De Nederlandsche zanger in alle gezelschappen(1852)–Anoniem Nederlandsche zanger, De– AuteursrechtvrijVerzameling van meer dan 100 uitgezochte gezelschaps-liederen Vorige Volgende No. 91. Romance. In een kasteel, in oude riddertijden, Genoot Herman het eerste licht, weleer, Zijn hart, 't welk de natuur geleidde, Beminde Adèle, jong en teer; Hun jeugd zag hier geen onheil naderen, Hij leefde alleen voor zijn vriendin, En 't graf van hunne dappre vaderen bis. Werd toen de wieg van hunne min. bis. Maar welhaast roept hem de eer tot strijden, Herman bestijgt, vol moed, zijn ros; Hij zoekt Adèles groet te mijden, En scheurt zich van haar boezem los; Adèle! roept hij bij 't vergaderen. Ik draag uw kleur en overwin, 'k Verlaat het graf van onze vaderen, U en de wieg van onze min. [pagina 104] [p. 104] In het gevecht, verhit door 't nedervellen, Doorboort een dolk zijn moedig hart, Hij valt, - de naam van zijn Adèle Sterft op zijn lippen door de smart. Hij wenscht, daar hij zijn dood voelt naderen, Een enklen blik van zijn vriendin, Bij 't graf van hunne dappre vaderen, En bij de wieg van hunne min. Bij 't voorwerp van zijn min gekomen, Daar hij het spraakvermogen derft, Zijn tong verlamt, daar hij zijn bloed voelt stroomen, Hij roept: Adèle! hij zijgt.... en sterft! Adèle voelt ook haar einde naderen, Zij sluimert bij zijn doodkist in, Zoo werd het graf van hunne vaderen, Door 't lot ook 't graf van hunne min. Vorige Volgende