| |
| |
| |
Paul van Capelleveen De gedichten van Gerrit Komrij, een bibliografie
Inleiding
Hoe zeldzaam sommige publicaties van Gerrit Komrij op dit moment al zijn, bleek wel uit mijn vergeefse speurtocht naar het studententijdschrift Kaas & Brood, dat nu zeker door iemand van een zolder zal worden gehaald, maar waarop ik nog geen beslag kon leggen. Voor de beschrijving van de verzen die Komrij hierin publiceerde, heb ik mij moeten baseren op de bloemlezing Kaas & Brood en Bikkelacht, die Rap in 1981 uitgaf. De reeks Architektuur (toen nog met een k) heb ik wel kunnen inzien, de Zes gedichten (uit de bundel ‘De sleutels zijn gebroken’) niet. Die bundel, De sleutels zijn gebroken, zal waarschijnlijk toen, in 1964, meer dan zes gedichten hebben bevat; de titel lijkt in elk geval ontleend aan Sjarretel, dat later, in 1968, werd opgenomen in Komrij's debuutbundel Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. Van dit gedicht luiden de slotregels:
De sleutel van Engeland is gebroken.
En je weet geen smid die hem maken kan.
Die mysterieuze sleutel-bundel, kan een nooit verschenen oer-uitgave van Komrij's debuutbundel zijn. Dat er inderdaad meer gedichten voor in portefeuille lagen, doet de titel van één van de Zes gedichten ook al vermoeden; Lijm ii Het gedichr Lijm i echter is of geheel verdwenen of van titel veranderd. Of heeft het nooit bestaan en hebben we te maken met een opsnijdersgrapje van de jonge Komrij?
Er zijn trouwens meer aangekondigde bundels nooit verschenen. Het augustus/september-nummer van Hollands maandblad belooft in 1967 een gedichtenbundel - De Rechte Bultenaar; voorts gedichten bij pornografische etsen, samen met Charles Hofman. In 1971 werd verder De Vijf Zinnen genoemd (wellicht is dat die pornografische serie). Aan Bibeb vertrouwde Komrij het, op 26 maart 1977 in Vrij Nederland door haar uitgedragen, voornemen toe, voor de reeks Erotisch Panopticum gedichten te gaan schrijven over een dienstbode die zich herinnert hoe ze haar verschillende meesters heeft gestoft en gezogen. Verder zou bij Bébert te Rotterdam in 1982 Tipo morbido (werktitel) verschijnen, maar daarvan is het nog niet gekomen. Uit de 267 nummers die deze bibliografie omvat mag duidelijk zijn hoeveel er gelukkig wél verschenen is.
De gedichten, van de vroege tot de verspreide verzen, van de tiendelige cycli tot het light-verse-distichon, door Gerrit Komrij in de jaren 1960-1984 gepubliceerd, zijn alfabetisch op titel gerangschikt (of, bij gebrek aan een titel, op de eerste regel). Bij elk gedicht wordt afzonderlijk eerst enige aandacht besteed aan de uiterlijke kenmerken, waaronder de beginregel, de vorm en de teksten van opschriften en ondertitels. In de notaties staat voor de eerste regel altijd een liggend streepje. De vorm is soms toegelicht, maar meestal alleen aangeduid met getallen voor het aantal regels (een liggend streepje daartussen geeft een strofe-scheiding aan).
Daarna volgen, chronologisch geordend en arabisch genummerd, de verschillende publicaties van het betreffende gedicht. Om de titelbeschrijvingen, die kort zijn omdat het in de eerste plaats om de gedichten zelf gaat en niet om de bronnen, nog meer te beperken, ontbreken bij de steeds terugkerende gedichtenbundels de uitge- | |
| |
ver en de plaats van uitgave. Hier een summier overzicht van deze bronnen: De Arbeiderspers te Amsterdam publiceerde: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968), Tutti-frutti (1972), Fabeldieren (1975), De verschrikking (1977), Het schip De wanhoop (1979), De os op de klokketoren (1982) en Alles onecht (1984). Komrij noemt in Alles onecht voor De os op de klokketoren als jaar van uitgave 1981, doelend op een speciaal deel van de oplage, waarmee de uitgever ter gelegenheid van de jaarwisseling vrienden en relaties bedacht. Kees Lekkerkerker geeft in zijn bibliografie voor het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum als maand van verschijning december 1981 op, maar de luxe editie verscheen volgens hem eerst in februari 1982, met een ets door Joost Veerkamp. De handelseditie presenteerden Komrij en Veerkamp pas op zaterdag 13 maart 1982 op de kunstmarkt K 82 in de Marijkehal van de Jaarbeurs in Utrecht. Ik houd het daarom maar op 1982 als jaar van uitgave. Bij Meulenhoff in Amsterdam verschenen van Komrij: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969, 2e dr. 1978) en Ik heb Goddank twee goede longen (1971, 2e dr. 1978), in 1981 samengevoegd tot Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. C.J. Aarts, eveneens te Amsterdam, gaf Komrij's patentwekker (1974, 2e dr. 1983) en Onherstelbaar verbeterd (1981, 2e dr. 1983) uit.
De herdrukken verschenen op hetzelfde moment als The Comreigh critter and other verse, dat op 12 februari 1983 in de Rob Gallery ten doop gehouden werd. De vertalingen door Jacob Lowland (pseudoniem van James S. Holmes, alias Master Jim) zijn in deze bibliografie niet afzonderlijk opgenomen, maar wel wordt er bij de oorspronkelijke gedichten van Komrij even melding van gemaakt. Tenslotte verscheen er één bundel bij Sub Signo Libelli (destijds, in 1978, te Amsterdam, tegenwoordig te Utrecht): Capriccio. Voor uitgebreider beschrijvingen van de meeste bronnen kan ik verwijzen naar de bibliografie van Kees Lekkerkerker.
Na het algemene gedeelte en de titelbeschrijving volgen enkele bijzonderheden over deze ene publicatie van het gedicht. Vier afkortingen behoeven enige toelichting.
O.v.: onderdeel van. Deze afkorting wordt gevolgd door de titel van de afdeling of de reeks waarvan het gedicht in deze publicatie deel uitmaakt.
O.d.t.: onder de titel. Hierna komt de varianttitel waaronder deze keer het gedicht werd gepubliceerd.
1e r.: eerste regel. Als door een veranderde tekst of interpunctie de beginregel in deze publicatie anders luidt dan in de latere versies, volgt na deze afkorting die afwijkende eerste regel.
O.p.: onder pseudoniem. Sommige verzen schreef Gerrit Komrij onder een pseudoniem. Dat is steeds vermeld.
Tenslotte heb ik met Romeinse cijfers een versieaanduiding aangebracht. Versie ii onderscheidt zich van Versie i door een verandering van letterteken; Versie i onderscheidt zich van Versie i door een verandering van interpunctie of cursivering. Bij de overgang naar een nieuwe versie wordt aangegeven in welke regel de wijziging optreedt. Aan de bibliografie zijn vijf registers toegevoegd en wel op varianttitels, beginregels, afdelingstitels en inhoudsomschrijvingen, bronnen, en tenslotte personen.
Gedichten die in bloemlezingen zijn aangetroffen werden niet opgenomen, tenzij het om een eerste publicatie ging. Poëzie van anderen, vertaald door Komrij (zie bijvoorbeeld afdeling vi van Tutti-frutti), valt buiten het bestek van deze bibliografie. Hetzelfde geldt voor de gedichten die geciteerd worden in recensies of bij interviews. (Drie gedichten uit Komrij's debuutbundel werden bijvoorbeeld bij wijze van recensie in Het o.o.o.-blad De schakelkrant, oktober 1968, geplaatst.)
Het chemisch huwelijk (1982), hoewel geschreven in rijmloze verzen, moet toch worden gerangschikt onder de toneelstukken en valt daarmee buiten deze bibliografie. Ook het fragment uit het vierde bedrijf (vierde toneel, regel 13-24) dat in variant verscheen in nrc--Handelsblad, 10 maart 1982, moet ik overslaan, hoezeer het ook in alles op een gedicht lijkt: in december van dat jaar immers bleek het een stukje toneel te zijn. Uit het nieuwe toneelstuk van Komrij, De red- | |
| |
ders, zijn de rijmende spreuken en zinnetjes op pagina 54-55 en 60 (van het script, d.d. 6 september 1984) niet in de bibliografie opgenomen. Handschriften, voor zover bekend zijn uiteraard niet als publicatie opgenomen, maar wel op drie plaatsen aan de orde gesteld. Het gaat dan om handschriften die weinig van doen hebben met kladversies of zelfs netschriften: ze zijn pas vervaardigd nadat het gedicht voltooid werd. Diverse malen heeft Komrij een editie luxer gemaakt door er een vers in handschrift aan toe te voegen. Zo'n handschrift, meestal in een oplage van tien exemplaren geschreven, kan al bijna tot de gewone publicaties gerekend worden, maar dat heb ik in deze bibliografie vooralsnog niet gedaan.
