Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap 21
(2005)– [tijdschrift] Mededelingen van het Cyriel Buysse Genootschap– Auteursrechtelijk beschermd2Den Haag. 11 Laan v. Meerdervoort
Waarde Heer, Gaarne wil ik u voor uw artikelGa naar eind(1) met enkele inlichtingen over mijzelf en mijn manier van werken helpen. Mijn werkuren zijn 's ochtends van 9 tot 1. Somtijds nog 's namiddags tusschen 4 en 6, doch zelden; en 's avonds of 's nachts absoluut nooit. Ik werk doorgaans geregeld elken dag. | |
[pagina 156]
| |
Ik meen te mogen zeggen dat ik, in heel mijn litteraire ontwikkeling, “mijzelf” gebleven ben: Realist, met gevoel en poëzie. Mijn eerste boeken waren dikwijls slecht als taal. Ik ben naar Holland gekomen om de taal goed te leeren. Maar steeds ben ik in nauwe aanraking gebleven met de geboortegrond, met Vlaanderen, dat ik boven alles liefheb, waar ik de stof van al mijn werken vind, en waar ik trouwens 6 à 7 maanden 's jaars verblijf. Ik woon daar buiten, in de buurt van Gent, midden in mijn landschappen en typen. Aan mode-litteratuur heb ik nooit meegedaan. De wilde stroom van 't symbolisme en mysticisme heb ik gerust over mij heen laten gaan, zonder de minste lust te voelen om er mij als zooveel anderen in op te schroeven. Ik negeer er het mooie niet van. Ik voel het eenvoudig over 't algemeen niet. Maar wél voel ik 't ideaal, zonder verdere specificatie. Ik zou haast van mijzelf durven zeggen dat ik een idealistische realist ben. Het is voor mij een ware strijd geweest, die jaren heeft geduurd, vóór ik tot de overtuiging kwam, hoe of ik schrijven moest. Ik meen dat ik mijn definitieven weg gevonden heb in deze laatste mijner boeken: Te Lande[,] Uit Vlaanderen, 'n Leeuw v. Vlaanderen en Van Arme menschenGa naar eind(2) Waar ik zelf aan 't woord ben tracht ik zooveel mogelijk (in bewuste boeken) goed Nederlandsch te schrijven. Waar mijn types aan het woord zijn, laat ik hun de gewesttaal spreken, zoo nauwkeurig - graphisch - mogelijk door mij weergegeven. In dat opzicht was b.v. Schoppenboer,Ga naar eind(3) dat ik anders als een van mijn beste werken beschouw, slecht, omdat mijn types daarin niet genoeg hun dialect spreken. Er is mij verweten dat mijn werken (laatste manier) daardoor gebrek aan eenheid leden.Ga naar eind(4) Het is mogelijk. Maar ze zijn ten minsten èchter, dichter bij de waarheid. Is dat niet heel veel waard? Omdat b.v. Streuvels en Teirlinck dat niet doen, blijft er voor mij steeds een wanklank in hun werk.Ga naar eind(5) In mijn eigenlijke kunst heeft Holland mij tot niets geïnspireerd. Ik ben te sterk Vlaming, en het verschil is te groot tusschen Holland en Vlaanderen. Ik schreef één enkel ‘Hollandsch’ schetsje Aan 't Strand, een paar jaar geleden in NederlandGa naar eind(6) verschenen, en het was niet goed. Ik geloof niet dat ik nog ooit probeeren zal iets zuiver “Hollandsch” te schrijven. Hebt ge Paatros van mij gelezen? verschenen in de laatste Augustusaft. van de XXe Eeuw?Ga naar eind(7) Dat stukje en wat nu met Januari of Febr. | |
[pagina 157]
| |
in De Gids zal komen: De steunpilaren der “Ope van Vrede”Ga naar eind(8) beschouw [ik] als mijn beste novellen. Wilt ge nu nog meer over mij en mijn werk weten. [Vr]aag dan maar. Ik ben tot uw dispositie. Ten 10 Januari ben ik in Den Haag terug en blijf er tot einde April. Dan ga ik voor den heelen zomer naar mijn buitenverblijf te Afsnee bij Gent Vlaanderen. Met vriendschappelijke groet
uw dr Cyriel Buysse |
|