Neerlandia. Jaargang 10
(1906)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdIngezonden.Berlijn, 5 September 1906.
Aan het Algemeen Nederlandsch Verbond te Dordrecht.
Mijne Heeren, De in wording zijnde vereeniging ‘Het Hollandsche Gezelschap te Berlijn’ heeft den geboortedag van H.M. de Koningin niet onopgemerkt laten voorbij gaan. Den 31 Augustus kwam onder leiding van den heer P.J. van Wielink, die intusschen tot voorzitter benoemd is, een schaar van Nederlandsche mannen en vrouwen bijeen, die elkander te voren niet gekend hadden, ofschoon velen hunner tien jaren en langer te Berlijn wonen. Er heerschte een opgewekte stemming onder de aanwezigen en menige gelaatstrek getuigde van voldoening, dat men in allen eenvoud, maar gezellig, het geboortefeest van Neerland's Koningin vierde. De tafels waren versierd met oranjedoek en oranjebloemen. Aan den wand hing het beeld van H.M. omwonden met bloemen en oranje. Het was een levensgroot, geteekend portret, vervaardigd en der vereeniging geschonken door den heer W. Jelsma. Na een inleidend woord door den tegenwoordigen voorzitter en het zingen van het ‘Wilhelmus’ hield de heer W.F. van Heusden de feestrede. Hij schetste de daden der Stadhouders en der Koningen uit het huis ‘Oranje Nassau’ tot op den huidigen dag, die noodzakelijk in de borst van elk Nederlander diep gevoelde liefde moeten verwekken voor onze geliefde en geëerbiedigde Koningin. Het waren woorden, die elk aanwezige diep in het hart drongen, woorden, die bij velen de liefde voor ons dierbaar Nederland wederom deden opwekken. Veel werd gezongen en aan afwisseling door grappige voordrachten heeft het niet ontbroken. Zoo verliep de avond tot aller tevredenheid en men ging met het vaste voornemen uiteen, meer dan ooit te willen medewerken aan de ‘verbreiding en handhaving van de Nederlandsche taal en Neerland's zeden’. Hoogachtend,
Uw dw. dr.,
C.H.F. VAN HEUSDEN,
Secretaris. Het gezelschap is intusschen opgericht. Het bestuur bestaat uit de heeren P.J. van Wielink, voorzitter; C.H.F. van Heusden, secretaris, Ratthenowerstrasse 64; mej. J. Kramer, penningmeesteresse en de heeren E.D. Ganzevoort en W. Jelsma, plaatsvervangende bestuursleden. De volgende omzendbrief is verspreid:
Nederlanders die de behoefte gevoelen, af en toe eenige uren in een gezellig burgerlijken kring van landgenooten door te brengen, om zoo doende vaderlandsche taal en zeden ook in den vreemde te behouden en te verbreiden, roepen wij op, zich aan te sluiten bij de hier ter plaatse nieuw opgerichte vereeniging: ‘Hollandsch Gezelschap’, onderafdeeling van het Algemeen Nederlandsch Verbond, gevestigd te Dordrecht. Alle gewenschte inlichtingen verstrekken gaarne:
P.J. VAN WIELINK, Firma R. & J. Dick, König-Strasse 55.
M. LANG, Firma Schutte aus Sumatra, Friedrich-Strasse 131 a. Red. Geachte Redaktie.
Het was eene heerlijke gedachte de afdeeling Wederkeerig Dienstbetoon van 't A.N.V. te stichten. Ware het niet wenschelijk, dat zij zich ook bezig hield met het plaatsen van Nederlanders in den vreemde. Ik ken veel Vlamingen bizonder toekomende professors van Duitsch, Engelsch en Nederlandsch, die na hunne studiën aan de Hoogeschool voltrokken te hebben, wel graag voor een jaar of twee een betrekking zouden wenschen, 't zij in Duitschland, 't zij in Engeland of in Noord-Nederland, ten einde zich praktisch op | |
[pagina 232]
| |
de hoogte te stellen en hun geest te verrijken. Wederkeerig Dienstbetoon kan hier van groot nut zijn. Hoogachtend, J. VAN GORP. Kasterlee, 10 Sept. 1906. Zoo mogelijk zal deze goede gedachte worden verwezenlijkt. Red. |
|