Jos Joosten
Van kern naar lijnen. Een voorstel voor eigentijdse poëzie-interpretatie geïllustreerd aan de poëzie van Peter Holvoet Hanssen |
302 |
Jos Joosten, Thomas Vaessens
Postmodernisme in de Nederlandse en Vlaamse poëzie. Een verkenning |
1 |
J.D.F, van Halsema
‘Als nadert een ontmoeten’. J.H. Leopold bij Ida Gerhardt |
207 |
Ton van Kalmthout
Vormend lezen. Opvattingen over de taak van het literaire leesonderwijs, ca. 1890-1940 |
101 |
Nico Laan
Literatuurpsychologie |
197 |
A. Maljaars en G.C. de Waard
‘O christelijcken knoop!’ Vondels visie op de geestelijken in zijn Gysbreght van Aemstel |
133 |
Bertram Mourits
Een totale show. Over poëzie en voordracht |
322 |
J.H. de Roder:
Semantiek en poëzie. Naar aanleiding van gedichten van Arjen Duinker en H.H. ter Balkt |
267 |
Bart Slijper
J.C. Bloem en het retoriekdebat |
187 |
Hans van Stralen
Omdat/opdat. Over ‘De achste plaag’ van Jan Wolkers |
224 |
Thomas Vaessens
Een weg door het korenveld. Het Nederlandse poëziedebat sinds Maximaal |
343 |
Dietlinde Willockx
Neemt en eet. De poëzie van Peter Verhelst en haar receptie |
282 |