Eenmalige handschriften en dummy's van gedichtenbundels laat ik geheel buiten beschouwing, ook al geven zij af en toe een verrassende variant, die voor de studie van Komrij's poëzie wel degelijk van belang kan zijn. Zo'n eenmalig handschrift bevindt zich in het Gastenboek van uitgever Pablo van Dijk (Bébert): Noli me tangere, toen nog zonder titel, gedateerd 26 vii 80. Afwijkingen van de versie in Propria cures, nauwelijks een maand later gepubliceerd, zijn te vinden in r. 2 (Je kan het slopen als je op het laatst) en r. 10-11 (Toch niet mee uit? Raak het dan niet meer aan./Nu kan het nog.)
Een dummy van Fabeldieren laat bijvoorbeeld van het daarin voor de eerste maal gepubliceerde Ragnarok! Ragnarok! een variant zien. Regel 6 in het vierde sonnet luidt: Schreeuwen een ongekende melodie, in plaats van Krijsen een marmerharde melodie.
Iedereen die mij bij deze bibliografie een helpende hand bood, ben ik zeer dankbaar. In het bijzonder ben ik dank verschuldigd aan Gerrit Komrij, die mij zijn vroegste publicatie Dekonstruktie in vier delen in bruikleen gaf, en aan Harry G.M. Prick die, immer op de hoogte, mij met tal van adviezen bijstond en op wiens verjaardag, 13 september 1984, deze bibliografie werd afgesloten.
| |
| |
| |
De gedichten van Gerrit Komrij
1. | Aan de onbekende oom
- | Er zijn een zevental mensen die je kwellen (Vorm: 4-4-4) |
1. | Podium; 23 (1969) 7, p. [394]
O.v.: Gedichten [Hiervan het 1e ged.] O.d.t.: De doem der Sibbe
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 26
O.v.: iii. De doem der maagschap [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 3', 11', 12) |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 26
O.v.: iii. De doem der maagschap [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras/ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 72
O.v.: De doem der maagschap [Hiervan het 2e ged.]
Versie iii (r. 6', 9-12) |
|
| |
2. | Aan mijn navolgers
- | Wat hebben jullie van de dood gezongen, (Vorm: 4, Met inleidende tekst: Me bedroevende over de hausse van doodsliederen en toespelingen op het luisterrijke verleden onzer Vaderlandse Poëzie, die ontstond na mijn sedert 1965 gepubliceerde gedichten, en buitendien triest omdat deze navolgers nimmer ook maar konden tippen aan mijn Oorspronkelijk en Groot Talent, schreef ik navolgende regels:) |
1. | nrc-Handelsblad, 11 dec. 1970, p. CS 3 |
|
| |
3. | Aan tafel
- | Opeens zag je de slangen overal kruipen, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 283/284 (juni/juli), p. 26
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 32
O.v.: Vierde stuk, onder de titel, Iets treffends [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 8, 11'-12') |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 32
O.v.: Vierde stuk, onder de titel, Iets treffends [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 41
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 9e ged.]
Versie iii (r. 6-7) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 68
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 6e ged.]
Versie iii |
|
| |
4.- | Ach, het valt ook nog wel mee
| (Vorm: 2) |
1. | De wonderbaarlijke lotgevallen van Jubal Jubelslee/Rodolphe Töpffer; [vert. door] Gerrit Komrij. - 2e dr. - Amsterdam: Loeb & Van der Velden, 1979, p. 99
O.v.: Nawoord |
|
| |
5. | Achteruitkijkspiegel
- | Hij leest, zonder te lezen, een verhaal (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [11] Met drie fotografische bewerkingen naar een olieverf van Joost Veerkamp: p. [10]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 140
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
6. | Afgeluisterde tweespraak
- | Waarom pronkt die Komrij toch steeds zo banaal
(Vorm: 5-5, de eerste strofe wordt uitgesproken door A., de tweede door B.) |
1. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 34
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort,
|
|
| |
| |
|
| gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 34
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. [95]
O.v.: Epiloog [Hiervan het enige ged.] Versie i |
|
| |
7. | Agave
- | Oh, agave, plant van mijn later jaren... (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1967) 240 (nov.), p. 33
1e r.: Oh agave, plant van mijn later jaren...
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 34
O.v.: iv/Lag jij maar hier [Hiervan het 5e ged.]
1e r.: Oh agave, plant van mijn later jaren... Versie i (r. 5', 11') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 36
O.v.: iv/Lag jij maar hier [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 20e ged.] Versie i’ (r. 1') |
|
| |
8. | Angst
- | Heel argeloos begin je een gedicht. (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Schrijfrecept/Gerrit Komrij. - [Amsterdam: Stichting voor de Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek, 1984], [1 bl.]
O.d.t.: Schrijfrecept
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 183
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
|
| |
9. | De annunciatie
- | Komt hij nog? Komt hij nog? dacht ze gespannen,
(Vorm: 3-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 18 (1977) 353 (april), p. 30
O.v.: Zes gedichten [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
2. | De verschrikking. - 1977, p. 31 Met een collage van Jan Bernhard Meinen: p. [30]
Versie ii (r. 9) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979. p. 106
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 14e ged.]
Versie ii |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 112
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 10e ged.]
Versie ii' (r. 7') |
|
| |
10. | Antipode
- | Bewaar me voor de helderheid der dingen,
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [35] Bij drie fotografische bewerkingen van video-opnamen uit A bigger splash van Jack Hazan, door Joost Veerkamp: p. [34]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 150
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 12e ged.]
Versie i |
|
| |
11. | De Apollo van Elephantinopolis
- | De jongen met zijn blauwe huid, zijn dieren -
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 299 (okt.), p. 23
O.v.: Drie gedichten [Hiervan het 3e ged.] O.d.t.: De Apollo van Elephantinopolos Versie i |
|
| |
| |
|
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 15
O.v.: i [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 10-11', 12-14) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 54 O.v.: i [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 3e ged.]
Versie iii (r. 13) |
4. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 14
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 15
Versie iii |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 74
O.v.: Uit: Tutti-frutti (1972) [Hiervan het 2e ged.]
Versie iii |
|
| |
12. | Architectuur
(1)- | Tussen dit vers ga ik nu stratemakers zetten, |
(2)- | De arbeider, die ik hier aan de straat |
(3)- | Ik ben een architect en bouw een huis. |
(4)- | Ik moet een muur gaan bouwen bij de halte.
(Bestaat uit vier delen, genummerd: 1,2, 3, 4. Vorm van elk deel: 4-4-4) |
1 | Kaas & brood; (1963) 51 (najaar), p. 9-[10] O.d.t.: Architektuur
Genummerd: i, ii, iii, iv
1e r.: (1) Tussen dit vers ga ik nu stratenmakers zetten,
1e r.: (3) Ik ben een architekt en bouw een huis
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 22-25
O.v.: Vroege gedichten [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (1: r. 1, 5', 9', 10'; 2: r. 7, 12; 3: r. 1, 6-8, 10'; 4: r. 10') |
|
| |
13. | Arlequino's ei
(1)- | Je kan een vers aantrekken als een broek: |
(2)- | Stel, dat je een gedicht zou schrijven over |
(3)- | 't Ei breekt. Wat doet de dichter met de dooier? |
(4)- | Wat doe je met een eivlek op je gat? (Bestaat uit vier delen, genummerd: 1, 2, 3, 4. Vorm van elk deel: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Maatstaf; 27 (1979) 3 (maart), p. 20-23
Ongenummerd
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 17-20
Ongenummerd
Versie ii (1: r. 11-14; 2: r. 5-6, 7', 8, 12; 3: r. 3; 4: r. 2, 7) |
3. | Gesloten circuit: gedichten - 2e dr. - 1982, p. 17-20
Ongenummerd
Versie ii |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 160-163
O.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 2e ged.]
Versie iii (2: r. 10) |
|
| |
14. | Atlas
- | Want zuiverheid verwekt hypocrisie (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [23] Met drie fotografische bewerkingen van een olieverf door Joost Veerkamp: God schiep Adam: p. [22]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 146
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 8e ged.]
