Neerlandia. Jaargang 8
(1904)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdOnze taal in 't Zuiden van Limburg.Eenigen tijd geleden werd er in ‘Neerlandia’ op gewezen, dat men te Maastricht op de borden bij het begin van de Maasbrug leest: ‘piétons à gauche’ en ‘voitures à droite’ met de Nederlandsche vertaling er onder. Dus bekleedt hier het Nederlandsch de tweede plaats in een, blijkens het opschrift: ‘Gemeente Maastricht’, officieele waarschuwing. Als een merkwaardigheid kan ik hierbij nog de mededeeling voegen, dat ik in het bezit ben van een prentkaart, voorstellende den stoet, die aan de koets van de koningin voorafging, toen deze bij haar bezoek aan de stad in het vorige jaar over de brug zou rijden. En hoe vertoonen zich nu hierop de bedoelde borden? Men heeft vermoedelijk tegen den tijd, dat de koningin op de brug zal komen, de Fransche opschriften met een zwart plaatje bedekt, daar men er zich waarschijnlijk voor geschaamd heeft aan H.M. de borden te laten zien, zooals zij er in werkelijkheid uitzien. Die schaamte is echter jammer genoeg niet in staat geweest een blijvende verbetering aan te brengen. De borden prijkten ten minste later weer - en zoo zag ik ze ook dezen zomer - met de oude opschriften; het Fransch boven aan, het Nederlandsch daaronder. Zou van wege ons Verbond in dezen niets te doen zijn?’ Verder meen ik nog het volgende hierbij te mogen voegen. Ik was dit jaar bij mijn bezoek aan het zuidelijk gedeelte van Limburg ook te Vaals, een Nederlandsch dorp; maar een dorp, dat voor het Nederlandsch taalgebied geheel verloren dreigt te gaan. Wat toch is het geval? Om Vaals op de gemakkelijkste wijze te bereiken, moet men eerst naar Aken reizen en daar van den tram gebruik maken, die deze belangrijke stad met het dorp verbindt. Van deze lijn nu wordt, naar men mij mededeelde, in hoofdzaak druk gebruik gemaakt door de vele inwoners van Vaals, die hun werk te Aken of in den omtrek daarvan hebben, en die op deze wijze natuurlijk hoe langer hoe meer verduitschen; zoodat men in de plaats zelf veel meer Duitsch dan Nederlandsch hoort spreken en daar ook tal van Duitsche opschriften op de winkels enz. vindt. De inwoners zijn anders, naar het mij voorkwam, niet tegen het Nederlandsch gekant en zij zouden ook gaarne zich van die taal willen bedienen, maar 't valt hen hoe langer hoe moeilijker zich tegen den toenemenden invloed van het Duitsch te verzetten. Hadden wij maar een verbinding met Valkenberg, zeiden sommigen tot mij, dan zou het hier wel spoedig anders zijn! Welnu, een paar dagen geleden las ik in de N.R. Crt., dat de plannen, die er bestaan om een tram te leggen van Vaals over Heerlen naar Valkenberg en verder naar Maastricht kans van slagen hebben. Laten wij hopen, dat spoedig deze verbinding tot stand mag komen, dat zou niet alleen voor de welvaart der bewoners van Vaals en omstreken van belang zijn, maar ook zou een gedeelte van ons land - al is dit gedeelte ook maar klein, doch wij hebben niets te missen - voor het Nederlandsche taalgebied behouden kunnen blijven of daarvoor teruggewonnen kunnen worden.
Den Haag. Mr. A. Telting. | |
[pagina 153]
| |
Vlamingen in Deventer.Aan de Redactie van Neerlandia.
Naar aanleiding van het stukje ‘Vlamingen in Deventer’. van Dr. J. Aleida Nijland, voorkomende in het Octobernummer van Uw blad, verzoek ik U beleefd het volgende te willen opnemen. De beide in genoemd stukje vermelde Zuid-Nederlandsche dames - ik zal geen namen noemen - spraken zulk allererbarmelijkst Nederlandsch, dat de door die dames aangesproken heer zeer juist de dames in het Fransch verder voorthielp. Ik zelf zoude, indien ik niet begrepen had met welk doel de dames zich bij mij vervoegden, niet in staat geweest zijn, dit uit het door haar gesproken quasi-Nederlandsch op te maken. Wat deze kwestie bovendien te maken heeft met het weinig meevoelen van de Vlaamsche beweging in Noord-Nederland is mij niet recht helder. Het geldt hier eenvoudig een zaak van beleefdheid door 2 dames voort te helpen in een taal die zij blijkbaar beter spraken en verstonden dan de onze. Ik heb de eer te zijn:
Uw dienstw. dienaar Mr. H. Kronenberg. |
|