Ingezonden
Malligheid.
De uitval van Dr. Fokker heeft mij op den inval gebracht, de aanteekeningen, die ik op mijn zomerreisje in België gemaakt heb, nog eens door te zien.
Toen ik in Brussel op stap was, heeft ook mij dat malle ‘op stap’ voor ‘stapvoets’ getroffen; maar in plaats van er die goeie Vlamingen een verwijt van te maken, heb ik leute voelen rijzen in mijn groot-Nederlandsch gemoed. Want dit is nu toch weer zoo echt Belgisch, zoo heel niet algemeen-Nederlandsch; doch is het daarom zoozeer te veroordeelen. Als gij, o mensch, op stap gaat, wat doet ge dan? Dan stapt ge, niet waar? Draven doet ge dan niet. En wanneer nu een paard komt, dravende, en het bord ziet dat hem voorhoudt, in twee talen nog wel, dat het nu met draven uit moet zijn, dat het haastige dier nu op stap moet gaan, is dit dan niet duidelijk? Wellicht zult ge meenen, dat er dan beter ‘in stap’ kon staan, want men zegt toch ook niet ‘op draf’ maar immers, in draf’. Juist, men zegt ook niet ‘draafvoets’ hoewel men ‘stapvoets’ zegt. En waarom stapvoets? Men stapt toch niet met zijn handen! Zouden onze Belgische neven toch maar niet liever ‘in stap’ zeggen? Ik geloof het niet. Zij verkoopen iets aan een prijs, vinden dat een zaak genoeg gekend is, hebben brandspuiten met darmen, schrijven ‘druksels’ boven de gleuf voor drukwerken, lezen plakbrieven over de ‘razernij der honden’ (hondsdolheid), noemen het bouwtoezicht ‘dienst der bouwingen’, en vinden het in het geheel met erg, dat dit alles boven den Moerdijk anders gezegd wordt. - Hebben zij ongelijk?
Wel neen. - Ieder vogeltje zingt zooals het gebekt is en iedere streek heeft zoo zijn eigen zegswijzen. In Amsterdam hebben ze 't over een ‘sluis’ als ze een brug meenen; ze spreken er van ‘sullen’, niet om Joris Goedbloed en zijn geslacht, maar om ‘baantje glijden’ aan te duiden; ze roepen er: ‘ik ga voort’ om te verstaan te geven, dat ze terstond gaan, en vinden dat alles heel behoorlijk.
Ik ook. Algemeen Nederlandsch beteekent toch niet: naar het model van Den Haag of zoo.
Neen, onze Vlamingen verdienen om het gebrekkige ‘op stap’ niet al dien hoon. Wij kunnen nog in veel dingen een lesje bij hen nemen. Is het niet aardig, in België op een gebouw Voetvolk of Paardevolk te lezen, waar er bij ons geregeld Infanterie en Cavalerie staat? En hoe klinkt ‘opschikkamer’ voor het in Holland overal gebruikte ‘Toilette’? ‘Tolonderzoek’ in plaats van ons ‘douane’?
Een Antwerpsche politie agent, met wien ik onlangs een praatje maakte, zei het zoo aardig: ‘ons