Versie i |
|
| |
15. | De autoweg
- | De vogels schoten uit het land omhoog. (Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 8
Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten 1964-1979. - 1979, p. 128
O.v.. Capriccio [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
| |
|
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 120
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
16. | Een avondje met de tantes
(i)- | Je tante Jo, die in pension ‘'t Leven’ |
(ii)- | Je tante Jet, die steeds weer zeer bedreven
(Bestaat uit twee delen, genummerd: i, ii. Vorm van elk deel: 4-4-4) |
1. | Soma; 3 (1972) 24/25 (juni/juli), p. 83 O.v.: Drie gedichten [Hiervan het 1e en het 2e ged.]
Genummerd: 1, 2
1e r.: (i) Je tante Jo, die in pension ‘'t Leven’
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 25-26
O.v.: ii [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: (i) Je tante Jo, die in pension ‘'t Leven’
Versie ii (ii: r. 8', 12) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 62-63
O.v.: ii [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 10e ged.]
Versie iii (i: r. 1', 2) |
|
| |
17. | Banaal alfabet
(a)- | Al wie zijn Aars laat openstaan |
(b)- | Al wie ze Bruin wil Bakken kent |
(c)- | Het Coprofiele deel der natie |
(d)- | Zijn Dichtwerk Drukt de Drekpoëet |
(e)- | Eet hardgekookte Eieren |
(f)- | De Flatus en de Faeces zijn |
(g)- | Wat Gaven wij om al dat Gas |
(h)- | Al klinkt de wind ook Hard en Hoog, |
(i)- | Het achterdeel Is, naar bekend, |
(j)- | Een Jongenswind Joelt van Joehoe, |
(k)- | De Kleinste Kamer biedt aan allen |
(l)- | Als men er Liever wat meer Laat |
(m)- | His Master's Voice brengt Merde-platen: |
(n)- | ‘Non olet!’ roept een Nuf verlegen. |
(o)- | Een O zo wondere Odeur |
(p)- | Een Petomaan Praat, Potverdrie, |
(q)- | De Quinkslag is de Quintessens |
(r)- | Men brengt zich, in een Retirade, |
(s)- | Shit is het Sleutelwoord. Shit is |
(t)- | Is een Toilet niet bovenal |
(u)- | Wat Un geluk dat ik Um heb: |
(v)- | De Veest eens Vents klinkt steeds Viriel. |
(w)- | 't Is ons, op de WC, geraaien |
(x)- | Wie staande met X-benen schijt |
(y)- | En wie in Yoga-houding drukt |
(z)- | Een Zetpil in het Zitvlees maakt (Bestaat uit zesentwintig delen, onderscheiden als: A, B, C, D, E, F, G, H, I, J, K, L, M, N, O, P, Q, R, S, T, U, V, W, X, Y, Z. Vorm van elk deel: distichon, 2) |
1. | nrc-Handelsblad, 23 maart 1983, p. 12
O.v.: Een en ander
Met drukfout in B: r. 1
Versie i |
2. | Banaal alfabet/Gerrit Komrij. - [Den Haag: Tight end press], 1983, p. [2-3]
Met drukfout in B: r. 1
Versie i |
3. | Banaal alfabet/Gerrit Komrij. - [2e dr.] - Den Haag: Tight end press, 1983, p. [2-3]
Met drukfout in B: r. 1
Versie i |
4. | Dit helse moeras/Gerrit Komrij. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1983, p. 77-79
O.v.: Het laboratorium van het woord
Versie i' (P: r. 2'; R: r. 2') |
|
| |
18. | Begin
- | De tijd is op. Wat onder was werd boven (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [47] Met drie fotografische bewerkingen van een olieverf: There is a heppie land fur, fur awaaay... (variant) door Joost Veerkamp: p.[46]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 153
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 15e ged.]
Versie i |
|
| |
| |
19. | De beschaving neemt een denderend einde
- | ‘'s Middags wordt, als een klassieke verfrissing,
(Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 39
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [38]
1e r.: 's Middags wordt, als een klassieke verfrissing,
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten 1964-1979. - 1979, p. 110
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 18e ged.]
Versie i' (r. 1', 8') |
|
| |
20. | De bezoeker
- | Ik kom eens wat rondneuzen,’ zei hij, maar toen
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 18 (1971) 12 (april), p. 839
O.v.: Gedichten [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 17
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 3e ged.]
Versie i' (r. 6') |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 17
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 3e ged.]
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 40
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii (r. 2, 6) |
|
| |
21. | De binnenring van Holland
- | Denkend aan Holland (Vorm: 24) |
1. | nrc-Handelsblad, 29 okt. 1980, p. 12
O.v.: Een en ander
O.d.t.: Herinnering aan Holland
Versie i |
2. | Herinnering aan Holland/Gerrit Komrij. - [Santpoort-Zuid]: Mercator, 1981, p. 3]
O.d.t.: Herinnering aan Holland Versie i |
3. | Onherstelbaar verbeterd. - 1981, p. 11 Met het oorspronkelijke gedicht van H. Marsman Herinnering aan Holland: p. 10
Versie ii (r. 5-6) |
4. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e, uitgebr. dr. - 1982 [= 1983], p. 15
Met het oorspronkelijke gedicht van H. Marsman Herinnering aan Holland: p. 14
Versie ii |
|
| |
22. | Bleke roeier op weg naar de stad
- | Je zag een roeiboot van het Lido komen. (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 16 (1975) 328 (maart), p. 21
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 29
O.v: De stenen van Venetië [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 2, 4) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 90
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 7e ged.]
Versie ii |
|
| |
23. | De blinde soldaat
- | Je stak op een ochtend turf. (Vorm: 24) |
1. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 39
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 41
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.:
|
|
| |
| |
|
| Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 23e ged.]
Versie i |
|
| |
24. | Boemerang
(i)- | Je zal daar toch Jan F. de Zanger heten! |
(ii)- | Aapachtige, achterbakse aberraties (Bestaat uit twee delen, genummerd: i, ii; elk deel voorafgegaan door een citaat: (i) ‘(Komrij) schrijft plichtmatig decadente laatromantische verzen zonder bezieling. Voor mij hoeft het niet.’ Jan. F. de Zanger in Boekenbus, literair kritisch tijdschrift voor noord- en oost-nederland.
(ii) ‘Gerrit Komrij krijgt eindelijk eens op zijn donder.’ De Volkskrant (zoals gebruikelijk anoniem).
(Vorm van elk deel: 4-4)
1. Propria cures; 86 (1975) 14/15 (20 dec.), p. 12 |
|
| |
25. | Een boodschap
- | Je gaat de stad in om een schemerlamp (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 283/284 (juni/juli), p. 25
1e r.: Je ging de stad in om een schemerlamp
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 20
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 6e ged.]
1e r.: Je ging de stad in om een schemerlamp
Versie ii (r. 6, 11-12) |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 20
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 6e ged.]
1e r.: Je ging de stad in om een schemerlamp
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gra/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 48
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 3e ged.]
Versie iii (r. 1-3, 5-12) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 64
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 2e ged.]
Versie iii |
|
| |
26. | Het boze bos
- | Bij avond wordt het bos zo heel, heel anders;
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 296/297 (juli/aug.), p. 34
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 16
O.v.: i [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 3, 10) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 55
O.v.: i [Hiervan het 4e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 4e ged.]
Versie iii (r. 3) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 75
O.v.: Uit: Tutti-frutti (1972) [Hiervan het 3e ged.]
Versie iii |
|
| |
27. | Brezjneviade
- | O land van fles en mis, van vuile trouw en zegen,
(Vorm: 4-4-4) |
1. | nrc-Handelsblad, 23 dec. 1981, p. 8
O.v.: Een en ander
O.p.: P.A. de Génestetski juniorski
Met het oorspronkelijke gedicht van P.A. de Génestet Boutade: p. 8
Versie i |
2. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e, uitgebr. dr. - 1982 [= 1983], p. 9
Met het oorspronkelijke gedicht van P.A. de Génestet Boutade: p. 8
Versie i' (r. 10') |
|
| |
28. | Bruiloftsfeest, één uur
- | Toen, na het bruiloftsfeest, de allerlaatste gast
(Vorm: 4-4-4) |
|
| |
| |
|
1. | Hollands maandblad; 12 (1971) 279 (feb.), p. 21
O.v.: Bruiloftsfeest [Hiervan het 4e ged.](q)
O.d.t.: Een uur
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 44
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 44
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 68
O.v.: Verhalende poëzie, 2: Bruiloftsfeest, van uur tot uur [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 5', 6) |
|
| |
29. | Bruiloftsfeest, elf uur
- | Haar sluier stond nog altijd even strak, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 12 (1971) 279 (feb.), p. 21
O.v.: Bruiloftsfeest [Hiervan het 3e ged.]
