Kroniek
Het ‘Nederlands Repertorium van Familienamen’ voltooid
Het jaar 1988 is voor het antroponymisch onderzoek in Nederland van groot belang geweest. Met de verschijning van deel XIV, Limburg, van het ‘Nederlands Repertorium van Familienamen’ is deze reeks nu voltooid. Sinds in 1963 het deel Drente verscheen, hebben nu alle negen miljoen nederlanders, die bij de Volkstelling van 1947 geregistreerd zijn, hun plaats in dit geordende overzicht van onze familienamen gekregen.
Limburg telde in 1947 ruim 684 000 inwoners, die samen meer dan 34 000 familienamen droegen. In vergelijking met andere provincies is dat een vrij groot aantal. De limburgse namen hebben duidelijk een eigen karakter, dat hen onderscheidt van namen in andere delen van het land. Zo wijkt de lijst van de meest voorkomende namen hier bij voorbeeld af van de top-tien van Nederland als geheel. Nationale kopkopers zijn De Jong, De Vries, Jansen, v.d. Berg, Bakker en Van Dijk. In Limburg wordt de kopgroep echter gevormd door Janssen, Smeets, Peeters, Peters, Jacobs en Hermans.
Opvallend is ook het grote aantal namen dat van voornamen is afgeleid. De naam Bartholomeus heeft alleen al 73 verschillende familienamen opgeleverd, lopend van onder anderen Bartholomé via Baerten, Bartels, Tholen, Thoolen tot Meijs, Meessen en Meuwissen. De gecompliceerde geschiedenis van Limburg heeft er toe geleid dat er ook binnen de provincie duidelijk verschillende typen van familienamen ontstaan zijn. Zo blijkt het zuiden vrij veel namen op -mans te kennen, zoals Timmermans, Offermans en Bemelmans, die in het noorden daarentegen vrijwel ontbreken.
Van lang niet alle limburgse namen is het duidelijk hoe zij zijn ontstaan. Ook de concentratie van allerlei namen en naamtypen vraagt nog om een verklaring. Dit zijn problemen die niet alleen naamkundigen bezighouden, maar ook genealogen, lokaalhistorici en dialectologen. Om hun vragen beter te kunnen beantwoorden is nadere studie op provinciaal en lokaal niveau noodzakelijk. Het deel Limburg van het ‘Nederlands Repertorium van Familienamen’ zal daarbij uitermate geschikt blijken te zijn als werkinstrument en als uitgangspunt voor verder onderzoek.
P.J. Meertens†, H. Buitenhuis† en E.N. Palmboom (red.), ‘Nederlands Repertorium van Familienamen’. Deel XIV Limburg. Met een inleiding van J.M. Verhoeff. Zutphen, De Walburg Pers. 560 blz. f1209, -.
ISBN 90-6011-584-8.