Beknopt overzicht van de verslagen der Groepsbestuursvergaderingen van Jan. tot Mei 1909.
In de vergadering van 8 Januari werden de geldelijke aangelegenheden der Groep en de ‘Oproep’ tot het uitnoodigen van Z.K.H. Prins Hendrik tot een bezoek aan Indië breedvoerig besproken.
In die van 5 Februari werd het plan tot dien Oproep nader vastgesteld en over de tegenkanting ondervonden van de Afd. Semarang en van andere zijde beraadslaagd.
Tot vertegenwoordigers van het Verbond werden benoemd de heeren:
A.K.G. Reurslag te Tjilatjap;
J.P. Koster te Indramajoe, ter vervanging van J. Timmer, aan wien eervol ontslag werd verleend;
J. Wegener te Soekaboemi; en
J.H. van Ketwich te Djember.
Besloten werd de nog aanwezige portretten van H.M. de Koningin en van De Ruijter te verspreiden; medewerking te verleenen aan de bede voor Curaçao; den datum der periodieke aftreding van de afgevaardigden voor Nederland, volgens den rooster, vast te stellen op 31 Dec.; en samenwerking te zoeken met het Centraal-Bureau voor vreemdelingenverkeer in Indië.
In de vergadering van 16 Februari werd ter vervanging van den heer J.G. Verdam tot vertegenwoordiger te Makassar gekozen Mr. F. Vorstman.
Besproken werden de bezwaren in de pers tegen den Oproep aangevoerd; vastgesteld werd de tekst voor de toelichting op dien Oproep.
De wenschelijkheid werd overwogen, cursussen op te richten voor Inlanders, die Nederlandsch willen leeren, waar het onderwijs door ontwikkelde Nederlanders, zonder vergoeding, zal worden gegeven; er zou in ieders kring moeite voor worden gedaan.
In die van 2 April werden ter vervanging van de aftredende leden La Chapelle en Vermeer tot Groepsbestuursleden verkozen de heeren M.G. Hoekstra, directeur van de Koningin Wilhelminaschool en Dr. J. Noordhoek Hegt, waarnemend directeur der Inlandsche artsenschool.
De wenschelijkheid en de middelen werden besproken tot het verspreiden van gekleurde portretten van H.M. de Koningin onder de Inlandsche bevolking; besloten werd de medewerking van de afgevaardigden in Nederland in te roepen tot het verkrijgen van gekleurde portretten.
Het oprichten van Jongelieden-Afdeelingen werd in overweging genomen, doch tot nader uitgesteld.
Ter sprake werd gebracht het steunen eener vereeniging, die zich ten doel stelt geld bijeen te brengen, om Indische jongens gelegenheid te geven in Nederland te studeeren; op grond van schaarschte