O.d.t.: Elf uur
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 43
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 12) |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 43
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 67
O.v.: Verhalende poëzie, 2: Bruiloftsfeest, van uur tot uur [Hiervan het 3e ged.]
Versie iii (r. 6', 7) |
|
| |
30. | Bruiloftsfeest, negen uur
- | Het onkruid van de broodjes is gewied, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 12 (1971) 279 (feb.), p. 20
O.v.: Bruiloftsfeest [Hiervan het 2e ged.]
O.d.t.: Negen uur
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 42
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 42
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen - 1981, p. 66
O.v.: Verhalende poëzie, 2: Bruiloftsfeest, van uur tot uur [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 2, 7) |
|
| |
31. | Bruiloftsfeest, zeven uur
- | Dat 't feest beginnen zou, dat stond wel vast.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 12 (1971) 279 (feb.), p. 20
O.v.: Bruiloftsfeest [Hiervan het 1e ged.]
O.d.t.: Zeven uur
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 41
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 41
O.v.: Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 65
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Verhalende poëzie, 2: Bruiloftsfeest, van uur tot uur [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 4, 6', 9) |
|
| |
32. | Buis van Eustachius
- | Wat was dat voor een geluid? (Vorm: 3-3-3-2-2) |
1. | nrc-Handelsblad, 23 sept. 1977, p. cs 5
O.d.t.: Het geluid
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979. p. 141
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 3e ged.]
O.d.t.: Het geluid
Versie ii (r. 9', 12) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 185
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii |
|
| |
33. | Bij een annonce
- | ‘Daar is gekomen De Volkswil, een krant (Vorm: 2-2) |
1. | Tutti-frutti. - 1972, p. 44
O.v.: v [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 69
O.v.: iii [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 14e ged.]
Versie i |
|
| |
34. | cda-er
- | Hij kent de onderkant van schoen en broekspijprand,
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | nrc-Handelsblad, 24 dec. 1980, p. 12
O.v.: Een en ander
Zonder titel
Versie i |
2. | Onherstelbaar verbeterd. - 1981, p. 5
Met het oorspronkelijke gedicht van Gerrit Achterberg Werkster: p. 4
Versie i |
3. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e, uitgebr. dr. - 1982 [= 1983], p. 5
Met het oorspronkelijke gedicht van Gerrit Achterberg Werkster: p. 4
Versie i |
|
| |
35. | Cargo
- | Het dak doorklieft de wolken. Schuimend water
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Avenue; 17 (1982) 3 (maart), p. [125]
O.v.: Gesloten circuit [Hiervan het 4e ged.]
Ook o.v.: Avenue-poëzie / onder red. van Cees Nooteboom
Met portretfoto door Wout Berger en met een fotomontage door Paul Röben: p. [124]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 42
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 6, 9') |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 42
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 173
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 4e ged.]
Ook o.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 7e ged.]
Versie ii |
|
| |
36. | Chaos
(1)- | Hem vliegen losse woorden naar de keel. |
(2)- | Tussen de doodshoofden en steenkolossen, |
(3)- | Als alles raast en kolkt en kookt en spat
(Bestaat uit drie delen, genummerd: 1, 2, 3. Vorm: (1) sonnet, 4-4-3-3; (2) 4-4-4-4; (3) 4-4-4) |
1. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 11-13
Genummerd: i, ii, iii
Versie i |
2. | Op goede gronden: een bundel opstellen ter gelegenheid van het 150-jarig bestaan van de dienst van het kadaster en de openbare regis- |
|
| |
| |
|
| ters / Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening [en de] Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers. - 's- Gravenhage: Staatsuitgeverij, 1982, p. 61 Bevat: 1, 2
Versie i |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 11-13
Genummerd: i, ii, iii
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 157-159
O.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (1: r. 2; 2: r. 3) |
|
| |
37. | Compressie
- | Ik zat als ruiter op het dak. Het huis (Vorm: 4-4-4) |
1. | Avenue; 17 (1982) 3 (maart), p. [125]
O.v.: Gesloten circuit [Hiervan het 7e ged.]
Ook o.v.: Avenuepoëzie / onder red. van Cees Nooteboom Met portretfoto door Wout Berger en met een fotomontage door Paul Röben: p. [124]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 47
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 9e ged.]
Versie i |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 47
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 9e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 176
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 7e ged.](q)
Ook o.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 10e ged.]
Versie i |
|
| |
38. | De dagdroom
- | Dan, uit mijn doodsbed, zal een worm verrijzen
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | De Phoenix spreekt / Gerrit Komrij. - [Amsterdam]: Binderij Phoenix, 1982, p. [4]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 192
O.v.: De Phoenix spreekt [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Verspreide gedichten
[Hiervan het 9e ged.]
Versie ii (r. 8) |
|
| |
39. | Dekonstruktie in vier delen
(i)- | Droog is 't. Een doos met gouden regen. |
(ii)- | Negen jaar. Een hoofdje zonder mensen. |
(iii)- | Alfsgedrochten trachten groene ballen |
(iv)- | Men kan me niet gaan zeggen; dient (Bestaat uit vier delen, genummerd en getiteld: i. Ziek, ii. Jong, iii. Zieken, iv. Jongen. Vorm van elk deel: 3-3-3-3. Voorafgegaan door een motto, ontleend aan Horatius: Cum tot sustinea et tanta negotia solis
Horat. Epi. ii, i, i.) |
1. | Dekonstruktie in vier delen / Gerrit Komrij. - [Winterswijk: Eigen beheer, 1960], p. [2-3]
Met drukfout in i: r. 5, 9 en 10
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 21
O.v.: Vroege gedichten [Hiervan het 1e ged.]
Bevat: Jong [= ii]
Ongenummerd
Zonder motto
Versie ii (ii: r. 5, 11, 12')
(Deel i werd, als deel van een brief door Gerrit Komrij, gepubliceerd in het door Kees de Bakker samengestelde Mijn eerste boek: dertig schrijversdebuten (Amsterdam: Tiebosch, 1983), p. 86-87.
Deel ii verscheen, ter gelegenheid van Catalogus 30: Komrij 40 (Amsterdam: Antiquariaat Willem Huijer, 1984), als hand- |
|
| |
| |
|
| schrift in een oplage van tien exemplaren, in de catalogus aangeboden onder nummer 38.) |
|
| |
40. | Dichten is een gunste Gods
- | Je had jezelf nog wel zo voorgenomen (Vorm: 4-4-4. Met als motto: ‘'k Ben een Sineesche weeze, een weeze vol ellende...’ G. Gezelle) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 283/284 (juni/juli), p. 25
O.d.t.: Weg met alles
Zonder motto
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 34
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 2', 9-12) |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 34
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 88
O.v.: Contrabande [Hiervan het 2e ged.]
Versie iii (r. 3-6, 8-12) |
|
| |
41. | De dichter
- | Toen het letterkundig tijdschrift (Vorm: 13) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 296/297 (juli/aug.), p. 37
Versie i |
2. | De dichter / Gerrit Komrij. - Voorburg: Bzztôh teater, 1972, [1 bl.]
Facsimile van het handschrift door Gerrit Komrij
Versie i' (r. 3') |
3. | Tutti-frutti. - 1972, p. 45
O.v.: v [Hiervan het 3e ged.]
Versie 1’ (r. 3', 5') |
4. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 70 O.v.: iii [Hiervan het 3e ged.]
Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 15e ged.]
Versie 1’ |
5. | De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten / [samengesteld en van een voorwoord voorzien door] Gerrit Komrij. - Amsterdam: Bakker, 1979, p. 956
Versie 1’ |
6. | De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten / [samengesteld en van een voorwoord voorzien door] Gerrit Komrij. - 2e dr. - Amsterdam: Bakker, 1980, p. 956
Versie 1’ |
7. | De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten / [samengesteld en van een voorwoord voorzien door] Gerrit Komrij. - 3e dr. - Amsterdam: Bakker, 1980, p. 956
Versie 1’ |
8. | De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten / [samengesteld en van een voorwoord voorzien door] Gerrit Komrij. - 4e dr. - Amsterdam: Bakker, 1980, p. 956
Versie 1’ |
9. | De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten / [samengesteld en van een voorwoord voorzien door] Gerrit Komrij. - 5e dr. - Amsterdam: Bakker, 1983, p. 956
Versie 1’ |
10. | De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten / [samengesteld en van een voorwoord voorzien door] Gerrit Komrij. - 6e dr. - Amsterdam: Bakker, 1983, p. 956
Versie 1’ |
|
| |
42. | Dichtstukje op de herfst
- | Ze zeggen dat je, als de blaren vallen, (Vorm: 4. Met als ondertitel: niet minder geijkt) |
1. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 22
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekel- |
|
| |
| |
|
| huis op de dodenakker [Hiervan het 6e ged.] O.d.t.: Epiloog in de vorm van een Dichtstukje op de Herfst. Zonder ondertitel Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 22
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 6e ged.]
