Stoomvaartverbinding met Z.-Afrika.
Menigmaal werd de wensch geuit, dat er een rechtstreeksche Stoomvaartverbinding mocht ontstaan tusschen Nederland en België en Zuid-Afrika. Nog in dit nummer van Neerlandia wordt daaromtrent een wensch geuit door Joh. Leyds te Johannesburg. Het volstaat niet dat een dergelijke Stoomvaartverbinding wenschelijk zij; ze moet ook kunnen bestaan. Over dat vraagstuk ontleenen wij onderstaande aan Hoyman en Schuurman's Exportblad van 20 Juli:
In de Telegraaf van 19 d. (Ochtendeditie) komt eene zeer belangrijke particuliere correspondentie voor over eene Nederlandsche Stoomvaartverbing met Zuid-Afrika, een onderwerp dat in bedoeld blad herhaaldelijk ter sprake is gebracht. De schrijver er op wijzende dat door den Volksraad in beginsel tot staatssubsidie besloten werd, en vermoedende dat met de D.O. Afrika Linie onderhandelingen gevoerd zijn, stelt de vraag of een Nederlandsche lijn zal kunnen bestaan. Die vraag beantwoordt hij ontkennend.
Uitvracht. Vooreerst zal, volgens den schrijver, eene Nederlandsche lijn de Duitsche uitvoer missen. Het blijkt - zegt hij - uit het officiëel verslag over den Duitschen handel op Zuid-Afrika gedurende de maand Februari 1897, dat van de 33 soorten van export-artikelen 24 voor de Kaapkolonie en 16 voor de Zuid-Afrikaansche Republiek bestemd waren. De uitvoer naar de Kaapkolonie bestond hoofdzakelijk uit:
|
ton |
cwt. |
meubilair |
5 |
12 |
geweven goederen |
19 |
3 |
artikelen van brass (mengsel van koper en zink) vervaardigd |
2 |
10 |
leer |
|
3 |
linoleum |
1 |
4 |
bier |
216 |
|
suiker |
144 |
|
Naar Transvaal waarschijnlijk over Delagoabaai, werden ontscheept:
|
ton |
cwt. |
cyanid (bestemd om de gouddeelen van van het slime te scheiden) |
23 |
4 |
patronen of détonateurs |
35 |
12 |
wagonassen |
136 |
14 |
stoommachines en locomotieven |
154 |
18 |
ijzeren werktuigen |
2 |
|
geweven goederen |
1 |
14 |
terwijl het verslag verder vermeldt (zonder hier nader te splitsen en zonder het land van bestemming op te geven) dat naar Kaapstad en Delagoabaai werden verscheept:
dwarsliggers voor spoorlijnen |
103 ton |
8 cwt. |
ijzeren waren |
179 ton |
18 cwt. |
messen |
21 ton |
12 cwt. |
piano's |
35 ton |
|
werktuigen |
64 ton |
4 cwt. |
gemaakte kleeren |
|
18 cwt. |
Wanneer wij nu aannemen - zegt de schrijver - dat, hetgeen ook hier in het handelsverslag als waarschijnlijk wordt aangenomen, de goederen, die Duitschland naar de Zuid-Afrikaansche Republiek uitvoert en genoemd zijn in de tweede der hier gestelde rubrieken over Delagoabaai gaan, en daarbij gedenken, dat ook een gedeelte van de in de laatste rubriek gemelde waren waarvan het rapport zonder afzonderlijke statistieken voor elke dier beide havens op te geven, slechts zegt, dat zij naar Kaapstad en Delagoabaai werden verscheept, voor Lorenzo Marquez bestemd is, dan blijft er toch nog een zeer belangrijk vervoer van Duitsche producten over, dat in hoofdzaak over de Engelsche stoomvaartlijnen of met zeilschepen plaats heeft.
Een Nederlandsche lijn zoude wat goederen betreft, volgens de schrijver voornamelijk op het vervoer van Nederlandsche exportgoederen moeten steunen en deze uitvoer, hoofdzakelijk bestaande uit boter, kaas, geconserveerde levensmiddelen, spiritualiën, chocolade, suiker is in geen geval belangrijk genoeg dan dat zij daarvan zou kunnen bestaan; door hare booten een Fransche of Iialiaansche haven te laten aandoen, zou zij misschien nog op eenige lading aldaar kunnen rekenen, ofschoon Frankrijk tegenwoordig zijn ‘Compagnie des Chargeurs réunis’ heeft, en zelfs Oostenrijk, naar ik hoor, reeds geregeld booten op Zuid-Afrika laten varen.
