Nederlandse historische bronnen 6
(1986)–Anoniem Nederlandse historische bronnen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 99]
| |
lijk alle kansen op latere herplaatsing als hoofd van missie had verspeeld. Dit laatste wist Thorbecke reeds lang; ik had het hem èn schriftelijk èn mondeling van tevoren in de meest uitdrukkelijke bewoordingen gezegd. Thorbecke is nu zooeven bij mij geweest en heeft mij in een hoogst pijnlijk en langdurig onderhoud nogmaals bezworen, dat zijn huidige vrouw aan alle denkbare eischen voldeed welke men aan de echtgenoote van een Nederlandsch gezant kan stellen. Ik heb hem daarop geantwoord, dat ik over de persoonlijke kwaliteiten van zijn vrouw geen oordeel had, maar dat twee feiten vaststonden, namelijk dat zij niet afkomstig is uit een milieu waaruit vrouwen van gezanten moeten voortkomen, en verder dat zij is eene vrouw met een niet onbesproken verleden, een in breede nationale en internationale kringen bekend feit. Ik heb hem dus gezegd dat mijn besluit onherroepelijk was. Hij weigert echter zelf ontslag te vragen, zoodat ik wel verplicht ben hem dit ongevraagd te verleenen, bijvoorbeeld tegen 1 october. Ik voorzie nu dat Thorbecke, in de stemming waarin hij nu verkeert, over dat ontslag kabaal gaat maken en met het oog op die eventualiteit zou ik gaarne over eenige positieve gegevens over ex-mevrouw Cathleen uit haar Berlijnschen tijd beschikken. Kunt ge mij die bezorgen? Ik bedoel gegevens omtrent haar afkomst en milieu, de standing van haar ouders en van haar vorigen echtgenoot, omtrent haar levensgedrag te Berlijn en dergelijke. Misschien kan de heer Wolff u bij de verzameling van die gegevens van dienst zijn.
[Postscriptum] Ik schrijf in haast, ga mij zoo straks als reünist te Leiden laten inhalen, het eenige pretje dat ik mij van de lustrumfeesten kan gunnen. |
|