Een adjudant onderofficier.
De wakkere krijgsman die U op dit plaatje, in zijne volle Uniform wordt voorgesteld, is een onderofficier der Schutters die bij zijne afdeeling den rang van Adjudant heeft.
Beschouwt hem eens van nabij, jeugdige Vrienden! hij is uwe opmerking wel waardig: aan zijne linker zijde draagt hij den degen, en in zijne regterhand houdt hij een rotting. Maar hoe! een stok in zijne hand? slaat of priegelt hij daarmede zijne onderhoorige manschappen? Wel neen, kinderen! dat was weleer zoo, maar nu niet meer, de stok is voor den buffel, maar niet voor den redelijken mensch die zijnen pligt kent en betracht, en vooral niet voor den Noord-Nederlandschen Schutter, die zijn Vaderland bemint en verdedigt.
Maar wat doet de man dan met dien stok? hij kon die dan ook wel in huis laten. Zacht wat, lieve kinderen! oordeelt niet te schielijk; ik zal U met den man en zijnen stok spoedig bevredigen;