O.d.t.: Epiloog in de vorm van een Dichtstukje op de Herfst.
Zonder ondertitel
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 23
O.v.: Alle vlees is als gras [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
|
| |
43. | Dodenpark
- | We wandelden des avonds door de tuinen (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 11 (1969) 261/262 (aug./sept.), p. 19
O.v.: Vijf gedichten [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 39
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 39
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 17 O.v.: Alle vlees is als gras [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 9', 11) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 54
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 6e ged.]
Versie ii |
|
| |
44. | Doek
- | Het was genoeg. Nu vallen alle sluizen (Vorm: 4-4-4) |
1. | Fabeldieren. - 1975, p. 25
O.v.: Armageddon [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 89
O.v.: Armageddon [Hiervan het 5e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
45. | Doloroso
- | De bleke vrouw (‘haar schoone pantoffelen)
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 299 (okt.), p. 23
O.v.: Drie gedichten [Hiervan het 3e ged.] 1e r.: De bleke vrouw (‘haar schoone pantoffelen)
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 24
O.v.: ii [Hiervan het 2e ged.] 1e r.: De bleke vrouw (‘haar schoone pantoffelen)
Versie ii (r. 9) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979. p. 61
O.v.: ii [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 9e ged.]
Versie ii' (r. 1'-2') |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 76
O.v.: Uit: Tutti-frutti (1972) [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii' |
|
| |
46. | De dood als vaas
- | De dood is als een vaas, waarin je valt; (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 11 (1969) 258 (mei), p. 33
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 37
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 1e ged.] Versie ii (r. 3, 5) |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1969, p. 37
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 18 O.v.: Alle vlees is als gras [Hiervan het 2e ged.]
Met drukfout in r. 7
Versie iii (r. 4-12) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 53
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 5e ged.]
Versie iii' (r. 3') |
|
| |
47. | De draken
- | Van binnenin gevoerd met rood velours (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf 23 (1975) 3 (maart), p. 7
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 42
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 4e ged.]
Versie i' (r. 8') |
3. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 24
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 25
Versie i' |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 98
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 3e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 15e ged.]
Versie i' |
|
| |
48. | Droom
- | De opperman verkracht zijn coryfee en (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 7 (1966) 223 (feb.), p. 16
1e r.: De opperman verkracht zijn korifee en Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 31
O.v.: iv/ Lag jij maar hier [Hiervan het 2e ged.]
1e r.: De opperman verkracht zijn korifee en Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 33
O.v.: iv/ Lag jij maar hier [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 17e ged.]
1e r.: De opperman verkracht zijn korifee en Versie ii (r. 3, 5-6) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 39
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 9e ged.]
Versie iii (r. 1, 10') |
|
| |
49. | De droom van een dorpsjongen
- | Nu ken ik alle kaden, alle stegen, (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 16 (1975) 328 (maart), p. 22
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 31
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 3de ged.]
Versie ii (r. 4) |
3. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 22
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 23
Versie ii |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 92
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 9e ged.]
Versie iii (r. 7, 12) |
|
| |
| |
| |
50. | De dwaaltuin
- | Als kind vond je een puntenslijper 't fijnst.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 7 (1966) 223 (feb.), p. 16
O.d.t.: Du musst verstehn Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 14
O.v.: i/ Van meet af aan [Hiervan het 3de ged.]
Versie i' (r. 11'-12') |
3. | Tutti-frutti. - 1972, p. 31
O.v.: iii [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 2-3) |
4. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 16
O.v.: i/ Van meet af aan [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 32
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii' (r. 10') |
|
| |
51. | Echoput
- | Wij lazen op een stenen bank van hout (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [29] Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Gerrit en Charles in de Bijlmer, i door Joost Veerkamp: p. [28]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 148
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 10e ged.]
Versie i |
|
| |
52. | De eenhoorn
- | Wreed schrijdt de eenhoorn in zijn glazen huis
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 23 (1975) 3 (maart), p. 8
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 44
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
3. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 26
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 27
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 99
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 4e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 16e ged.]
Versie i |
|
| |
53. | Endymion
- | Een jonge god was je, en ook een vlegel. (Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 9 Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten 1964-1979. - 1979, p. 129
O.v.: Capriccio [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 2, 9) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 121
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii |
|
| |
54. | Etende tunnels
- | Er springen doden van de foto's. Mythen
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [37]
Met drie fotografische bewerkingen van een olieverf door Joost Veerkamp: p. [36]
Versie i |
|
| |
| |
|
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 151
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 13e ged.]
Versie i |
|
| |
55. | Explosief bericht
- | Hij heft, van tafel opstaande, het glas. (Vorm: 4-4-4. Met ondertitel: danse macabre in onhandige trant) |
1. | Hollands maandblad; 10 (1969) 254 (jan.), p. 37
O.d.t.: Danse macabre
Zonder ondertitel
1e r.: Hij heft, van tafel opstaande, het heldere glas.
Met drukfout in r. 6
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 21
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker
[Hiervan het 5e ged.]
O.d.t.: Danse macabre
Zonder ondertitel
1e r.: Hij heft, van tafel opstaande, het heldere glas.
Versie i' (r. 9') |
3. | Alle vlees is als gras, of Het Knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 21
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het Knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 5e ged.]
O.d.t.: Danse macabre
Zonder ondertitel
1e r.: Hij heft, van tafel opstaande, het heldere glas.
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 21
O.v.: Alle vlees is als gras [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 1, 3, 8-12) |
|
| |
56. | Familiebezoek
- | Er groeien zwammen uit de hanebalken. (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [41] Met drie fotografische bewerkingen naar video-opnamen van Marilyn Monroe in Niagara, door Joost Veerkamp: p. [40]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 152
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 14e ged.]
Versie i |
|
| |
57. | De fanfare
- | De Zangvereniging het Veldviooltje (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Fabeldieren. - 1975, p. 21
O.v.: Armageddon [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 87
O.v.: Armageddon [Hiervan het 3e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
|
| |
58. | Fata morgana
- | We dwaalden langs verpulverde altaren (Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 12 Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten 1964-1979. - 1979, p. 132
O.v.: Capriccio [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 124
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
59. | Feest
- | Je nam beleefd je hoed af voor dat vreugde -
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 84
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 2e ged.] |
|
| |
| |
| |
60. | Fiat Lux
- | We liepen op de Transformator Weg. (Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 7
Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. -1979, p. 127
O.v.: Capriccio [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 6) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 119
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii |
|
| |
61. | Fiat Nox
- | De avond viel. De damp van een moeras
(Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 16
Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. 1979, p. 136
O.v.: Capriccio [Hiervan het 10e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 128
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 10e ged.]
Versie ii (r. 8) |
|
| |
62. | 't Fietspompje
- | Je zou gaan fietsen als een kind van zeven.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 44
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 8e ged.
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 44
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 8e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 30
O.v.: De paden op, de lanen in [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 3, 7', 8, 11', 12) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 59
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 11e ged.]
Versie ii |
|
| |
63. | - ...fini
| (Vorm: 4-4-4. Toegeschreven aan de hoofd-persoon van Verwoest Arcadië, Jacob Witsen, wiens quasi-gedicht in de boekuitgave op p. 174 ‘een Unvollendete’ wordt genoemd) |
1. | Vrij Nederland; 39 (1978) 31 (5 aug.), p. 14
O.v.: Verwoest Arcadië, 49
Versie i |
2. | Verwoest Arcadië/Gerrit Komrij. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1980, p. 174
O.v.: Een zonderlinge dag
Versie ii (r. 6, 8) |
3. | Verwoest Arcadië/Gerrit Komrij. - 2e dr. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1980, p. 174
O.v.: Een zonderlinge dag
Versie ii |
4. | Verwoest Arcadië/Gerrit Komrij. - [3e dr.]. - Amsterdam [etc.]:
De Arbeiderspers [etc.], [1982], p. 174
O.v.: Een zonderlinge dag Versie ii |
|
| |
64. | Een gedicht
- | De eerste regel is om te beginnen. (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1967) 240 (nov.), p. 33
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 46
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
| |
|
3. | Tutti-frutti. - 1972, p. 34
O.v.: iii [Hiervan het 4e ged.] Versie ii (r. 3-4, 6, 8,10) |
4. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 48
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 29e ged.]
