Onder vreemde vlag.
In Allen Weerbaar maakt de heer A.E. Dudok van Heel de juiste opmerking dat men in ons landje dames, heeren en kinderen met stroohoeden ziet rondloopen, prijkende met linten of vlaggetjes in de Amerikaansche, Duitsche of Engelsche kleuren, maar nooit in de Nederlandsche.
Kleinigheden zal men zeggen. Zeker; ook bij Neerlandia gelden zij niet voor meer dan zij waard zijn. Maar zou het niet prettiger zijn voor Nederlanders en voor vreemdelingen, de nationale kleuren in Nederland te zien dragen?
Wie begint? Een dankbaar werk zal hij doen. Hij of zij, of beiden.