De Stud.-Afdeeling heeft hare werkzaamheden hervat. In een eerste openbare vergadering moedigde Prof. W. de Vreese de leden aan om in den strijd te volharden.
In een tweede vergadering werd een reglement opgesteld en werd besloten, dat de Afdeeling het vraagstuk van de vervlaamsching der Gentsche Hoogeschool zou bestudeeren Ook zou een propagandabibliotheek ingericht worden. Voorzitter is de heer Vlaminck; 1e schrijver-penningmeester: P. van Oye; 2e schrijver-verslaggever: Jacob; boekhouder: Peetermans.
Lokeren. Sinds het begin van de vorige maand zijn de werkzaamheden van den Tak voor goed herbegonnen.
Op 9 October werd een voordracht gehouden over ‘Hilda Ram’, door mejuffrouw L. Libbrecht.
Op 26 October sprak de heer L. Dosfel over ‘Albrecht Rodenbach’. Een concert, dat uitstekend slaagde, was voor de gelegenheid ingericht.
Den 12en November werd door den heer L. Herbert een voordracht gehouden, naklank van den hoogergenoemden Rodenbach-avond; zij viel in ieders smaak en was de aanleiding tot een belangrijke bespreking over de Vlaamsche Beweging.
Mechelen. De Tak is begonnen aan de uitvoering van zijn belangrijk winterprogramma: de heer Lauwerys, de veelbelovende leerling van den leergang in declamatie van het Kon. Vlaamsch Conservatorium te Antwerpen, heeft op 23 October de reeks feesten geopend met een puiken voordracht-avond, waarop hij het talrijk en uitgelezen publiek, dat in de zaal van den Oudheidkundigen Kring opeengepakt zat, vergastte op stukken van hooge letterkundige waarde, uit Shakespeare, Van Eeden, Verwey, Swarth. Multatuli, Rodenbach en Eeckels, welke niet minder bijval verwierven dan de luimige zetten van Piet Paaltjens en Van Zeggelen, en de roerende schetsen van Jan C. de Vos.
Lauwerys strekt zijn leeraar, Dr. Maurits Sabbe, waarlijk tot eer; ook werden beiden na het laatste gebons van Rodenbach's ‘Klokke Roeland’, waarmee deze goed geslaagde avond eindigde, warm toegejuicht en hartelijk gelukgewenscht.
Aan Dr. Marten Rudelsheim viel geen mindere bijval ten deel, toen hij op Zondag 22 November in de afdeeling ‘Hooger Onderwijs voor het Volk’, optrad met een voordracht over ‘René de Clercq’, een voorbereiding tot de komst van Vlaanderen's grooten volksdichter.
Dr. Rudelsheim verstaat de kunst al zijn toehoorders, van den eenvoudigsten werkman tot den ontwikkelden geleerde te boeien; ook heeft hij op zijn talrijk publiek, ruim 80 dames en heeren, waaronder meer dan de helft werklieden, een diepen indruk gemaakt en bij allen het levendig verlangen doen ontstaan, om den dichter van ‘Liederen voor het Volk’ zelf zijn schoonste uitgegeven en onuitgegeven gedichten te hooren voordragen.
Dit onschatbaar voorrecht viel ons te beurt op 28 November. Zoo wat 150 menschen (dat is nog veel te weinig voor zóó een avond) uit alle standen en van alle denkwijzen, waren opgekomen om de dichtkunst van De Clercq, waarvan Dr. Rudelsheim reeds een voorproefje gegeven had, te genieten. En waarlijk, een genot was het voor iedereen; dit bewees de plechtige stilte, de heilige ingetogenheid waarmee men naar den gevierden dichter luisterde; en de storm van toejuichingen die losbrak na elk gedicht en welke overging in een machtige ovatie, toen De Clercq, na zijn ‘Toortsen’ in lichtlaaien brand te hebben doen ontvlammen, het spreekgestoelte verliet.
Het uitvoeren van de beste liederen van Vlaanderen's zoet gevooisden zanger, besloot dien genotvollen avond.
Tusschen die feestelijkheden in, vergat de Tak niet, zich bezig te houden met het meer prozaïsche werk van alle dagen, o.a. met de eerste werkzaamheden van de afdeeling voor ‘Vreemdelingenverkeer’, welke op 31 October gesticht, weldra blijken gaf van levenskracht en zich vooral zal bezighouden met de propaganda voor de Beiaardconcerten, die alhier iederen zomer gegeven worden door den beroemden stadsbeiaardier Jef Denyn, een wakker medelid van 't Verbond.
Ook Dr. Van Doorsselaer zette zijn leergangen voor de afdeeling ‘Hooger Onderwijs voor het Volk’ voort; hij handelde reeds over de volgende Duitsche klassieken: Klopstock, Wieland, Lessing en Herder, Zijn schoone lessen worden trouw bijgewoond door een 60 tot 70 tal belangstellenden, een teeken dat ze zeer in den smaak vallen.
Oostende. De Tak kenmerkt zich door een ongewone bedrijvigheid. De gewone wekelijksche bijeenkomsten zijn hervat geworden en de hoogeschooluitbreiding is in volle werking, Op de openingszitting der wekelijksche vergaderingen handelde Dr. Lefèvre over Italië en Zwitserland, die hij gedurende de Septembermaand bezocht had. De andere zittingen werden ingenomen door breedvoerige besprekingen en onderhandelingen met de afgevaardigden der Oostendsche tooneelkringen voor het inrichten van een leergang in de Nederlandsche declamatie aan de stedelijke muziekschool. De zaak is nu bepaald geregeld en verzonden naar den Gemeenteraad ter uitvoering. Van die gelegenheid werd gebruik gemaakt om te trachten al de Vlaamsche maatschappijen om den Tak te groepeeren. Aldus zou het mogelijk worden gezamenlijk te handelen wanneer een Vlaamsch feest moet ingericht of een grief hersteld worden. Er werd besloten den eersten Maandag van elke maand al de afgevaardigden tot een vergadering bijeen te roepen en de Vlaamsche toestanden van de stad gezamenlijk te onderzoeken.
Een talrijk publiek, dat reeds de tweehonderd toehoorders te boven ging, woont de voordrachten en lessen der hoogeschool-uitbreiding bij. Uitmuntende voordrachten werden er gehouden: door advocaat De Swarte, over ‘Vlaamsche volkstoestanden’; door Dr. Legier, over ‘Grieksche bouwkunst’; door Dr. Borms, over ‘Peru’.
Dr. Eug. van Oye, de wakkere voorzitter van den Tak, begon den 25en zijn lessen over ‘Bacteriënkunde’. Spijtig dat de Gemeenteraad slechts een aalmoes verleent van 150 francs, terwijl hij 500 francs geeft aan ‘Les amis de la littérature française’ voor slechts 5 voordrachten. Die worden enkel bijgewoond door de hoogere burgerij, welke een inkomgeld kan betalen, terwijl de lessen door den Tak ingericht vooral den kleinen burger aanlokt, van wien alleen een opoffering van tijd kan geëischt worden. Er werd ook een boeken-tombola ingericht, die veel bijval geniet.