Nederlandse historische bronnen 6
(1986)–Anoniem Nederlandse historische bronnen– Auteursrechtelijk beschermd41
| |
[pagina 80]
| |
uitoefent op mijn collega van justitie, die toch al een weifelende persoonlijkheid is. Maar juist dit feit, waaraan nu eenmaal niet te veranderen is en dat een gevolg is van de houding van het Hitler-régime tegenover de katholieke wereld, hadden Duitschers in Zuid-Limburg aanleiding moeten geven om dubbel voorzichtig en gereserveerd te zijn. Ook geef ik Zech toe, dat de concrete aanwijzingen ten aanzien van politische Thätigkeit en van pressie op anderen, elk op zich zelve, nu niet zoo heel veel beduiden, maar het geheel wijst toch op eene roerige, arrogante en agressieve beweging van de zijde der Duitschers, terwijl van hen verlangd wordt dat zij zich als rustige ingezetenen gedragen en zich zoo min mogelijk in opspraak brengen. Ik doe wat ik kan om ernstige moeielijkheden te voorkomen. Mijn zoogenaamd ‘onvriendelijke’ brief aan Zech, dien ik zelf redigeerde, evenals den brief aan justitie, was juist door de meest vriendelijke bedoelingen ingegeven. Ik kon niet verhinderen dat die Nacken uitgezet werd, doch de brief aan Zech had de bedoeling massale uitzettingen (onder andere van dien majoor Witte), welke justitie beoogde, te voorkomen. De arme Swinderen is na het bezoek van Hare Koninklijke Hoogheid geheel overstuur. Hij heeft dagenlang het bed moeten houden en is zeer overspannen. Nu krijgt het departement natuurlijk de schuld dat wij hem zonder hulp hebben gelaten in dien drukken tijd, maar hij vergeet dat wij hem spontaan hulp hebben aangeboden door Bosch van Rosenthal, die hier nog was, tijdelijk naar Londen terug te zenden, doch dat hij daarvan niet gediend was. Dat de vervanger van Bosch van Rosenthal, namelijk Teixeira, inmiddels een maagzweer en griep kreeg, kan ik niet helpen! |
|