Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 25
(2009)– [tijdschrift] Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 179]
| |
Een leeservaring
| |
[pagina 180]
| |
Ah maar ik kennekik dat!, dacht ik en al lezende transponeerde ik alles gewoon naar mijn eigen gehucht, mijn eigen huis in de mist die er in banken boven het krakende stijfopstaande loof hing. Precies, zo is het!, dacht ik toen ik las over het geluid van de droge klop tussen de oren, het hoge brekende gilletje, de warme bloeddoorlopen pels waaraan nog wat keutels kleven... Voor de eerste keer in mijn leven las ik zinnen die iets te maken hadden met ervaringen die ik had opgedaan maar waaraan, dat had ik al spoedig begrepen, in dat pensionaat (en zoals later bleek: nergens eigenlijk) nooit woorden worden besteed. En in de winter kan je 't op tweehonderd meter van het huis waar ik zit te schrijven nog altijd zien: boerenkinderen op holle zaterdagmiddagen tot aan hun knieën in het slijk op de akkers; dikke tintelende vingers van de kou; rijm in de wenkbrauwen en op de wimpers. Wie heeft het daar ooit eens over?
Jawel, maar rat-in-de-val meneer want blijkt plotseling hoe een onopgemerkte derde het gebeuren vanuit een nieuwe, onverwachte hoek staat gade te slaan waardoor op zijn (mijn) beurt de spieder bespied, de toekijker bekeken, de voyeur wordt betrapt. Rat-in-de-val want blijkt hoe ook in een tekst een deur achter de lezer zijn rug kan worden dichtgeklapt. Rat-in-de-val want er is een jachtopziener die vanaf de overkant van het veld alles heeft gevolgd en die zal Permentier meteen ook als getuige voor het gerecht dagvaarden. ‘Verdorie, 't is dus wel altijd twee keer uitkijken of ze hebben u te pakken’, denkt de pensionair. ‘Argwaan koesteren, zo heet dat’, zegt de leraar Nederlands. ‘Genezen van de met lijf-en-leden-betrokkenheid’, zo noemde ik het zelf later. In welke mate hebben leesgeschiedenissen als deze ertoe bijgedragen om mij de onontbeerlijke welbedachtheid tegenover personen en landschappen eigen te maken? Zo vraag ik mij nu af. |
|