Neerlandia. Jaargang 10
(1906)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdIngezonden.Tiel, 15 November 1906. Aan de Redactie van Neerlandia. Aangenaam zou hef mij zijn eens te vernemen op welke gronden eigenlijk woorden als toename enz. door den heer Janssen van Raay worden uitgemaakt voor vreemd gebroed, dat buiten de grenzen moet gehouden worden, al tracht het ook binnen te dringen door zich als Nederlanders te ‘verkappen’. Ik kan niet goed inzien, waarom zulke woorden niet evengoed als echte landskinderen beschouwd moeten worden als uitgave, afspraak e.d., aan welke nog niemand, geloof ik, het Nederlanderschap ontzegd heeft. Het is mij wel bekend, dat de heer J. v. R. met zijne veroordeeling niet alleen staat, maar niemand heeft mij nog kunnen zeggen op welke overwegingen dat vonnis berust. Hoogachtend, Uw Dw., Z.C. DE BOER.
De Redactie zou het dr. de Boer graag willen zeggen, als zij het zelf maar goed wist. Waarschijnlijk zal de inzender voor dat geval een opmerking harentwege onder het artikel van den heer Janssen van Raay hebben gemist en ronduit gezegd, deze zou er niet hebben misstaan. Maar 't wordt zoo ontmoedigend altijd hetzelfde of iets anders in denzelfden geest te moeten zeggen. Het grootste aantal taalstukken wordt dan ook met dank voor de goede bedoeling teruggezonden. Misschien weet iemand kort en bondig het vonnis over toename en konsorten toe te lichten. Maar kort en bondig, want dergelijke kwesties hooren eigenlijk niet dan bij uitzondering in ons maandblad. |
|