Siegen, vermaagschapt aan het Stadhouderlijk huis van Oranje-Nassau, reeds op 17-jarigen leeftijd in Nederlandschen krijgsdienst, waarin hij zich bijzonder onderscheidde.
In het op last der Braziliaansche Regeering in het Fransch uitgegeven werk Le Brésil (Rio de Janeiro 1908), wordt Johan Maurits van Nassau genoemd, ‘homme de valeur, habile militaire et excellent administrateur’. Aan dien lof heeft een Nederlander niets toe te voegen.
Johan Maurits stichtte op het eiland Antonio Vaz een stad, die hij Mauritsstad noemde; hij riep naar Brazilië de natuurkundigen Piso en Marcgraf, den sterrekundige Ruiters, den wiskunstenaar Cralitz, den geleerde Herckmann, den dichter Plante, de schilders Frans Post en A. van den Eeckhoute, den bouw meester P. Post; hij stichtte een observatorium, kondigde vrijheid van eeredienst af voor alle kerkgenootschappen (kort daarna werd deze vrijheid eenigszins beperkt, op bevel van de regeering uit het moederland) en verkreeg van de Staten-Generaal de vergunning voor vrijen handel.
Nederland heeft de door hem veroverde voordeelen niet blijvend weten te benutten. In het midden der 17e eeuw was het met onze macht in Zuid-Amerika gedaan.
Als er van een ‘verzuimd Braziel’ gesproken moet worden, is dat zeker niet aan Johan Maurits te wijten.
Na de tegenspoeden in Brazilië beproefde hij nog een Nederlandsche kolonie te vestigen in Chili, doch de expeditie mislukte, waarop hij in 1644 naar Nederland terugkeerde en zijn waardigheid als landvoogd nederlegde.
Het ethnografisch museum te Leiden bevat vele merkwaardigheden, door hem in Brazilië verzameld. Zijn paleis te 's Gravenhage heet nog heden Het Mauritshuis en herbergt, zoo men weet, een der meest beroemde schilderijenverzamelingen van Europa.
We ontleenen de meeste der bovenstaande beknopte gegevens aan genoemd werk, waarin de geschiedenis uitvoerig wordt beschreven.
Uit het hoofdstuk Kolonisatie nemen we nog dit over:
In den laatsten tijd neemt ook de immigratie van Nederlanders meer en meer in beteekenis toe. Voor het meerendeel sloegen zij in Minas Geraes hun woonstee op. Het klimaat dier hoogvlakte en de gesteldheid van den bodem schenen hun het meest geschikt toe voor den aanplant van die gewassen, met wier verzorging zij vertrouwd waren. In de onmiddellijke nabijheid van Bello Horizonte zijn sinds een paar jaren eenige warmoezeniers en landbouwers gevestigd uit Noord-Holland, wien het daarginds naar wensch gaat, daar zij bij hun in het vaderland achtergebleven familieleden voortdurend aandrongen zich bij hen te voegen. Uit brieven van vele dier Hollandsche Brazilianen, hier ontvangen, blijkt, dat zij niet wanhopen aan het welslagen hunner pogingen om Neder landsche gewassen als bloemkool, doperwten, peulvruchten, komkommers, sla, enz. op hun akker in cultuur te brengen. De aardappel gedijt in die streken uitmuntend.
Ook in Paraná en Rio do Sul hebben zich in de laatste jaren talrijke Nederlanders gevestigd tusschen de daar sinds lang bloeiende Duitsche kolonies.
De meeste Nederlandsche gezinnen komen uit Noord-Holland, Zuid-Holland en Noord-Brabant.
De heer De Leeuw, die bezig is aan een Fransche vertaling van zijn werk, toont voorzeker een hooge opvatting van zijn plichten als consulair ambtenaar en wie omtrent handel, nijverheid, bevolking enz. van het huidige Brazilië inlichtingen noodig heeft, vindt ze in het fraai geïllustreerde lijvige werk in overvloed.
Steunt eigen handel en nijverheid!