Neerlandia. Jaargang 9
(1905)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 2]
| |
NederlandVereeniging ‘Het Nederlandsch Lied’.Deze Vereeniging, waarvan in het vorig nummer doel en bestuur werd vermeld heeft een omzendbrief verspreid, waarin gezegd wordt: Onze Volksliederen - de uiting van het volksleven der Nederlandsche natie in het verleden en in het heden, schoon in hunne echtheid en juist daardoor de zuivere spiegel van volksliefde, volksleed, moed, geloof en vaderlandsliefde, - zijn waard, luide gezongen te worden en te klinken door het gansche land, om den ouden moed te herwekken, het oude karakter te doen herleven, de volksziel bij de herkenning van eigen schoonheid en waarde opnieuw te doen ontwaken. Onze volksliederen moeten worden ontrukt aan de vergetelheid, hergeven aan de natie en bereikbaar gesteld voor ieder, die beseft van hoeveel belang het is dat ons kernachtig, gezond Lied weer leve onder het volk. De Vereeniging: ‘Het Nederlandsche Lied’ heeft het veelomvattende doel, nieuw leven in te blazen aan de oude wijzen en gedichten - verscholen tusschen papieren van bibliotheken, besloten binnen den te engen kring der wetenschappelijke uitgaven en verdwenen uit het volksbewustzijn, dat zijn Nederlandsch karakter gedeeltelijk verloor onder de machtige invloeden van uitheemsche stroomingen. Door die liederen moet het Volk zich weer zijner roemrijke historie bewust worden, moet het waardiger worden de bewoners te zijn van onzen vaderlandschen bodem, moet het zich weer aansluiten bij de kracht en oorspronkelijkheid van zijn verleden. Onze zang en muziek - terugkeerende tot de ware echt-Nederlandsche levensuiting in toon en taal, vinde hier opnieuw den bodem voor verdere ontwikkeling en hooger bloei,... en door de taal, - de meest onmiddellijke uiting van het denkend leven, en wanneer het zich kleedt in den bevalligen vorm van poëzie en zich tooit met rijkdom van geluid, de meest innige tolk van het volksgemoed, worde weer invloed geoefend op het inwendige leven, zoodat de natie kan opwaken en, de lendenen omgord met kracht, mee haar deel kan hebben aan den grooten arbeid der volkeren. De Vereeniging: ‘Het Nederlandsche Lied’ heeft het voornemen in samenwerking met het Algemeen Nederlandsch Verbond d.i. door zijne Hoofd-, zijne Groepsbesturen en zijne Afdeelingen, door heel ons Land uitvoeringen van het eigen Lied te doen plaats hebben. Het Coers' Liederkoor onder leiding van Corn. A. Galesloot, dat uit goede krachten bestaat en het eigen Lied reeds menig triomf deed vieren, is Koor der Vereeniging ‘Het Nederlandsche Lied’ en geeft den leden op die uitvoeringen het recht van vrijen toegang. En indien hare middelen het vergunnen, zal de Vereeniging bovendien hare leden om de twee maanden één of meer oude Liederen in pianobewerking ten geschenke zenden, opdat men zie dat zij ernstig, degelijk, nuttig werkt en omdat het billijk is, dat in de éérste plaats de leden de vruchten plukken van hare werkzaamheden. Hoe meer de leden zullen kunnen ontvangen, hoe beter. Er is nog veel, ontzaglijk veel te doen. Wij verhelen het ons niet. Dringend noodzakelijk is het dan ook dat er krachtig worde opgetreden door velen in samenwerking, zonder versplintering van krachten, maar één in willen, omdat één belang ons bindt: het Nederlandsch belang. We mogen onverschillig noch flauwhartig noch koel-nalatig zijn, maar moeten vol hartelijke liefde en geestdrift met elkaar samenwerken voor het geluk, voor de grootheid van ons Volk. Een eerste vereischte is het daarom dat onze Vereeniging vele leden telle. Van Uw steun zal het afhangen, of zij zal kunnen beantwoorden aan de verwachting harer oprichters. Groote medewerking is noodzakelijk, zal onze Vereeniging slagen in de taak, die zij op zich nam en die, naar zij meent, eigenlijk op alle Nederlanders behoort te rusten. Vast zijn wij er van overtuigd, dat waar gesproken wordt in het belang van ons Volk, wij mogen rekenen op Uwe belangstelling, op Uwe liefde en medewerking; en op dien grond wordt de schriftelijke kennisgeving van Uwe toetredingGa naar voetnoot*) tot de Vereeniging: ‘Het Nederlandsche Lied’ vol vertrouwen ingewacht. Oprichters zijn: Prof. Dr. J. Te Winkel, Amsterdam; Mej. Marie Berdenis van Berlekom, Middelburg; Jhr. Mr. A.E. van Boelens van Eijsinga, Leeuwarden; Mr. G.H. van Bolhuis, Voorzitter van het Hoog Militair Gerechtshof, Lid van de Provinciale Staten, Utrecht; Jhr. H. de Brauw, 's-Gravenhage; F.R. Coers Fzn., Utrecht; Prof. Dr. Max. Conrat, Amsterdam; Mej. Cateau Esser, Directrice van de Vereeniging tot beoefening van Vocale en Dramatische Kunst, Amsterdam; B.L. Gompertz, Bankier, Amsterdam; Mr. J. Hamburger A. Dzn., Utrecht; Wouter Hutschenruijter W. Jzn., Utrecht; Prof. Dr. H. Kern, Utrecht; Dr. W.J. Leyds, Oud-Gezant van de Z.-A. Republiek, Utrecht; Dr. Hendrik P.N. Muller, Oud-Consul-Generaal van den Oranje-Vrijstaat, s-Gravenhage; Prof. Mr. J.C. Naber, 1e Secretaris, Utrecht; Prof. Mr. N.G. Pierson, Oud-Minister, 's-Gravenhage; J.E.N. Baron Schimmelpenninck van der Oye van Hoevelaken, Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, Hoevelaken; Prof. Dr. B. Symons, Groningen; Prof. Dr. J. Verdam, Leiden; H.B. Ver Loren van Themaat, Utrecht; M.J. Waller, Amsterdam; Prof. Jhr. Dr. B.H.C.K. van der Wijck, Utrecht. |
|