Geen Afrikaansch zonder Nederlandsch.
De Afrikaner, van Pietermaritzburg, is onder zijn nieuwen redacteur - Rabie ging naar de Vriend, van Bloemfontein, over - niet meer zoo'n voorstander van het Afrikaansch als schrijftaal. Toch begroet het blad ‘een nieuw Afrikaansch taalgenootschap’, waarvan het de oprichting meldt, met genoegen, ‘en wel voornamelik’, zoo schrijft het, ‘omdat daar, waar het Engels al meer en meer zijn invloed op ons volkskarakter begint uit te oefenen, het nodig en noodzakelik is, dat er aan onze taal ook eens een flinke stoot gegeven wordt. Buitendien is in deze vereniging het Nederlands niet geheel buiten gesloten, daar er o.m. in de statuten een alinea voorkomt luidende: “Dat genootschap zal de taal bevorderen door onderwijs in de Nederlandse taal en Afrikaanse geschiedenis”.
Afrikaans keuren we dan alleen goed - zoo besluit de Afrikaner - wanneer niet uit het oog verloren wordt, dat Nederland met zijn uitgebreide schat van letterkunde, de aangewezen bron is om een voedende kracht te geven aan de jonge en tans nog arme Afrikaanse taal’.
Nederlanders en Stamverwanten, steunt en bevordert eigen handel en nijverheid!