Versie iii (r. 6-7) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 46
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 16e ged.]
Versie iv (r. 4, 12) |
|
| |
65. | Gedroomd fietsen
(i) | - Is het niet wonderlijk? Ik heb gedroomd |
(ii) | - Ik weet geloof ik niet meer wat ze zeiden. |
(iii) | - Ik antwoordde, dat ik ze met mijn woorde (Bestaat uit drie delen, genummerd: i, ii, iii. Vorm van elk deel: 8) |
1. | Propria cures; 89 (1978) 14/15 (23 dec.), p. 4
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 81-83
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (iii: r. 2, 7') |
|
| |
66. | - Geeft men fooien aan de dichter?
(Vorm: 4. Kwatrijn, door Martin van Amerongen gelicht uit een brief door Gerrit Komrij aan de redactie van nrc-Handelsblad. Waarschijnlijk een vervolg op het gedicht - Is deze aarde een paradijs?)
1. | Vrij Nederland; 45 (1984) 1 (7 jan.), p. 13 O.v.: De woede der columnisten/M. van Amerongen |
|
| |
67. | Geest
- | Gewillig, gulzig, grif grafwaarts gewend, (Vorm: 4-4-4. Acrostichon op de naam Gerrit Komrij) |
1. | nrc-Handelsblad, 20 juni 1984, p. 16
O.v.: Twee acrostichons [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Een en ander |
|
| |
68. | De geest in de fles
- | Een jongen was je; in al je dromen (Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 25 Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [24]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 103
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 11e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 111
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 9e ged.]
Versie i |
|
| |
69. | De geest van het Spanderswoud
- | Ga eens uit wandelen in het Spanderswoud
(Vorm: 4-4-4. Acrostichon op de naam Gerrit Komrij. Vanaf versie ii een verminkt acrostichon) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 36
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 36
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 34
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 2e ged.]
|
|
| |
| |
|
|
1e r.: Ga eens wandelen in het Spanderswoud
Versie ii (r. 1-6, 9-12) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 69
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 7e ged.]
Versie iii (r. 1) |
|
| |
70. | Geluid
- | Terwijl je deze eerste regel schrijft (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | 33 Sonnetten/[Bertus Aafjes... et al.; met een verantwoording door het dispuut Black en white literair]. - Tilburg: Black and white literair, 1979, p. 21
1e r.: Terwijl ik deze eerste regel schrijf
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 91
O.v.: Contrabande [Hiervan het 5e ged.] Versie ii (r. 1, 3, 5'-6', 7-9, 11-13) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 188
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 5e ged.]
Versie iii (r. 5) |
|
| |
71. | - Geur van ingemaakte kropsla;
| (Vorm: 4. In dichtvorm gesteld onderdeel van proza) |
1. | nrc-Handelsblad, 11 jan. 1978, p. 8 O.v.: Een en ander
Versie i |
2. | Dood aan de grutters/Gerrit Komrij. - Amsterdam: Aarts, 1978, p. 13
Versie i |
3. | Averechts/Gerrit Komrij. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1980, p. 141
O.v.: Dood aan de grutters
Versie i |
4. | Averechts/Gerrit Komrij. - 2e dr. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1980, p. 141
O.v.: Dood aan de grutters
Versie i |
5. | Averechts/Gerrit Komrij. - 3e dr. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1981, p. 141
O.v.: Dood aan de grutters
Versie i |
|
| |
72. | Het gevleugelde paard
- | Alleen de domme wantrouwt de schijn. (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 21 (1973) 1 (mei), p. 4
O.d.t.: Het ijzeren paard
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 50
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 9'-10) |
|
| |
73. | Een glaasje melk
- | Deze man gooit tuba's in een trechter (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 287 (okt.), p. 37
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 29
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 8, 9') |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 29
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii |
|
| |
74. | Een goed gesprek
- | We stonden als potplanten op de straat (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 287 (okt.), p. 37
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 19
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 19
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straat- |
|
| |
| |
|
| je om [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 35
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 3-4, 6, 8-9, 11, 14) |
|
| |
75. | Goodbye
- | De bloedsomlopen boren door de vliezen, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Kaas & brood;
O.v.: Zes gedichten (uit de bundel: ‘De sleutels zijn gebroken’) [Hiervan het 3e ged.] |
|
| |
76. | Gooise villanelle
- | We zaten bij Hamdorff in Laren (Vorm: villanelle, 3-3-3-3-3-4 |
1. | nrc-Handelsblad, 23 febr. 1983, p. 12
O.v.: Een en ander |
|
| |
77. | De griffioen
- | Het was een gaaf salon-ameublement. (Vorm: 4-4-4) |
1. | Propria cures; 85 (1974) 1 (24 aug.), p. 3
O.v.: Twee fabeldieren [Hiervan het 1e ged.]
1e r.: Het was een gaaf salonameublement
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 39
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 1e ged.]
1e r.: Het was een gaaf salonameublement. Versie ii (r. 2) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 96
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 1e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 13e ged.]
Versie ii' (r.1') |
|
| |
78. | Haarnet
- | De echte vlechten zullen zeker winnen (Vorm: sonnet: 4-4-6) |
1. | nrc-Handelsblad, 27 jan. 1982, p. 10
O.v.: Een en ander
O.p.: Henriëtte Roland Holst-Van der Schalk jr.
Met het oorspronkelijke gedicht [De zachte krachten zullen zeker winnen] door Henriëtte Roland Holst-Van der Schalk: p. 10
Versie i |
2. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e, uitgebr. dr. - 1982 [= 1983], p. 19
Met het oorspronkelijke gedicht [De zachte krachten zullen zeker winnen] door Henriëtte Roland Holst-Van der Schalk: p. 18 Met drukfout in r. 9
Versie ii (r. 4) |
|
| |
79. | Hans
- | Zijn ogen zijn de peren die vergaan
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Kaas & brood;
O.v.: Zes gedichten (uit de bundel: ‘De sleutels zijn gebroken’)
[Hiervan het 4e ged.] |
|
| |
80. | - Heel wat anders dan 't gezeur
| (Vorm: 2) |
1. | De wonderbaarlijke lotgevallen van Jubal Jubelslee/Rodolphe Töpffer; [vert, door] Gerrit Komrij. - 2e dr. - Amsterdam: Loeb & Van der Velden, 1979, p. 97
O.v.: Nawoord |
|
| |
81. | Helena's stopwatch
- | Hun duif heeft een gewichtheffer vermoord.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [19]
Met drie fotografische bewerkingen van een olieverf: David, door Joost Veerkamp: p. [18]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 144
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
82. | De herinnering
- | Tussen de ijsriffen, in de stille nacht, (Vorm: sonnet, 4-4-6) |
|
| |
| |
|
1. | De verschrikking. - 1977, p. 5
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [4]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 93
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 1e ged.)
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 103
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 1e ged.]
Versie i' (r. 10') |
|
| |
83. | Het is de slang
- | Wij hebben op zoek naar het water (Vorm: 20) |
1. | Proefpagina: een keuze uit het aanbod van een uitgeverij: verhalen, gedichten, essays en andere teksten/van Bert Allee... [et al.]; [met een voorw. door de uitgever]. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1967, p. 69
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 36
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 38
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 21e ged.]
Versie i |
|
| |
84. | - Het is steeds eender wat ik zoek:
(Vorm: kwatrijn, 4. Niet gepubliceerd. In handschrift door Gerrit Komrij toegevoegd aan de negen luxe exemplaren van De bibliofiel [Rotterdam: Bébert, 1980]). |
|
| |
85. | De hiëroglyfen
- | Hoe droevig zijn de blinde dwazen, (Vorm: 4-4-4-4-4-4-4-4-4-4-4) |
1. | Maatstaf; 25 (1977) 12 (dec.), p. 16, 25
Met opschrift: Bij een aquarel van Peter Vos Bij een Portfolio van Peter Vos, met de bijbehorende aquarel op p. 24
Met drukfout in r. 11
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 345-146
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 6e ged.]
