twee der vrouwen van den vorst herdoopte in Carolina Vrolijk en Charlotte Blom. Een der dienaren kwam Jacobus Paraselsua te heeten, deze was geneesheer; twee andere dienaren ontvingen de teekenende namen van Gerrit Pasop en Pieter Hart.