Taalpolitie.
Op ons schrijven aan den heer Minister van Spoorwegen betrekkelijk de staaltjes van slecht Nederlandsch, aangehaald in het vorig nr., ontvangen wij het volgend schrijven:
Brussel, 24 November 1909.
Mijnheer,
Bij brief van 22en September l.l., hebt gij de aandacht willen vestigen op eenige onnauwkeurige opschriften in de statiën Gent (Zuid), Brussel (Noord), alsmede in een rijtuig op de baan Brugge - Roeselare.
Ik heb de eer U te melden, Mijnheer, dat ik onderrichtingen heb gegeven tot het verbeteren van die opschriften.
Met de meeste hoogachting.
Voor den Minister:
de Algemeene Secretaris,
............
Men ziet het, de goede wil is er stellig. Wie nu dergelijke dingen opmerkt, geve ze nauwkeurig op aan het Secretariaat te Gent (Spiegelstraat 20), dan zal er werk van worden gemaakt.