vrees verbijsteren; en zy zullen zeggen: Ziet hier, wy zijn weêr op d'aarde gekeert, ter plaats, van daar wy vertrokken waren. Onz gebeente was vergaan, en onze weêrkering in de werrelt zal ons niet dan ongeluk veroorzaken. Dit tweede gedruis van de trompet is een teken van Gods gramschap. Zy zullen dan uit de graven op d'aarde verrezen zijn. Hebt gy de geschiedenis van Moises verstaan? en hoe God, zijn Heer, hem in 't heilig dal, Toï genoemt, riep? en hoe hy zeide: Ga naar Farao: hy is van de rechte weg afgeweken: hy is in een grote doling. Zeg tot hem: Ik roep u tot de weg der zaligheit. Ik zal u reinigen, en op de weg van Gods wet brengen, op dat gy zijn vrees voor ogen zoud hebben. Moises vertoonde aan Farao een van zijn grootste wonderdaden. Hy verachtte echter Moises; hy was hem ongehoorzaam, en van de rechte weg afgeweken. Hy deê zijn volk vergaderen, en uitroepen dat hy hun God was. Maar God heeft hem strengelijk gestraft, uit oorzaak van zijn lasteringen. Dit is een voorbeelt van zijn almachtigheit by de genen, die vroom zijn. O bozen, waart gy moejelijker te scheppen, dan de hemel? God heeft zijn gewelt opgeheven, en hem gelijkmatig geschapen. Hy heeft de nacht duister, en de dag vol van klaarheit gemaakt. Hy heeft d'aarde uitgestrekt, en daar uit bron-