Zuid-Afrika
De Zuid-Afrikaanse Akademie.
Te Bloemfontein is in de eerste dagen van Juli een Hollandsche Akademie voor Zuid-Afrika opgericht. Het plan er voor schijnt van president Steyn uitgegaan en door de vereeniging Onze Taal te Bloemfontein aangepakt te zijn. Zij althans heeft het congres uitgelokt, dat den 1en Juli te dier stede is geopend, op welk congres de stichting tot stand is gekomen.
Maar voorbereid is de zaak op een vergadering van eenige Afrikaansche voormannen, die op het eind van het vorige jaar te Kaapstad met elkaar te rade gingen, hoe zij betere samenwerking konden verkrijgen tusschen de verschillende vereenigingen, die in Zuid-Afrika de Nederlandsche taal - Hollandsch en Afrikaansch - bevorderen. Daar waren pres. Steyn, Jan Hendrik Hofmeyr, prof. Moorrees, prof. W.J. Viljoen en anderen.
Op die vergadering werd in beginsel besloten tot de oprichting van een akademie, waarin de verschillende vereenigingen zouden samenloopen en samenwerken. Aan een commissie werd opgedragen de statuten te ontwerpen. Op het congres te Bloemfontein nu is dat plan, met eenige wijzigingen, aangenomen. Naar goed Dietschen trant was er aanvankelijk heel wat tweedracht - het congres vond, dat de commissie van voorbereiding eigenmachtig was geweest - maar de eendracht werd ten slotte hersteld.
De naam is - naar de statuten aangeven - Zuid-Afrikaanse Akademie voor Taal, Letterkunde en Kunst.
Het doel: zorg te dragen voor de normale ontwikkeling van de Hollandse taal, letterkunde, kunst, geschiedenis en oudheidkunde in Zuid-Afrika, en aan die ontwikkeling 'n wetenschappelike en artistieke leiding te geven. Onder het woord ‘Hollands’ wordt verstaan de beide taalvormen gebruikelik in Zuid-Afrika.
De Akademie zoekt haar doel te bereiken o.a. door 't uitschrijven van openbare eksamens over taal, letterkunde en geschiedenis; 't uitschrijven van prijsvragen; het aanmoedigen, uitgeven en 't geldelik steunen van de uitgave van oorspronkelike of vertaalde werken, geschriften en liederen; behulpzaam te zijn in 't oprichten, instandhouden en uitbreiden van dorps- en schoolbibliotheken; te zorgen voor de verspreiding van geschikte lektuur, en van schooluitgaven; 't regelen van leesgezelschappen, 't houden van openbare voordrachten en van populaire voorlezingen over vragen van de dag; toe te zien dat 't onderwijs van 't Hollands in de door de universiteit erkende vorm op school op alle mogelike wijzen zal worden gesteund en bevorderd en dat aan 't Hollands gelijke rechten met 't Engels bij alle universiteits- en andere openbare eksamens worden verleend.
Uit een grostal, door het congres opgemaakt, koos de commissie van voorbereiding dertig namen van mannen, die aangezocht zouden worden de akademie eigenlijk te stichten. Dat dertigtal kan later, zooals de statuten voorschrijven, aangevuld worden tot vijftig. Voorts zullen er dan bepalingen gemaakt worden voor de keuze van eere-, candidaat- en correspondeerende of andere leden.
Dat dertigtal bestond uit de volgende heeren:
Kaapkolonie. Ds. N.J. Brummer, Jan H. Hofmeyr, prof. A. Moorrees, dr. W.J. Viljoen, dr. D.F. Malan, adv. F.S. Malan, prof. J. de Vos,