Onze taal op Nijverheids- en wetenschappelijke Congressen.
Op 27 Mei 11. had te Gent de 10e alg. verg. van het Kruidkundig Genootschap Dodonoea plaats. Het Genootschap, dat in 1887 door 9 leden gesticht werd, telt er op dit oogenblik 250, verdeelt over de 4 afdeelingen Gent, Antwerpen, Turnhout en Lier. Geheel deze wetenschappelijke vereeniging is op Vlaamsche leest geschoeld; al de voordrachten, boeken en tijdschriften over plantkunde of aanverwante wetenschappen, door het Genootschap uitgegeven, zijn uitsluitend in het Nederlandsch.
Op de alg. verg., na de gebruikelijke welkomrede van den ijverigen en hooggeleerden voorzitter prof. dr. J. Mac Leod, noodigde deze de leden uit op het eerste Vlaamsch wetenschappelijk Congres, dat in 't begin van September a.s. te Gent zal gehouden worden. Talrijke hooggeleerde sprekers hebben zich reeds doen inschrijven, en de onderwerpen, die er zullen behandeld worden, zullen betrekking hebben op natuurlijke wetenschappen in het algemeen en algemeene geneeskunde.
We kunnen niet genoeg alle deskundigen en belangstellenden aanraden aan dit congres deel te nemen.
***
Tijdens de twee Pinksterdagen werd ook te Gent het Congres gehouden tot uitbreiding van het textiel onderwijs, ingericht door den Bond der Oud-Leerlingen van de textiel-leergangen aan de Gentsche Nijverheidsschool. De handelingen van dit Congres hebben insgelijks in het Nederlandsch plaats gehad. Op de plechtige openingszitting in de ronde zaal der Hoogeschool, en die bijgewoond werd door de heeren Goeverneur der provincie, den Burgemeester, De Ridder, schepen van onderwijs, Nelissen, hoogleeraar en bestuurder der Nijverheidsschool, Schoentjens, oud-bestuurder derzelfde school, Hannet en Degreef, leeraars in het textiel onderwijs aan voornoemde school, de abt Coquin, inrichter en bestuurder der Textielscholen van Roebaais en Toerkonje, verder gemeenteraadsleden, leeraars en verscheidene nijveraars der stad, waren al de redevoeringen in het Nederlandsch. Alleen in de ziiting der afdeeling Spinnerij zijn de debatten gedeeltelijk in het Fransch geweest ter wille van den abt Coquin, die een Franschman is.
We kunnen niet nalaten den heer Leo Claeys, voorzitter van de inrichtende maatschappij, geluk te wenschen met zijne prachtige Vlaamsche openingsrede. Hij heeft daar bewezen een knap spreker te zijn, die zich zich gemakkelijk in onze taal uitdrukt. We hopen dat hij op het ingeslagen pad zal voortgaan en ons nog meermalen het bewijs zal geven dat hij ook het goed meent met onze taal.
Indien we den heer Claeys een klein verzoek mochten doen, zouden wij hem vragen te zorgen dat zijne vereeniging, tot wier wording hij zoo krachtig heeft bijgedragen, en die een Vlaamsch kind schijnt te zijn, een Vlaamschen naam zou krijgen, opdat het zou opgroeien tot een forschen Vlaamschen knaap, in staat iets degelijks, iets duurzaams tot stand te brengen, en geen jufferige Fransche flerefluiter zou worden, die niets teweegbrengt dan wind en ijdel gezwets.
O.