Nederlandse historische bronnen 10
(1992)–Anoniem Nederlandse historische bronnen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 47]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 48]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
voorss. De Hase sich heeft laeten afftrecken van de burgemeester VeltersGa naar voetnoot17, sijn schoonvader, correspondent van den burgemeester Campe ende die van sijnen aenhangh ende maximen, immersGa naar voetnoot18 voor dese tijt; ende daerover behoort recompense te ontfangen; ten anderen om dat hij geapparenteert is met heeren tot Vlissingen in de magistraet sijnde, die oock haer allenthalven genegen thoonen tot den dienst van Uw Hoocheijt, waer bij compt dat hij is een out collegiantGa naar voetnoot19, die noijt het geluck gehadt heeft schepen te connen worden. Aen d'ander zijde, hebbe ick mij laeten informeren dat het best waere den voorss. De Haese voor dees tijt te preteriëren, eerst om dat hij wat necessiteux sijnde, lichtelijck door sijn schoonvader Velters, die van middelen is, door dreijgementen van verlies van beneficie, en geduijrige importuniteijt van sijn huijsvrouw, deser voorss. Velters dochter, sal connen worden affgetrocken; ten anderen om dat hij groote devoiren doende om te mogen becomen het burgemeesterampt (waer toe soo wel d'heer bailljouw, als die mij instrueren, oordelen, onder eerbiedig correctie van Uw Hoocheijt Gillis GovertsGa naar voetnoot20 ten dienste van Uw Hoocheijt bequamer te sijn) ende tselve niet obtinerende, door den voorss. sijnen schoonvader ende des selfs vrunden, sal connen aengehist worden, om tselve te resenteren, waer toe hij dan meer occasie sal hebben, schepen sijnde, als alleenlijck raetsman blijvende. Dit sijn sommierlijck de redenen aen d'een ende d'ander zijde. Ende alsoo de heer bailljuw met die ick gesproken hebbe in alle andere personen eens is, soo sal daer aen weijnich gelegen sijn wie van beijden Uw Hoocheijt sal believen te favoriseren, alhoewel ick (onder reverentie) oordeele best ende sekerst waere, den voorss. De Hase ditmael te excuseren, alsoo alles met meerder gerustheijt ende minder vreese met Straseel ten dienste van Uw Hoocheijt als anders sal uijtgewrocht worden. Ick wenste van gantsch mijn hert Uw Hoocheijt eenigen anderen dienst te mogen doen van meerder importantie als desen, biddende onderentussen seer demoedelijck dat Uwe Hoocheijt gelieve te gelooven, dat niemant in de werelt meer verlangt om occasie te mogen becomen door dewelke ick mocht thoonen hoe seer ick ben, gelijck oock tot den laesten oogenblick van mijn leven sal blijven, Doorluchtich Hoochgeboren Furst, Genadige Heer, Uwe Hoocheijts gants oijtmoedigen, onderdanigen ende gehoorsaemen dienaer, Henrick Thibaut, 1648. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 49]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[Biljet:]
|
|