verzameling van adressen van goede, tevens goedkoope kosthuizen.
Het Groepsbestuur van Nederland besloot daarop in zijn vergadering van 12 Februari l.l. in beginsel de bevordering van het Stamverkeer ter hand te nemen, terwijl een som van f 50. - voor een proefneming werd beschikbaar gesteld.
II. Werkzaamheden. In den heer Mr. J.F. Hijmans werd iemand gevonden, bereid de leiding der werkzaamheden van de nieuwe Afdeeling Stamverkeer, die weldra zeer toenamen, op zich te nemen.
Begonnen werd met de verschillende Afdeelingen uit te noodigen, Verkeer-Bezorgers aan te wijzen, die de belangen der in ons land reizende stamgenooten in de verschillende plaatsen zouden kunnen behartigen, adressen van kosthuizen verzamelen enz. Tot nu toe stelden zich Verkeer-Bezorgers beschikbaar in 15 plaatsen n.l. in Alkmaar, Amsterdam, Arnhem, Delft, Dordrecht, Groningen, Den Haag, Haarlem, Hoorn, Katwijk-aan-Zee, Leiden, Rotterdam, Sneek, Utrecht en Zutfen.
Door middel van een aantal opstellen en mededeelingen in verschillende nummers van Neerlandia opgenomen, o.a. betreffende de Hollandsche Hoembollenvelden, de Noord-Nederlandsche badplaatsen, de Lustrumfeesten te Delft, den Sneeker zeilwedstrijd, werd de aandacht op bezienswaardigheden in ons land gevestigd. Dubbel noodig zijn zulke mededeelingen, waar een volk als het onze, dat zeker kan bogen op de deugd van bescheidenheid, over het algemeen nog te veel staat op het standpunt: ‘Goede wijn behoeft geen krans’; men meent dat de buitenlander van zelf wel zal ontdekken, wat ons land hem toonen kan. Ten onrechte!
De administratie van Neerlandia wist ons streven te steunen, door afbeeldingen van mooie blekjes van ons land geregeld in het blad op te nemen. Zij werden ontleend aan de Dagkalender ‘Neerlandia’, uitgave van La Rivière & Voorhoeve te Zwolle.
Volgens mededeelingen uit België is dit jaar ons land (en vermoedelijk vooral het Noorden, Zeeland geniet van uit het Zuiden al lang veel belangstelling) bijzonder druk door Vlamingen bezocht, voor Gent alleen werd het cijfer 300 genoemd.
Hiertoe is zeker ook veel bijgedragen door het Nederl. Taal- en Letterkundig Congres te Leiden en door den Vacantieleergang in dezelfde stad. Sommige der Vlaamsche bezoekers van het Congres maakten daarbij gebruik van de diensten der Afd. Stamverkeer. Dit was voor uitbreiding nog zeer vatbaar geweest. Aan alle Congresleden was door de zorgen van het Congresbestuur een brief toegezonden, waarbij hun die diensten door de Afdeeling werden aangeboden, voor het geval zij, buiten den feestelijken Congrestijd, nog eenige dagen aan het bezoeken van ons land wilden wijden. Namens de Afdeeling was zelfs bij het Congres iemand aanwezig voor het verstrekken van inlichtingen, die echter weinig werden gevraagd. Een poging, gedaan om den Congresleden een ontvangst in Den Haag te bereiden, waarvoor hier reeds een commissie was gevormd, stuitte af op verschillende bezwaren.
Toch zou dit misschien een deugdelijk middel zijn gebleken om te breken met de oude sleur, dat een Congreslid, uit verre streken hier gekomen, zich bepaalt tot oppervlakkige kennismaking met één enkele, soms kleine stad, waar bovendien nog al zijn tijd door vergaderingen of feesten in beslag wordt genomen. Hierdoor alleen zal hij toch waarlijk weinig in ons land thuis geraken, vooral als men nagaat, dat die Congressen slechts om de 4 jaren in ons land worden gehouden.