Versie ii (r. 16, 38) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 186-187
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii |
|
| |
86. | - Hoi! we hebben met ons allen
| (Vorm: 5) |
1. | Het kroost van Aagt Morsebel / Gerrit Komrij; [met tek. van] Fritzi ten Harmsen van der Beek. - Baarn: Rap, [1982], p. 43, (in het geheel herhaald op) p. 50
Versie i |
2. | Het kroost van Aagt Morsebel / Gerrit Komrij; met tek. van Fritzi ten Harmsen van der Beek. - 2e dr. - Amsterdam: Bakker, 1983, p. 49, (in het geheel herhaald op) p. 56
Versie i |
|
| |
87. | Hond
- | Je wandelt op twee benen van taai-taai (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1967) 240 (nov.), p. 33
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 24
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979 - 1979, p. 26
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 1e ged.]
Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 11e ged.]
Versie i |
|
| |
| |
| |
88. | Hoog op de gele wagen
- | Je hebt goddank twee goede longen, want als je
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 22
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 1e ged.]
1e r.: Je hebt Goddank twee goede longen, want als je
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 22
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 1e ged.]
1e r.: Je hebt Goddank twee goede longen, want als je
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 27
O.v.: De paden op, de lanen in [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 1, 5', 6-7) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 65
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii' (r. 3') |
|
| |
89. | Hoop verloren, stank bewaard
- | Een soort van goddelijke bries was (Vorm: 17. Met als motto de naam van een reukwater: ‘Attar of Roses’) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 287 (okt.), p. 39
Motto; ‘Attar of Roses!’
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 25
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 25
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 79
O.v.: Idyllen van de achterpoort [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 15) |
|
| |
90. | Huize Constance
- | Rondom de tuinen van Huize Constance
(Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 9 Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [8]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979. p. 95
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 3e ged.]
sVersie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 105
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 3e ged.]
Versie i' (r. 6') |
|
| |
91. | - De hupplende vreugde
| (Vorm: 8) |
1. | nrc-Handelsblad, 1 okt. 1980, p. 12
O.v.: Een en ander |
|
| |
92. | Hutten en paleizen
- | Het is benauwd. Het is altijd benauwd. (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 16 (1975) 328 (maart), p. 24
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 24
O.v.: Armageddon [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
93. | Huwelijk
- | Ik stap het bordes af in een statige bruidstooi,
(Vorm: 4-4-4) |
|
| |
| |
1. | Hollands maandblad; 10 (1968) 246 (mei), p. 24
1e r.: Ik stap het bordes af in een statige bruidstooi.
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 32
O.v.: iv /Lag jij maar hier [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: Ik stap het bordes af in een statige bruidstooi.
Versie ii (r. 2, 11, 12') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 34
O.v.: iv /Lag jij maar hier [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 18e ged.]
Versie ii' (r. 1', 9') |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 40
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 10e ged.]
Versie iii (r. 2, 4) |
| |
94. | - Ik denk maar dat ik omrij,
| (Vorm: distichon, 2) |
1. | Vrij Nederland; 39 (1978) 10 (11 maart), p. 21
O.v.: Verwoest Arcadië, 28 |
|
| |
95. | - Ik zit, een wees te Vught,
| (Vorm: 4. Toegeschreven aan Griet Rijmrok = anagram van Gerrit Komrij) |
1. | Maatstaf; 20 (1972) 2/3 (juni/juli), p. 136
O.v.: Hallo, hier Max Tak Met drukfout in r. 4
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 60 O.v.: Een nogal hoerig manifest
Versie i |
|
| |
96. | In de nacht
- | De muzikanten op het Marcusplein (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 16 (1975) 328 (maart), p. 23
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - p. 35 O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 95
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 6e ged.] Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 12e ged.]
Versie i |
|
| |
97. | In de nadagen
- | Vanavond ging de keukengeiser zingen. (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Propria cures; 85 (1975) 15 (18 jan.), p. 7 1e r.: Vanavond ging de keukengeyser zingen.
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 20
O.v.: Armageddon [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 1, 14) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 86
O.v.: Armageddon [Hiervan het 2e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 3e ged.]
Versie iii (r. 2) |
|
| |
98. | In een ver land
- | De lijkkist is al weer voorbij gegaan. (Vorm: 4-4-5) |
1. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 89
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 7e ged.] |
|
| |
99. | In het herstellingsoord
- | Je vraagt je af waarom je altijd maar (Vorm: 4-4-4) |
|
| |
| |
|
1. | Hollands maandblad; 12 (1970) 271/272 (juni/juli), p. 44
O.d.t.: De ziekenbarak
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 37
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 5, 7-8) |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 37
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 51
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 6e ged.]
Versie iii (r. 5-6, 10, 12') |
|
| |
100. | In het zwarte woud
- | Je luistert naar een klederdrachtkapel: (Vorm: 4-4-4-4-4-4-4-4) |
1. | Drie mannetjesputters van de Arbeiderspers bij Scheltema Holkema Vermeulen/ Maarten 't Hart, Mensje van Keulen, Gerrit Komrij; [met een voorwoord door de uitgever; met 3 portretten door Siegfried Woldhek]. - Amsterdam: De Arbeiderspers [etc.], 1977, [blz. 7]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 143-144
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 3, 8, 20', 30) |
|
| |
101. | Het interieur
- | De zoldering was wit en rood en goud.
(Vorm: 3-3-6) |
1. | Propria cures; 88 (1977) 2 (3 sept.), p. 3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 140
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 2, 12) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 184
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii |
|
| |
102. | - Is deze aarde een paradijs?
| (Vorm: 4-4-4-4-4. Zie ook: Geeft men fooien aan de dichter?) |
1. | nrc-Handelsblad, 28 dec. 1983, p. 12
O.v.: Een en ander
Met drukfout in r. 11 |
|
| |
103. | Jan Klaassen spreekt
- | Vanavond heb ik toch een mens gezien (Vorm: 8-8-8-8) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1968) 242 (jan.), p. 25
Versie i |
2. | Een doodgezwegen spreker; over het gedicht Jan Klaassen spreekt van Gerrit Komrij. - Othene: Edition Efebo, 1983, p. [5]
Versie i |
|
| |
104. | Janus
- | De zee is droog. Het vasteland is nat. (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [9]
Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Uit de serie surrealisme voor beginners: Dali, door Joost Veerkamp: p. [8]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 139
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
|
| |
105. | Je kat
- | Vanmiddag gaf je je kat een kopje en likte haar
(Vorm: 4-4-4) |
|
| |
| |
|
1. | Provinciale Zeeuwse courant, 17 april 1971, p. 16
Versie i |
2. | Maatstaf; 18 (1971) 12 (april), p. 838
O.v.: Gedichten [Hiervan het 1e ged.] Versie i' (r. 4') |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 38
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 5e ged.]
Versie i' |
4. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 38
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 5e ged.]
Versie i' |
5. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 39
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 7e ged.]
Versie ii (r. 2', 5', 6) |
6. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 70
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii |
|
| |
106. | De jeugd van mijn held
- | In ieder dorp stond nog een watertoren (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 10 (1968) 246 (mei), p. 25
1e r.: In ieder dorp stond nog een watertoren.
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 15
O.v.: i/Van meet af aan [Hiervan het 4e ged.]
1e r.: In ieder dorp stond nog een watertoren.
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 17
O.v.: i/Van meet af aan [Hiervan het 4e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 1', 5,12) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 33
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 3e ged.]
Met drukfout in r. 7
Versie iii (r. 5, 10) |
|
| |
207. | De jeugdige delinkwent en het internaat
- | Je had een mooi hoofd en dito handen, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 26
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 28
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 13e ged.]
Versie ii (r. 10) |
|
| |
108. | De jongste dag
- | Buiten is het windstil en ijzig.
(Vorm: 4-4-4. In 1972 werd een handschrift van dit gedicht toegevoegd aan de tien luxe exemplaren van Tutti-frutti) |
1. | Poëzie is een daad van bevestiging: Noorden Zuidnederlandse poëzie van 1945 tot heden/samengesteld door C. Buddingh' en Eddy van Vliet. - Amsterdam [etc.]: Elsevier, 1978, p. 211
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 139
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 3', 4, 10-12) |
|
| |
109. | Judith en Holofernes
- | Toen Judith terugkeerde begon haar stad (Vorm: 4-4-4) |
|
| |
| |
|
1. | Tutti-frutti. - 1972, p. 23
O.v.: ii [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 60
O.v.: ii [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii (r. 10-12) |
|
| |
110. | Een kamperui
- | ‘Je bent te bemoeizuchtig,’ zei (Vorm: 3-3) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 16
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 16
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
111. | De kinderballade
- | Hij was twaalf, had rappe leden, (Vorm: 10-10-10-10. Niet gepubliceerde ballade. Alleen het slot is geciteerd door Daan Cartens in Bzzlletin [8 (1980) 75 (april), p. 58]. Het werd door Boudewijn de Groot gezongen en in het geheel opgenomen op de plaat) |
1. | Kinderballade. De dominee van Amersfoort/Boudewijn de Groot (zang). - Decca, 1976. - 6100 127, kant 1
Versie i |
2. | Het beste van Boudewijn/Boudewijn de Groot (zang). - Philips. - 7599 182, plaat 2, kant 1, nr. 7
Versie i |
|
| |
112. | Kloostertuin
- | We gaan vanavond naar de Zomertuinen, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 7 (1966) 223 (feb.), p. 16
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 27
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 6) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 29
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 4e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 14e ged.]
