Nederlandse historische bronnen 6
(1986)–Anoniem Nederlandse historische bronnen– Auteursrechtelijk beschermd57
| |
[pagina 104]
| |
geven van de politieke consequenties, dus de verantwoordelijkheid van de situatie welbewust hebben aanvaard en de zekerheid hadden in de samenstelling van een nieuw kabinet te zullen slagen. Of zij dat juist hebben ingezien, zal wel spoedig blijken. Aan prognosen hoe dat kabinet eruit zal zien, waag ik mij niet. Het is niet waarschijnlijk, maar toch mogelijk, dat de nieuwe formateur mij vragen zal aan te blijven, maar zooals ik er nu over denk, zal hij dan bij mij bot vangen. Ik vind het geheele optreden van Aalberse cum suis zóó weerzinwekkend, dat ik er weinig voor gevoel met hen in hetzelfde schuitje te gaan zitten. Octaaf van Nispen moet mijn stoel dan maar innemen!! Hij brak zijn vacantie af en is gisteren in Den Haag teruggekeerd. Ik kan er noch het land, noch u en uwe collega's, noch het departement mede geluk wenschen. Edgar Michiels zou voortreffelijk zijn, maar ik vrees dat hij er niet voor te vinden zal zijn. Ook Karnebeek remueert zich dezer dagen zeer! De beslissing: aftreden of Kamerontbinding, was niet gemakkelijk. Alles wel overwogen, opteerde het kabinet voor heengaan, maar Hare Majesteit gaf aan ontbinding de voorkeur. Gisterenmiddag heeft Hare Majesteit Beelaerts, Willem Vos en Ruijs geraadpleegd en gisterenavond heeft zij opnieuw Colijn ontvangen. Bijzonderheden weet ik nog niet, maar het resultaat was toch dat Hare Majesteit zich bij een ontslag van het kabinet heeft neergelegd. Wèl heeft Colijn aan Hare Majesteit laten weten dat, indien de formatie van een nieuw kabinet niet spoedig mocht slagen, wij bereid zijn om onze ontslagaanvrage terug te nemen, doch dan onder voorwaarde dat ons bij voorbaat dadelijk machtiging wordt verleend tot Kamerontbinding over te gaan. Of wij dan verder zullen willen of kunnen blijven, zal van den uitslag der verkiezingen afhangen. Veel kans geef ik ons ook in dat geval niet, want er is mijns inziens geen reden om te verwachten dat de nieuwe Kamer er belangrijk anders zal uitzien dan de huidige. Eerder is de kans groot, dat die nieuwe Kamer een voor het kabinet nòg ongunstiger beeld zal vertoonen door sterke toeneming van de NSB en de communisten. Dit vooruitzicht was dan ook een der redenen waarom het huidige kabinet in ontbinding nu geen heil zag. Het land is in een ellendige situatie, ook en vooral met het oog op den gulden. Trip verwacht met stelligheid dat de gulden reeds heden na het bekend worden van het ontslag van het kabinet zal kelderen, maar ik ben daarvan nog zoo zeker niet. In tegenstelling met eergisteren was de beurs gisteren veel rustiger, terwijl de goudonttrekking, welke eergisteren in enkele uren 60 millioen beliep, gisteren vrijwel tot stilstand kwam. De dag van heden zal voor den gulden wel beslissend zijn. Ik begrijp uwe verzuchtingen over het milieu waarin ge leven en werken moet. Gisteren ontmoette ik Effie Lindeiner, die zich openlijk op dezelfde wijze uitte als gij. Ge loopt wat hard van stapel met mijn bezoek aan u! Ik waardeer dit zéér, maar voorloopig kan er niets van komen. Eerst moet ik een nieuw huis zoeken, en mij daar installeeren. Dan moet ik eens ernstig mijn centen tellen, met de wetenschap bij voorbaat dat ik mijn levensstandaard tot het uiterste moet verlagen. Maak u niet bezorgd over het cumulatie-ontwerpGa naar voetnoot183. De pensioenen | |
[pagina 105]
| |
van oud-gouverneur-generaal's blijven er geheel buiten. Ik heb dit bij de besprekingen in den ministerraad over het ontwerp nadrukkelijk doen vaststellen. Arme Nini! Zoo'n spierscheur is vooral daarom zoo hinderlijk, omdat men er voortdurend, dag en nacht, aan herinnerd wordt. Als leek begrijp ik niet dat daaraan niets te doen zou zijn. Wensch haar namens mij het beste. Wat het werk betreft, is dit een ideaal-tijd, alleen loopende zaken doe ik af; alle kwesties met een principieelen kant blijven rusten. Ik heb dus het aangename gevoel van veel vrijen tijd te hebben en daarvan met dit schitterende zomerweer volop van te kunnen profiteeren. Ik zal telkens wel eens voor een paar dagen eruit trekken en als wij goed en wel geïnstalleerd zullen zijn, kruip ik op de fiets om Brabant eens te bekijken. Ik ken Oisterwijk, de vennen en dergelijke, in het geheel niet. |
|