Van onze Vertegenwoordiging in het Buitenland.
Jaarverslag 1909 uit Genua.
Het jaar 1909 kenmerkte zich niet door de eene of andere gewichtige gebeurtenis, die mij genoopt zou hebben voor mijn jaarverslag langer dan gewoonlijk de aandacht der talrijke lezers van Neerlandia te verzoeken.
Vele aanvragen om inlichtingen op het gebied van handelstoestanden of omtrent andere aangelegenheden in Italië, bereikten mij dit jaar en werden zonder uitzondering onmiddellijk behoorlijk beantwoord, terwijl ik er blijkbaar bovendien in slagen mocht, een enkel verzamelaar van postzegels of prentbriefkaarten tevreden te stellen.
Ook gedurende het jaar onder beschouwing bleef het aantal der hier gevestigde Nederlanders door verschillende oorzaken afnemen, hetgeen de veel besproken oprichting eener Zelfstandige Afdeeling van het Verbond te Genua ontegenzeggelijk onmogelijk maakte, te meer waar niet alle overgeblevenen behoefte aan aansluiting toonden.
Toch kon onze Nederlandsche Vereeniging gelukkig het hoofd boven water blijven houden, en werd er in haar gezellig lokaal geregeld iederen Zaterdagavond societeit gehouden, waarbij de Hollandsche tijdschriften, er door het A.N.V. ter lezing gelegd, als steeds op vele leden een min of meer onweerstaanbare aantrekkingskracht uitoefenden, gezwegen nog van de beide dagbladen, die op onze leestafels prijken.
De geboorte van Prinses Juliana en de verjaardag onzer beminde Koningin werden met goed geslaagde feestmalen tot aller tevredenheid in het ‘Hôtel Continental’ gevierd, waarbij het niet ontbrak aan geestdriftige toespraken en andere uitingen van oprecht gemeende liefde voor ons dierbaar vaderland, zijn roemrijk vorstenhuis en onze schoone moedertaal.
Van den heer H.G. Hartsuijker, correspondent te Genua van de Postzegelafdeeling van ons Verbond, heb ik een afzonderlijk jaarverslag uitgelokt.
H.C.F. HENNIG,
Vertegenw. te Genua van het A.N.V.
Genua, Januari 1910.