Sprokkelingen uit het Indische Groepsblad van November 1908.
In de vergadering van het Groepsbestuur, op 3 November gehouden, werden o.m. besproken: de mogelijkheid der uitgave van Ons Volksbestaan in anderen vorm dan tot nu toe; de oprichting van afdeelingen te Soerabaja en te Madioen, waartoe voorbereidingen zijn getroffen; de uitnoodiging aan de afdeelingen gedaan tot behandeling der Vereenvoudigde schrijfwijze Het beheer van den afgetreden secretaris-penningmeester kon nog niet ten volle afgewikkeld worden.
* * *
Dr. F.P.H. Prick van Wely merkt op, onder het hoofd: Verzuimd of Verzuimend Indië, dat in het Woordenboek der Nederlandsche taal, tot nu toe niet worden opgenomen ‘de woorden die zoo goed als alléén in Indië gebruikelijk zijn’. Hij zegt ‘het oorspronkelijk plan was de Indische woorden te behandelen in een afzonderlijk gedeelte of aanhangsel, wanneer de tijd daarvoor gekomen zou zijn’, maar vreest dat wij, bij het steeds grooter worden van ‘het apparaat der Redactie’, den tijd wel niet zullen beleven, dat de Indische kroon op deze vaderlandsche onderneming zal worden gezet. Toch is het aan de aandacht van Dr. P.v.W. niet ontgaan dat de Indische woorden, welke bij oudere schrijvers voorkomen in dikwijls zeer eigenaardigen vorm, wèl worden vermeld en naar aanleiding daarvan vraagt hij of aan de Redactie wel voldoende bronnen voor die oudere voorbeelden ten dienste staan; hij wijst daartoe op de massa's ongedrukte stukken, zooals proces-verbalen van notarissen, in het oud-archief te Batavia. Dr. P.v.W. meent dat in het Woordenboek der Nederlandsche taal rekening gehouden moest worden met het feit, dat die taal in een deel van Groot-Nederland zich op eigenaardige wijze ontwikkeld of gewijzigd heeft, en dat het Woordenboek de geschiedenis der taal geweld aan doet, zoolang van die ontwikkeling ‘geen officieele nota wordt genomen’. Hij zou wenschen dat Nederl. Indië het voorbeeld van Zuid-Nederland volgde, en door een geldelijke bijdrage de Redactie met zachten drang bracht tot systematische bearbeiding van het interessante tropische taalgebied. ‘Den aangewezen man voor zulk pionierswerk bezitten wij in onzen landsarchivaris’.
‘En als het A.N.V. hier een handje meêhelpt, wie weet wat dan gebeurt?’
* * *
Door het, zonder eenige opmerking, uit Land en Volk overnemen van een pleitrede van B. Symons voor de Vereenvoudigde Schrijftaal geeft de Redactie van Ons Volksbestaan opnieuw blijk van hare instemming met de Vereenvoudigde.
* * *
R.v.I. geeft een overzicht van het doel en de plannen der in het vorige jaar opgerichte Linschoten-Vereeniging. Hij meent dat het op den weg ligt van beheerders van boekerijen, leesgezelschappen en inrichtingen van onderwijs, lid van die Vereeniging te worden en spoort ook de afdeelingsbesturen daartoe aan. ‘De oude Nederlandsche reisverhalen hebben nationale waarde als gedenkteekenen van vaderlandsche durf en kloekheid; letterkundige waarde als volkslitteratuur van dikwijls groote frischheid en oorspronkelijkheid’.
* * *
Door Mr. F.J.H. Cowan, leeraar aan de afd. B van het Gymnasium Willem III wordt nog al 't een en ander afgedongen op de in een vorig nummer van Ons Volksbestaan, onder den titel: Een dure Inrichting, gemaakte berekening omtrent de hooge en onnutte kosten dier afd. (Zie ook Neerlandia Januari nr. blz. 15).
De Redactie van O.V., in een naschrift toegevende dat zij in haar bezuinigingsberekening wel wat te ver is gegaan, meent dat er door de opheffing der Indologische instelling te Batavia en het op kosten der Regeerirg in Nederland doen studeeren van alle Indische candidaat-ambtenaren, toch altijd nog een f 10.000 zou bezuinigd worden ‘en dat de tegenwoordige omstandigheden... het bestaan eener inrichting voor cand.-ambtenaren in Indië niet toelaten’.
* * *
‘Siam heeft Nederlandsche irrigatie-ingenieurs gevraagd.
Daarvoor boden zich reeds 32 aan. 't N.-I.sche gouvernement heeft ze ook noodig, dit jaar ten getale van 15. Er konden benoemd worden.....3!’