Schout.
Zoo men weet heeft het Hoofdbestuur van het A N.V. adressen gezonden aan den Minister van Koloniën en de Staten-Generaal om het woord schout te handhaven in de benamingen van de Indische politie. Van het Departement van Koloniën kwam bericht, dat in de Memorie van Antwoord op het Voorloopig Verslag betreffende het ontwerp der Indische begrooting (blz. 24) de reden is medegedeeld, waarom de titel schout bij de herinrichting van het politiewezen in Nederlandsch Indië moet vervallen.
Ter plaatse, in het Ministerieel schrijven aangeduid, leest men: ‘De titel van schout dient in de hoofdplaatsen Batavia, Meester-Cornelis, Semarang en Soerabaja te vervallen, wijl de hoofdcommissarissen en commissarissen van politie hier een hooger aanzien zullen moeten genieten dan thans, naar Indische opvatting, aan den schoutstitel wordt toegekend. Ook buiten de vier hoofdplaatsen moet dientengevolge deze benaming verdwijnen, daar het verband van de gouvernementspolitie in de binnenlanden met die in genoemde hoofdplaatsen niet toelaat om gelijksoortige functies door verschillende namen aan te duiden.’
Het betoog is niet overtuigend, om het feit te rechtvaardigen, dat de vreemde indringer met open armen gastvrij wordt binnengehaald, en de verwaarloosde landzaat buiten de deur gezet. Heeft de betrekking, waaraan de titel van schout verbonden was in den in den loop der tijden haar aanzien verloren door mindere strengheid bij de keus der personen, of het stellen van lagere eischen voor de vervulling dier betrekking, dat aanzien, zou men zoo nuchter weg zeggen, is terug te winnen, door het ambt gewichtiger te maken, aanlokkelijk voor personen van rijpere studie, uit de betere klassen der maatschappij. De vreemde benaming zou nog te verontschuldigen zijn, wanneer de titel van schout voor een anderen rang behouden werd, maar het ligt in de bedoeling dien overal bij de politie te verwijderen.