Raar Hollandsch.
In de N.R. Ct. van 29 Juli komt 't volgend ingezonden stukje voor, dat terecht de aandacht vestigt op de zooveelvuldig gebruikte ongeoorloofde omzetting van bijzinnen:
Vroeger heette dat handelsstijl: ‘Per Korporaal verscheepten wij aan Uw adres 6 vaten teer en hopen wij dezelve reeds in Uw bezit zijn’. In dames-briefjes kan men tegenwoordig ook nogal eens lezen: ‘Jan hoest wat en zie ik daarom verlangend uit naar warm weer’. En nu zoo versch uit een consulair verslag: ‘De veeziekte brak af en toe op enkele plaatsen op nieuw uit, en ging de veestapel ook nog verder achteruit’.
Weet iemand hoe men aan dien zonderlingen draai gekomen is?