Turnhout, Geertruidenberg en Willemstad in de middeleeuwen was een project van K.A.H.W. Leenders. C. Buiks bewerkte de Baronie van Breda; voorts kon gebruik worden gemaakt van de uitputtende, ongepubliceerde inventarisatie van de gehuchten van de Noordbrabantse en noord-Limburgse zandgronden door A.W.A.Th. Steegh. De zuidelijke helft van het gebied wordt grotendeels bestreken door Helsen & Helsens ‘Gehuchtnamen in de Antwerpse Kempen’ (Leuven, 1978). Voor de overige gemeenten dienden alsnog gegevens te worden verzameld. Het materiaal werd voorts voor de oudste perioden aangevuld met excerpten uit oorkonden en uit andere handschriftelijke bronnen als transportregisters uit de rechterlijke archieven, leen-, cijns- en renteboeken en met materiaal van topografische kaarten.
De eigenlijke inventaris, die ruim 750 blz. beslaat, is zeer gestructureerd en systematisch opgebouwd. De 80 gemeenten uit het onderzoeksgebied - begrensd naar de gemeentelijke indeling van 1830 - worden in alfabetische volgorde behandeld. Na een technische algemene inleiding worden per gemeente achtereenvolgens de gemeenschapsnaam (dorp, parochie, gemeente), de hoofdkernen, de gehuchten, de onbewoonde streken (akker, beemd, hei, bos, moer, gemeinte), de waterlopen en de staande waters besproken. Deze bespreking verloopt eveneens volgens een vast stramien: van al de vermelde namen volgt de huidige benaming of de gestandaardiseerde oude naam, de attestaties, de aard van het benoemde object en de veranderingen daarin in de loop van de tijd, de aanwezigheid van een van de gehucht- of hoofdkernnaam afgeleide akker-, straat-, beemd- of heinaam, soortgelijke namen elders, de naamkundige interpretatie, de ontleding in samenstellende elementen.
Het feit dat aan de gekozen opbouw strikt de hand wordt gehouden, maakt de inventaris tot een erg overzichtelijk en bruikbaar werkinstrument: de belangstellende lezer kan zonder moeite iets te weten komen over de toponymie van een bepaalde of van enkele gemeenten.
In het inleidende eerste deel bieden de auteurs een synthese van het verzamelde materiaal: op 41 verzorgde, met de computer vervaardigde kaartjes wordt de spreiding van een aantal toponymische grondwoorden in de nederzettingsnamen weergegeven en in het bijhorende commentaar vanuit historisch-geografisch perspectief toegelicht.
C.J.M. Buiks, K.A.H.W. Leenders, Nederzettingsnamen in het gebied tussen Antwerpen, Turnhout, Geertruidenberg en Willemstad. Deel I, Inleiding; Deel II, Inventaris: 1: Alphen t/m 16: Fijnaart; Deel III, Inventaris: 17: Geertruidenberg t/m 32: Meer; Deel IV, Inventaris: 33: Meerle t/m 48: Putte; Deel V, Inventaris: 49: Ravels t/m 64: Tholen; Deel VI: Inventaris: 65: Turnhout t/m 80: Zundert. Noord-Brabant, Anjerfonds, 1993. 878 blz.
Leuven
A. Marynissen