Sa gasten die hier syt versaemt,
Syt vrolijck soo het recht betaemt.
Stemme: Lieve vrienden,, ghy sult
hier vinden,,
CAmeraerden,, wilt nu versmaden,,
Allen droeff heyt druck en smert,
En wilt vluchten,, droevige suchten,,
Jaeght droef heyt van u hert
Schept genuchten,, inde cluchten,,
VVilt nu lustigh vroelijck syn
Laet ons drincken,, laet ons klincken,,
VVant wy hebben bier en wyu.
2. Sa geseten,, om wat te eten,,
Laet ons vullen onsen buyck,
Dan geschoncken,, en uyt gedroncken,,
Seffens uyt een volle kruyck,
Dan gesongen,, dan gesprongen,,
Om te crygen grooten dorst
Dan weer mallen,, dan weer vallen,,
Met den dranck,, smeeren de borst.
3. Vrolijck Gasten,, sa wilt aentasten
Dese Hespe oft de Soscis,
Wilt nu singen,, en op wilt springen,,
Dat een yeder vroelijck is:
Sa wilt dansen,, en weer schranssen,,
Eedt en drinckt dat u gelieft,
Haenen hinden cont hier vinden,,
VVant wy syn van als gerieft.
| |
4. Sa gy snullen,, laet ons nu vullen,,
Onsen buyck met bier en wyn;
Goy gesellen,, nempt op de snellen,,
Buyst en wilt niet ledigh syn;
Sa wilt slempen,, sa wilt dempen,,
VVilt nu thoonen vrolijckheyt,
Lustigh knuysen,, wilt vry buysen,,
Bier en wyn is ons bereyt
5. Die niet smeren,, oft en verteren,,
VVilt syn gelt in vrolijckheyt,
Dat sy soecken,, ander hoecken,,
Oft hy wordt hier uyt geleyt
VVyli spotten,, met die sotten,,
En versmaeders van de kan,
VVyli prysen,, eer bewysen,,
Die in't drincken is een man.
Sa mijn Gasten al te saemen
Drinckt nu lustigh uyt de Kan
Die het minsten hem laet praemen
Acht ick voor den kloecksten Man.
|
|
Auteursrechtvrij