Halle (Brabant).
Uit die stad, op de grenzen van het Vlaamsche en van het Waalsche land gelegen, - dààr waar de strijd voor onze rechten gewis harder is dan elders, - vernamen wij met genoegen, dat de plaatselijke onpartijdige propagandakring Gelijkheid, die nu ongeveer 100 leden telt, er in geslaagd is te bekomen, dat het Stadsbestuur de dappere vaderlanders viere, die aldaar in 1798 gesneuveld zijn in den kamp tegen uitheemsche dwingelandij.
Het herdenken dier roemrijke, doch tevens, helaas! zoo droevige dagen, zal plaats grijpen in September aanstaande en samenvallen met de groote kermis.
Men zegt ons dat gezegd Stadsbestuur van plan is aan de ‘Brusselschepoort’ een gedenksteen te plaatsen, waarvan de inhuldiging zou geschieden in tegenwoordigheid van al de maatschappijen der stad in een prachtigen stoet vergaderd.
Verder is er spraak van een toon- en tooneelkundig feest, uitsluitend gewijd aan vaderlandsche stukken, enz.
Eindelijk zal de naam van Van den Eeckhoudt, den aanvoerder der in 1798 gesneuvelde Hallenaren, geschonken worden aan eene nieuwe straat aan de ‘Bres’ te banen.
Die verschillende gedachten zijn overheerlijk en wij kunnen niets dan toejuichen bij de vaderlandsliefde der Halsche overheid en den kamp voor het goede, het ware en het schoone ondernomen door gezegden kring Gelijkheid, die, ofschoon eerst sedert ruim een jaar bestaande, dusdanige blijken levert van leefbaarheid, van vlaamschgezindheid en wel bijzonderlijk van dien taaien moed der Flaminganten, die alle hinderpalen, trots de tegenkanting van Frankrijks huurlingen en Vlaanderens verraders, weet te boven te komen.
B. Rugheling.