lokale archief, in het Stadhuis te bevinden. De daarop gepleegde overval leverde, uit een stoffige oude kast, vier exemplaren van werken door Weyerman op, waarbij een Echo des weerelds (zie MedJCW p. 348). Wat vindt men nu in dit repertorium bij Turnhout? Inderdaad, onder nr. 417, die Taxandriabibliotheek, met opgave van openingstijden, en de dagen waarop men hier de zaak gesloten houdt (o.a. drie dagen waarop men in deze plaats kermis viert). Verder een soort korte beschrijving van welke fondsen men hier aantreft, te weten: 4 boeken van vóór 1500, 119 uit de periode 1501-1600, en liefst 1700 items uit het tijdvak 1601-1800! Tevens volgt een evaluerende opmerking over de wijze waarop het bezit toegankelijk is gemaakt (zo staat er de ontroerende mededeling: ‘Normen titelbeschrijving: eigen aan de bibliotheek’). Informatie over openingstijden, de ontsluiting, en een karakterisering van het bezit vindt men bij elke verzameling in dit werk.
Maar dat is niet alles, wat Turnhout ons biedt - of wat Turnhout mij had kunnen bieden, als ik geen haast had gehad dit wereldcentrum te verlaten. Want er is ook (nr. 414) een ‘Begijnhofmuseum’, met ongeveer 500 drukken van vóór 1800; een (nr. 415) ‘Kerkfabriek Sint-Pieter’ (die mogen we overslaan, want ze hebben slechts 17 missalen); en (nr. 416) een ‘Nationaal Museum van de Speelkaart’, met 50 boeken uit de periode 1601-1800. Kortom, er waren hier panden die wel eens met een bezoek vereerd hadden mogen worden.
Dit boek behoort dus tot de handbagage van degene die naar een congres in België moet, met vakantie gaat in de Ardennen, of vindt dat hij een dagje vrij mag nemen om een origineel patatkot te bezichtigen. Hij kan in de grotere plaatsen bibliotheken vinden waarvan hij anders het bestaan niet zou kennen (bezoek nu eens in Leuven niet de universitaire bibliotheken, maar de bibliotheek en het archief van de Dominicanen) en in kleine plaatsen verzamelingen waar hij nooit eerder van hoorde (Berlare: het Boerenkrijgmuseum, met 100 drukken en kranten vóór 1800). Hij houde rekening met de kloosterlijke mogelijkheid: ‘Consultation des ouvrages au parloir’.
Het lijkt me dat hier nog vondsten mogelijk zijn. Van ieder auteur, en van Weyerman in het bijzonder. Op grond van de aantallen gevonden exemplaren kan Ton Broos in zijn komend boek over de Konstschilders conclusies trekken; op grond van de mede in de MedJCW opgegeven verblijfplaatsen van werken, advertenties enz. heeft Marleen de Vries haar (binnenkort verkrijgbare) ‘Aanzet tot een bibliografie van de gedrukte werken van [...] Weyerman’ kunnen maken (gegroeid tot 95 items! afgezien nog van de twijfelgevallen) en hopelijk is die weer snel achterhaald wanneer ook opgaven uit deze zuidelijke verzamelingen binnenkomen.
Het boek is te bestellen bij de Bibliotheek van de Universiteit Mons (Bergen), Rue Marguerite Bervoets 2, 7000 Mons; de kosten zijn 270 BF (nl. 220 BF + 50 BF voor verzendkosten naar Nederland).
A.J. Hanou