Zuid-Nederland.
In onze Takken.
Aalst. In de Letterkundige Afdeeling zette de heer Dr. Is. Bauwens zijn onderwerp over de bijrollen in ‘Iwein van Aalst’ voort. Dit gaf hem gelegenheid een prachtige brok uit de geschiedenis van Vlaanderen in de 12e eeuw te doen kennen en tevens merkwaardige bijzonderheden over de geschiedenis van de stad Aalst mede te deelen.
Het Kerst- en Kinderfeest, dat de Tak voor de kinderen van leden gaf, had dit jaar weer een buitengewonen bijval.
Op 6 December werd een reeks lessen van Hooger Volksonderwijs geopend. Eenige leden van den Tak hebben zich welwillend ten dienste van die zoo beschavende inrichting gesteld, om het Volk van hoogere wetenschap te laten genieten.
Reeds gaf de voorzitter, de heer Achille Brijs twee lessen over de ‘Volksklassen in de Middeleeuwen’ en de heer Dr. L. Scharpé, professor aan de Hoogeschool te Leuven één over ‘Kerstvreugde’ (kerkelijk en wereldlijk tooneel).
De lessen worden trouw door een honderdtal belangstellenden gevolgd, een teeken dat ze zeer in den smaak vallen.
Antwerpen. Den 6en December hield de heer Dr. M. Rudelsheim in het Hooger Handelsgesticht zijn belangwekkende voordracht over het Hollandsch-Belgisch Verbond, waarmede hij op het 29e Taal-en Letterkundig Congres te Brussel zulken verdienden bijval behaalde. Hij is de eerste geweest, die de ontwerpers van de ‘entente’ in een waar daglicht heeft gesteld en hun verholen bedoelingen geschandvlekt. Door een aaneenschakeling van onweerlegbare bewijsgronden, alsmede door een streng doorgevoerde objectiviteit heeft hij iedereen overtuigd, dat een Verbond tusschen Noord- en Zuid-Nederland voor de Vlamingen onaannemelijk is, zoolang met dat Verbond een versterking van den Franschen en een verslapping van den Nederlandschen invloed wordt beoogd.
Den 9en December trad de heer Dr. P. Tack in onzen Tak op om over de vereenvoudiging van de spelling te handelen. In een reeks pittige voorbeelden toonde hij vooreerst de talrijke tegenstrijdigheden aan van de spelling van De Vries en Te Winkel. Daarmede deed hij een flinke uiteenzetting en verklaring gepaard gaan van de voorstellen van de ‘Commissie tot Vereenvoudiging der Spelling’, terwijl hij op meesterlijke wijze de argumenten van zijn tegenstanders weerlegde.
De voorstellen van die Commissie schenen de aanhangers van het ‘dooie boekje’ lang zoo overdreven en aanstellerig niet meer. Vele onverschilligen verklaarden zich voor de V.S. en dit mag voorzeker een mooie belooning voor den spreker genoemd worden.
Vooral belangrijk was het levendig debat, dat door den heer Dr. P. Tack werd uitgelokt. Bewijsgronden tegen de voorgestelde spelling-hervorming werden niet aangevoerd; maar door personen, - die jaren lang in het onderwijs werkzaam waren en van wien men 't dus allerminst mocht verwachten - werden zonderling-naïeve gedachten ontwikkeld over beschaafde omgangstaal. Deze heeren werden door meer dan één gloedvollen spreker terechtgewezen.
Na een gulhartig woord van dank door den heer A.C. Van der Cruyssen, werd de spreker warm toegejuicht.
Gent. Zondag 23 December verduidelijkte Pol de Mont voor de leden van den Gentschen Tak ‘Hoe een Lied wordt’. Eerst het lied bij onbeschaafden, in klanken zonder beteekenis, tot begeleiding van rhythmische beweging, rhythmisch volbrachten arbeid; het lied bij spel en dans. Met rijke grepen uit den folkloristischen liederschat wist de dichter dat prachtig na te wijzen. Zoo kwam hij geleidelijk tot het kunstlied, waarin door rhythmus beweging geschilderd en geluid nagebootst wordt. De voordracht was iets heerlijks.
Lokeren. In dezen Tak werd op Zaterdag 22 December door den heer V. Sterck een leerzame voordracht gehouden over Rembrandt, zijn leven, zijn werken; met lichtbeelden. De voordracht was omlijst door een programma van muziek en zang.