Hollandsch in de wetten.
Het eigenaardige geval doet zich voor, dat in den laatsten tijd van Engelschen of van verengelscht Afrikaanschen kant, in alle geval van de zijde der unionisten, de partij der oppositie, in den Volksraad gepleit wordt voor zuiverder Hollandsch in de wetsontwerpen.
Was het hun te doen om het Hollandsch verdacht te maken, door bij menschen, die het niet of onvoldoende kunnen beoordeelen, den indruk te wekken, dat het Hollandsch voor de taal der wet ongeschikt is? Of wilden zij het vertrouwen in den Hollandschen tekst der wet schokken, opdat meer en meer de Engelsche tekst als de eenig betrouwbare zou gelden? Eenige sprekers namen de gelegenheid te baat, in de beraadslaging de meening te verkondigen, dat het Hollandsch in Zuid-Afrika een vreemde taal is en de bevolking niets heeft aan dien Hollandschen tekst dien zij toch niet verstaat.
Minister Hertzog sprong weer voor het Hollandsch in de bres. Hij erkende, dat de Hollandsche tekst van wetsontwerpen fouten vertoonden, schoon niet zooveel noch zoo erg, als de tegenpartij voorgaf. Hij schreef het toe aan de overmaat van werk, die de vertalers hadden gehad. Maar dat zou beter worden. In alle geval moesten beide teksten van een wet evenveel waarde hebben. Daarom wees hij ook het voorstel van een unionist af om te verlangen, dat de Hollandsche tekst woordelijk identiek zou wezen met den Engelschen. Dat was een onzinnige eisch, zeide hij. Niet de woorden, maar de inhoud moest dezelfde wezen.
Het voorstel werd ten slotte aangenomen, na de wijziging, dat de beteekenis van de twee teksten identiek moet wezen. De beraadslaging heeft misschien het nut gehad, dat er voortaan aan den Hollandschen tekst van wetsontwerpen meer zorg wordt besteed.
In den Senaat was het weer een van de Engelsche partij - de bekende Sir John Fraser uit den Vrijstaat - die aanmerking had op den Hollandschen tekst van een wet. In de nieuwe gevangeniswet wordt n.l. het woord ‘tronk’ gebruikt. Dat noemde hij een verbastering van het Engelsche ‘trunk’. Daarop dient hem Ons Land:
‘Professor Le Roux, van Pretoria, die geraadpleegd werd, toont aan op gezag van professor dr. Hesselings werk, dat de afleiding van tronk van het Portugese woord “tronco” komt, het blok, waarin misdadigers vastgezet waren, welk woord geleidelik door verwisseling werd toegepast op het gebouw, waarin de gevangenen vastgezet werden. Een dergelijke verwisseling heeft plaatsgevonden met het woord “stok”, Engels “stocks”, nog gevonden in het woord “stokbewaarder”. Eerst werd het toegepast op de “stocks”, waarin de gevangene vastgezet werd, en later op het gebouw waar hij vastgehouden werd. De Engelse woordeboeken geven het woord “trunk” niet. De oude tronk, die aan de voet van de “Heerengracht” te Kaapstad stond, werd in Engels de “trunk” genoemd en zo is blijkbaar het Kaaps Engels gebruik ontstaan. Het Engels zou dus een verbastering van het Hollands zijn en niet het tegenovergestelde.’