May-bloemen, gestrooyt voor d' E. bruydegom, Sr. Symon Zoutman, en sijn E. bruyt, juffr. Maria Hendrix Antwerpen. Vereenight den 23. van bloeymaant, in Gouda, 1666
(1666)–Anoniem May-bloemen, gestrooyt voor d' E. bruydegom, Sr. Symon Zoutman, en sijn E. bruyt, juffr. Maria Hendrix Antwerpen. Vereenight den 23. van bloeyma– Auteursrechtvrij
[Folio A8r]
| |
Psalm 128. Stemme: Karsnacht.
DIe Godt ontsiet, en volgt sijn wegen,
Gelijk hy eyscht, is wel ter degen
Gelukkigh; want al wat hy doet,
Sijn's handenwerk sal zijn gezegent,
Sijn landen met Godts gunst beregent;
Want hy (de Heer) is wijs en goet.
2.
Uw Wijf, uw Lief, uw Uytgelesen,
Sal als een vruchtb're Wijngaart wesen,
Die wijds en zijds sijn ranken frisch
Verspreyt, de Vruchten uwer lijven,
Als jonge Boompjens van Olijven,
Die sullen çieren uwen Disch.
| |
[Folio A8v]
| |
3.
Soo sal 't de kinderen der Vroomen
Hier gaan, Godt sal haar overstroomen,
Die naar sijn wil, en Wetten leeft,
En die hem eert, en dient met vreesen,
Sal woonen in het Landt gepresen,
Dat allerhande goeden geeft,
4.
Daar rust sal zijn aan alle kanten,
Daar elk sijn Vygeboom sal planten,
En niemant voor den and'ren vliên;
Wanneer uw jaren dan verminderen,
Sult gy uw kind'ren, en kinds-kind'ren,
In vreê op Aarde woonen sien.
Z.
EYNDE. |
|