Johannesburg en Omstreken.
Aan een ingezonden verslag ontleenen we het volgende:
In de met vlaggendoek versierde Scotiazaal, vierde de Afdeeling 8 Maart op gezellige wijze haar derde jaarfeest.
Alle medewerksters en -werkers waren Afrikaansche of Hollandsche dames en heeren.
Het programma gaf een afdruk van beide zijden der medaille, beschikbaar gesteld voor het Taalbondexamen van 1909.
Dit mag zeer zeker een heel geschikte reclame heeten.
Als sprekers traden op onze beide regeeringsmannen: F.W. Beyers en F.E.I. Krause, en buitendien Ds. L.E. Brandt, die ons iets verhaalde van de verhouding tusschen Nederland en Zweden gedurende de 17e eeuw.
Dezen avond luisterden de beste uitvoerende kunstenaars van Johannesburg door hun medewerking op: pianosolo's van den heer Pierre de Beer, vioolsolo's van mevrouw Beatrice Stuart, Afrikaansche en Hollandsche liedjes van mevrouw P. Deys, een luimige en een ernstige prozavoordracht van mevrouw Joh. Engel-Wilson.
In zijn slotwoord betuigde Dr. F.E.I. Krause, L.W.V. zijne instemming met de woorden van Ds. Brandt, dat wij de lessen der geschiedenis nooit te vergeefs leeren; het is thans aan ons die wetenschap in praktijk te brengen.
Twintig nieuwe leden traden er dienzelfden avond tot de Afdeeling toe.
De feestviering slaagde dus in alle opzichten uitstekend.
* * *
Door de Afdeeling worden pogingen in het werk gesteld om propaganda te maken voor het Nederlandsche lied, d.w.z. zoowel het Afrikaansche als het Vlaamsche en het Hollandsche. Zij wil dit doen door het zenden van zangboekjes aan de onderwijzers en het instellen van liederenavonden, zoo mogelijk met medewerking der Ned. zangvereeniging.
In enkele scholen worden reeds door de kinderen, ook die van Engelsche afkomst, met groot genoegen Hollandsche liedjes gezongen.