Spijskaarten.
Grappig lijkt vaak de geheel overbodige hardhandigheid om op de menu's elken vreemdeling te nekken. Heimelijk verdenkt men den opsteller soms den draak te steken met het heele geval. En die manier is nog zoo kwaad niet.
Een spijskaart kan geestig, kan een schrander letterkundig kunststukje zijn. Daarvoor is niet voldoende dat zij op geschept oud-Hollandsch papier is gedrukt met Oud-Hollandsche letter; zonder overeenkomstigen tekst is zulk een uitdossing teeken van weinig smaak. Een spijskaart kan ook geheel in het Hollandsch zijn, wanneer men eenvoudig de spijs wil aanduiden. Enkel worteltjes en kalfsrib en flensjes en wat al in de verbeelding lekkers kan opkomen - dat in het Fransch is dwaasheid. Maar om Hors d'oeuvre Buitengerecht of Buitenwerk te noemen, of Consommé Colbert Korte-jasjes-soep, of Sauce Veloutée Fluweelsaus of Mayonnaise oliesaus - dat alles is hoogst vermakelijk of met opzet of door argeloosheid.
Want als het waar is dat onze botersaus wezenlijk gemaakt wordt van boter, en onze kappertjessaus wordt gekruid met kappertjes, en onze erwtensoep gekookt van erwten, en onze oliekoeken gebakken in olie, wie rilt dan niet bij voorbaat van de fluweelsaus die hem te wachten staat, nadat hij zich door korte-jasjessoep heeft heengewerkt, en de oliesaus in de verte hem bovendien nog tegenglimt! Niets vermag den veegen dischgenoot dan te troosten, zelfs niet de overweging dat Colbert, de Generaal, de Pair van Frankrijk, gelukkig niet den smaad meer heeft beleefd van met een kort jasje te worden verward.
Ook in de spijskaarten onderscheide men de grens. De Hollandsche keuken zij Hollandsch in woord en daad; als zij dat waarlijk wordt en blijft, is er voldoende winst. Aan den Franschman dus de onbeperkte heerschappij over hoogere taartrol en schuimspaan - aan ons het Hollandsch degelijke maal - en de zee!