Neerlandia. Jaargang 2
(1898)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 2]
| |
beambten, de goeden natuurlijk uitgesloten. Er zijn er onder hen zoovelen, die uit de achterbuurten van Londen hier aangespoeld zijn, en als zij de montering aan hebben dan denken zij dat ze de hond van den Goeverneur zijn. Is het recht dat ik voor mijn geld zoo mishandeld moet worden? Ik zou willen vragen dat naar het volgende een onderzoek worde ingesteld: Op 15 Dec. kwam ik van Vrijburg naar de Kaap. Ik ging naar het station te Vrijburg en vroeg om een salon-rijtuig voor mijn familie, daar mijn vrouw ziek was. Mijn pogingen waren te vergeefs. Ik moest toen voor mijn vrouw en drie kinderen voor retonrkaartjes tweede klas naar Wellington £ 19 19s betalen en voor een zoon £ 6 27s 6d, terwijl een ander heer van Mafe king naar Piketberg-station £ 5 12s betaalde. Is dat recht? Toen wij te Kimberley aankwamen, vroeg ik om een salonrijtuig voor de lange reis. Daar was nog maar geen salonrijtuig te krijgen. Wat moest ik toen zien? Op een eerste klas salon was tweede klas aangeplakt en iedere Jack, Tom en Harry werd daarin gestopt, terwijl wij Afrikaners moesten wachten Toen ter elfder ure moesten wij ingepakt worden als Kaffers door een onbeschaafde kondukteur in een oud rijtuig, waar geen glas in de vensterramen was, en zoo moest ik de geheele nacht met eene zieke vrouw voor open vensters in weer en wind doorbrengen. Wij moesten in het oude rijtuig blijven voortreizen. Te Fraserburg-statie konden wij geen droppel water krijgen en ook niet voor wij Wellington bereikt hadden. Is het recht dat men zijn geld moet betalen en dan zoo behandeld moet worden? Is het niet om rassenhaat hoe langer hoe meer te doen toenemen als men ziet hoe wij, Afrikaners, behandeld worden? Ik hoop dat er een degelijk onderzoek zal worden ingesteld. Ik denk dat mijn geld even goed is als dat van anderen. Ik ben, enz. J.N. Hamman.
't Zal wel beteren, M. Hamman, als de Afrikaners wat meer zelfstandigheidsgevoel gaan betoonen en zich niet door rooineks op de teenen laten trappen; als ze vooral hun kinderen niet prijs geven aan de verengelsching, waardoor het Afrikaansche ras ten onder gaat; als ze zich van Tafelberg tot aan de Zambesi één gaan gevoelen en met kracht hun zelfstandigheid handhaven. |
|