Afdeelingen
Afdeling Haarlem en Omstreken.
Woensdag 25 Nov. l.l. trad voor onze Afdeling op mej. dr. J. Aleida Nijland met 'en rede over Vondel in z'n mooiste tijd, ten minste in de tijd waarin hij het diepst in beroering werd gebracht. De hoofdmotieven van haar rede waren deze: voortzetting in Vondel van het middeleeuwse mooi uit de 13de eeuw; dientengevolge verering van het kindje Jezus; ‘God heeft het kleen verkoren’ zegt Vondel; en daarbij eerst 'en Rubens-achtige zucht naar kleur en pracht (Geboortklok), daarna het meer Noord-Nederlandse lichteffekt van Rembrandt, van Goyen, Dou en andere zeventiende-eeuwers (Rey van Engelen in de Joseph in Dothan ‘Het lust ons om deez' duisternissen’ enz.). Vooral dit laatste had spreekster aangetrokken en zij beschouwt Vondel dan ook als de zoeker en vergoder van het licht even goed als Rembrandt: de Joseph is van 1640, de Nachtwacht van 1642. Overal in die tijd datzelfde tegenover elkaar plaatsen van licht en donker; zelfs 'en onpoëtiese geest als Jan Vos wordt door dat lichteffekt bekoord.
Dan smelt ook in Vondel de Renaissance samen met de 13de-eeuwse mystiek en Mariaverering en zo wordt Vondel ín haar ogen de goddelike geest die meer en meer over dat aardse heenkijkt. Wij raakten allen onder de bekoring van de spreekster, haar wijze van voordracht van Vondel's verzen en haar geestdrift, en hopen hartelik dat haar studie van Vondel, waar zij natuurlik nog niet mee klaar is, ook resultaten mag hebben voor onze afdeling.
Haarlem.
J.B. Schepers.