Het personenvervoer behandelde zegt de schrijver: Rij een snelle stoomvaartverbinding zou men, vooral als daarbij de booten te Marseille, Genua of Napels aandeden, een zeer belangrijk persoonvervoer van het vaste land mogen verwachten; zelfs een zeer groot aantal Engelschen, die er de voorkeur aangeven zouden, de reis zooveel mogelijk over land te maken, zou men op deze trekken: maar niettegenstaande dit belangrijk personenvervoer zou het toch nog de vraag zijn of men met een slechts gering goederenvervoer op de heen- en met zoo goed als geen goederenvracht op de terugreis in staat zou zijn de enorme onkosten te dekken, die zulk een onderneming, die bovendien onderworpen is aan de hooge belasting van doorvaart harer schepen door het Suez-kanaal, te dragen heeft
Terugvracht is er volgens den schrijver bijna niet. Het voornaamste artikel van den uitvoer vormt natuurlijk het goud, dat in hoofdzaak door Engelsche schepen, naar de Londendsche goudmarkt wordt verscheept, (de vracht daarvoor wordt op £ 250. - per Lbs. 50.000 aangenomen).
April 1897 |
hoeveelheid |
waarde |
Aloes |
Lbs. 5.681 |
£ 30 |
Argol |
Lbs. 10.606 |
£ 175 |
Koren, graan en meel |
Lbs. 143.388 |
£ 784 |
Diamanten |
Lbs. 291.381 |
£ 383.478 |
Struisveeren |
Lbs. 31.076 |
£ 47.073 |
Visch in blik |
Lbs. 134.781 |
£ 1.357 |
Gedroogde bloemen en grass. |
Lbs. 223 |
£ 15 |
Gedroogde vruchten |
Lbs. 2.492 |
£ 53 |
Versche Vruchten |
Lbs. -.- |
£ 103 |
Ruw goud |
Lbs. 228.203 |
£ 795.256 |
Angorawol |
Lbs. 201.616 |
£ 9.020 |
Ossenhuiden |
Lbs. 627.061 |
£ 11.750 |
Horens |
Aantal 40.005 |
£ 663 |
Ivoor |
Lbs. 64 |
£ 70 |
Geitenvellen |
Lbs. 143.625 |
£ 3.806 |
Schapenvachten |
Lbs. 1.203.395 |
£ 14.152 |
Spiritualiën |
Gallons 119 |
£ 239 |
Wijnen |
Gallons 5.635 |
£ 1.517 |
Schapenwol |
Lbs. 5.086.979 |
£ 121.251 |
Specie |
|
£ 350.220 |
Waarde van geïmporteerde goederen die weder uitgevoerd zijn. |
£ 22.468 |
|
_____ |
|
£ 1.768.398 |
Hoewel gond enz. nu nog 86 1/2% van den uitvoer inneemt, is het niet onwaarschijnlijk, dat met den tijd wanneer de goudkoorts eenigszins is uitgewoed en men ook de aandacht vestigen gaat op de andere rijkdommen van Zuid-Afrika's bodem, vooral wanneer daarbij de streken ten noorden van de Transvaal zich gaan ontwikkelen, die uitvoer van belang zal toenemen, en dan zou zeker de Delagoabaai de tot dien uitvoer aangewezen haven zijn; maar wat hiervan nu ook moge zijn in de toekomst, op het oogenblik zijn wij zoover nog niet en het is wel wat gevaarlijk bij de oprichting eener onderneming te bouwen op hetgeen mogelijk in de toekomst zal plaats grijpen waar zij wellicht, voor dat tijdstip aangebroken is, reeds opgehouden heeft te bestaan.
***
De schrijver beoogt dan dat men in Nederland zich moet aansluiten bij de D.O.A. Linie en misschien nog bij Frankrijk, om te komen tot eene verbinding die van Hamburg uitgaande Amsterdam en vervolgens Bordeaux aandoet om ten slotte voor de mail Marseille, Genua of Napels aanteloopen.
Erkent men aldus, besluit de schrijver, in Nederland de mogelijkheid, de wenschelijkheid en het voordeel van een zoodanige aaneensluiting, laat men dan niet met het houden van langwijlige discussies en het instellen van breedvoerige commissiën het goede tijdstip voorbij laten gaan, maar aanstonds stappen doen om, in overleg met den heer Leyds, die wel gemachtigd zal zijn namens de Regeering der Z.A. Republiek te onderhandelen, tot de uitvoering van zulk een plan te geraken.
***
De opsteller O. Kamerlingh Omer is het met de gevolgtrekging van den schrijver van bovenstaand artikel niet eens. Hij wil een zelfstandige Nederlandsche lijn en belooft daarover te handelen. We zien zijn beredeneerd oordeel met groote belangstelling te gemoet.