De Vacantieleergang-deelnemers werden in Den Haag (met de Haagsche Burger-Afd.) door de Afdeeling Stamverkeer ontvangen. Vergelijkt men de wijze waarop de leergangen zijn ingericht, denkt men aan de daarbij op touw gezette bezoeken aan vele steden, merkwaardigheden, belangwekkende fabrieken, havens, enz, en vooral ook aan de gelegenheid tot kennismaking met N.-Nederlandsche wetenschap en N.-Nederlandsche kunst, den bezoekers en bezoeksters daarbij geboden, dan moet men wel tot de slotsom komen, dat zij veel grondiger bijdragen tot versterking van het stambesef dan de Congressen, al is het getal buitenlandsche bezoekers bij elk dier zeldzame Congressen, misschien grooter.
Werd het beginsel van dezen leergang meer gevolgd, poogde men hier meer de Vlamingen (en andere stamgenooten) te naderen door aanrakingen te zoeken juist in die vakken, in die wetenschappen of kunsten, die men beoefent, hoeveel verder zouden we komen. Onze advocatenvereenigingen, onze nijverheidsmaatschappijen, vakvereenigingen, middenstandsen arbeidersvereenigingen, onze geleerde genootschappen, onderwijzersvereenigingen kunnen sprekers uitwisselen, gemeenschappelijke Congressen beleggen daarna, onze gymnastiekgezelschappen, muziekgezelschappen, tooneelgezelschappen kunnen veel nauwer banden met Vlaanderen aanknoopen dan thans geschiedt. Op goede tentoonstellingen hier te lande noodige men geregeld de Vlamingen uit. Men ontvange hen op de gulle voorkomende wijze, waarvan ons de Leidsche studenten het voorbeeld geven.
De Afdeeling Stamverkeer had door haar kortstondig bestaan nog te kampen met de moeilijkheid, dat men haar doel te weinig kende of begreep. Intusschen wordt door hare Vlaamsche vrienden reeds een en ander gedaan, om in Vlaanderen haar streven meer bekend te maken. In Gent is men begonnen met in een der koffiehuizen eene uitstalling aan te leggen van gidsen en andere boekjes met gegevens over het reizen in Noord-Nederland.
Langzamerhand begint men het adres van het Hoofdbureel (Javastraat 90) beter te kennen en de daar verkrijgbare inlichtingen en hulp meer en meer op prijs te stellen.
Met voldoening mag worden teruggezien op verschillende tochten door Vlaamsche reisgezelschappen of afzonderlijke reizigers in ons land gedaan, waarbij de Afdeeling Stamverkeer haar medewerking verleende. Menigmaal bleek, dat haar tusschenkomst werd gewaardeerd. Een woord van dank aan de toewijding der plaatselijke Verkeer-Bezorgers mag hier voorwaar niet ontbreken. Wanneer de trek van onze Zuid-Nederlandsche Stamgenooten naar het Noorden in het goede seizoen weer toeneemt, hopen wij, dat de Afdeeling Stamverkeer ook door uitbreiding van het aantal Verkeer-Bezorgers nog beter dan tot dusver haar taak zal kunnen vervullen. Hoe dankbaar de werkzaamheid van een Verkeer-Bezorger zelfs in het ver van Vlaanderen verwijderde Friesland kan zijn, bewees een in Neerlandia opgenomen stuk van een Vlaamsch bezoeker der Sneeker zeilwedstrijden.
Uit Ned. Oost- of West-Indië werden nog geen verzoeken om inlichtingen ontvangen. Toch komt het ons voor, dat Indische verlofgangers e.d. in vele gevallen iets aan onze verzameling van kosthuis-adressen zouden hebben gehad.
Ook andere streken, waar het A.N.V. leden telt, maakten tot dusver nog geen gebruik van de nieuwe instelling.
Het is te hopen, dat dit, na het door Vlaanderen gegeven voorbeeld, veranderen zal. Zeker mag verwacht worden, dat de reis van Dr. Kiewiet de Jonge naar Zuid-Afrika ook hieraan ten goede zal komen. Een stijgende drukte bij de Afdeeling Stamverkeer zou wijzen op krachtiger stamleven, op toenemende verwezenlijking van het Stam denkbeeld.
III. Vooruitzichten. Na het voorafgaande is zeker de slotsom gerechtvaardigd, dat de Afdeeling Stamverkeer reden van bestaan heeft, doch ook eene hoopvolle toekomst. Dat het reisverkeer der Vlamingen in nog veel hoogere mate, dan thans geschiedt, naar ‘Holland’ geleid kan worden, is zeker;