Het Nederlandsch op de Brusselsche Tentoonstelling.
De Vlamingen zijn er begrijpelijkerwijs opgesteld, dat op de groote tentoonstelling, die er in het volgende jaar te Brussel zal worden gehouden, hun taal, de taal van de meerderheid van 's lands bevolking, tot haar recht zal komen. Dat de opschriften er zoowel in het Vlaamsch als in het Fransch zullen te lezen zijn, en dat ook in al het drukwerk, dat van het bestuur der tentoonstelling uitgaat, beide talen zullen worden gebruikt, - dat verlangen zij.
Het Vlaamsche Handelsverbond heeft zich eenigen tijd geleden daartoe gewend tot den Hertog van Ursel, algemeen regeeringscommissaris voor de tentoonstelling, en deze beloofde zijn best te zullen doen. Hij vond den wensch alleszins billijk. Hij schreef dan aan den heer Emile de Mot, den voorzitter van het uitvoerende comiteit van de tentoonstelling, en die bleek het ook met de heeren van het Vlaamsche Handelsverbond eens te zijn, maar, voegde hij er in zijn brief aan den Hertog van Ursel bij, plakbrieven, vlugschriften en allerhande drukwerken aangaande de tentoonstelling zijn reeds zooveel mogelijk in beide talen gesteld. De zaak was dus al in orde.
Maar nu bevatte dezer dagen de Nederlandsche Staatscourant de lange naamlijst van landgenooten, door den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel en dien van Koloniën benoemd in de bizondere commissiën, welke tot taak hebben het bijeenbrengen van de Nederlandsche inzendingen voor de verschillende groepen, waarin de Brusselsche tentoonstelling is verdeeld. In het ministerieele besluit lezen wij:
‘... inzendingen behoorende tot groep I (Education et enseignement)...’
‘... inzendingen behoorende tot groep II (Oeuvres d'art)...’
En zoo achtereenvolgens (we kiezen er maar enkele uit): ‘Groep III (Instruments et procédés généraux des lettres, des sciènces et des arts)’; ‘Groep V (Electricité)’; ‘Groep VII (Agriculture)’ enz. tot ‘Groep XIX (Colonisation)’.
En nu rijzen er bij ons eenige vragen. Heeft het uitvoerende comiteit der tentoonstelling het drukwerk, waarin het aan de Nederlandsche Regeering de verdeeling van de tentoonstelling mededeelde, niet in beide talen gesteld? De voorzitter schreef wel aan den Hertog van Ursel, dat de twee talen zooveel mogelijk gebruikt werden, d.w.z. dat ook het Vlaamsch zoo veel mogelijk werd gebruikt, maar dit was toch wel mogelijk tegenover de Nederlandsche Regeering!
Of is misschien die mededeeling wel in beide talen geschied, maar verkozen de twee Nederlandsche Mi-