Versie ii |
|
| |
113. | De kluizenaar
(1) | - Deuren toe. Verlangend |
(2) | - Maar in late uren |
(3) | - Wanden scheuren, hamers |
(4) | - Jongen op mijn muur
(Bestaat uit vier delen, genummerd: 1, 2, 3, 4. Vorm van elk deel: 4-4-4-4) |
1. | Mannenmaat: rekenboek voor jongens zonder meisjes/[samengesteld en van een voorwoord voorzien door Gert Hekma; bijdragen door Jaap van Manen... et al.]. - Amsterdam: Blaauw, 1980, p. 24-27
Genummerd: i, ii, iii, iv
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 51-54
Genummerd: i, ii, iii, iv
Versie i |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 51-54
Genummerd: i, ii, iii, iv
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 177-180
O.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 10e ged.]
Versie i |
|
| |
114. | Komrij's patentwekker
(1) | - Je hebt altijd wel enigszins gedacht |
(2) | - Dat was haast goddelijk van simpelheid! |
(3) | - Zo rust je met een vuurtje in je reet. |
(4) | - Toch is je wekker, nogmaals, haast volmaakt.
|
|
| |
| |
|
|
(Bestaat uit vier delen, genummerd: 1, 2, 3, 4. Vorm van elk deel: 4-4-4) |
1. | Propria cures; 84 (1974) 24 (30 maart), p. 3
Versie i |
2. | Komrij's patentwekker/Gerrit Komrij. - Amsterdam: Aarts, 1974, p. 3-6
Met zichtbaar verbeterde typfout in 1: r. 11
Versie i |
3. | Komrij's patentwekker/Gerrit Komrij. - [2e dr.] - Amsterdam: Aarts, 1982 [= 1983], p. 3-6
Versie ii (2: r. 10) |
|
| |
115. | Het Komrij-wezen
- | Er is een fabeldier dat ‘Komrij’ heet, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Propria cures; 85 (1974) 1 (24 aug.), p. 3
O.v.: Twee fabeldieren [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 45
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
3. | Het Komrij-wezen/Gerrit Komrij. - Den Haag: Bzztôh teater, 1980, [1 bl.]
Facsimile van het handschrift door Gerrit Komrij
Versie ii (r. 9) |
4. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 28
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 29
Versie i |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 100
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 5e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 17e ged.]
Versie i |
|
| |
116. | Kortsluiting
- | Ik haal infame en aangename dingen (Vorm: 4-4-4) |
1. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 44
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 44
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
117. | Koude springstof
- | De bleke Armeniërs uit de fabriek (Vorm: 3-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 18 (1977) 353 (april), p. 29
O.v.: Zes gedichten [Hiervan het 1e ged.] Met drukfout in r. 8
Versie i |
2. | De verschrikking. - 1977, p. 15
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [14]
Versie i' (r. 3') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 98
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 6e ged.]
Met drukfout in r. 8
Versie i' |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 108
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 6e ged.]
Versie ii (r. 4) |
|
| |
118. | - De kunstmaan, nu alreeds door Rusland afgeschoten,
| (Vorm: distichon, 2) |
1. | Tutti-frutti. - 1972, p. 57
O.v.: Een nogal hoerig manifest |
|
| |
119. | Het laatste deeg
- | We hadden vreemde gasten bij ons thuis. (Vorm: 4-4-4) |
1. | De revisor; 1 (1974) 3 (april), p. 15
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 22
O.v.: Armageddon [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 88
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Armageddon [Hiervan het 4e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 4) |
|
| |
120. | Laatste minuut
- | De golfslag van de Styx. Je zit te soezen. (Vorm: 4-4-4) |
1. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 87
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 28
O.v.: Vroege gedichten [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
121. | Het labyrint
- | 't Was in de Calle delle Case Nove (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 16 (1975) 328 (maart), p. 21
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 2e ged.]
O.d.t.: Het labyrinth
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 30
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 2e ged.]
O.d.t.: Het labyrinth
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 91
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii (r. 14) |
|
| |
122. | De ladenkast
- | Bij aller volken tal is de nieuwsgierigheid (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1968) 242 (jan.), p. 25
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 45
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 4e ged.]
Versie i' (r. 10') |
3. | Tutti-frutti. - 1972, p. 33
O.v.: iii [Hiervan het 3e ged.]
Versie i' |
4. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 47
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 4e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 28e ged.]
Versie i' |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 45
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 15e ged.]
Versie i' |
|
| |
123. | Lamia's
- | Lamia's hebben klauwen van een kat (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 23 (1975) 3 (maart), p. 7
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 43
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
124. | Lampionnen en guirlandes
- | Varend op een versierde staatsiesloep (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 283/284 (juni/juli), p. 26
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 26
O.v.: Derde stuk,. Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
3. | Fabeldieren. - 1975, p. 32
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
|
| |
| |
|
4. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 26
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
5. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 36
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 14) |
6. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 93
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 4e ged.] Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 10e ged.]
Versie ii' (r. 10') |
|
| |
125. | Het land van melk en honing
- | Je hebt nu een ‘toiletverfrisser’ ontdekt -
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 23
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 23
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 82
O.v.: Idyllen van de achterpoort [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 5-6) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 66
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 4e ged.]
Versie iii (r. 6) |
|
| |
126. | Het langdurige tweegevecht om de ziel van de criticus
- | De grote criticus is dood.
(Vorm: 4-4-4-4-4-4-4-4) |
1. | nrc-Handelsblad, 19 mei 1982, p. 10 Bij 8 tek. door Wilhelm Busch: p. 10 |
|
| |
127. | Lichaam
- | Gewrichtsneurose, gonorroe, gesnik.
(Vorm: 4-4-4. Acrostichon op de naam Gerrit Komrij) |
1. | nrc-Handelsblad, 20 juni 1984, p. 16
O.v.: Twee acrostichons [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Een en ander |
|
| |
128. | Licht
- | Er hing een lamp van dertienhonderd watt,
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | 33 Sonnetten/[Bertus Aafjes... et al.; met een verantwoording door het dispuut Black and white literair]. - Tilburg: Black and white literair, 1979, p. 20
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 92
O.v.: Contrabande [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 189
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
129. | Het lied van de oude pedofiel
- | Wie langs de straten zwerft hoeft nog niet slecht te wezen.
(Vorm: 5-5-5-5-5-5-5-5-5-1. Met opschrift: Op de wijs van: Onechte kindertjes zijn net zo lief als echte) |
1. | nrc-Handelsblad, 18 april 1979, p. 12
O.v.: Een en ander |
|
| |
130. | Liefde
- | Ze liggen op elkaar, schurft op eczeem. (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [15]
Bij drie fotografische bewerkingen van een
|
|
| |
| |
|
| olieverf: Another paradise by the dashboardlight, door Joost Veerkamp: p. [14]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 142
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 12) |
|
| |
131. | Liggend in het gras
- | Zie hoe de Zeppelin hangt. Doodsbang (Vorm: 3-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 18 (1977) 353 (april), p. 30
O.v.: Zes gedichten [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
2. | De verschrikking. - 1977, p. 43
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [42]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 112
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 20e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 116
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 14e ged.]
Versie i' (r. 9) |
|
| |
132. | Luuks nulpunt
- | Lunchuur. Lucullus smult:
(Vorm: 4-4-4-4-4-4)
1. nrc-Handelsblad, 21 okt. 1981, p. 12
O.v.: Een en ander
O.d.t.: U-tumult
Versie i |
2. | Dit helse moeras/Gerrit Komrij. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1983, p. 170-171
O.v.: A-drama, E-tweegevecht, I-crisis, O-droom, U-tumult [Hiervan het 5e deel, het enige ged.]
Versie i' (r. 3') |
|
| |
133. | Lijm
- | Waardige vellen die met matrozen vozen, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Kaas & brood;
O.v.: Zes gedichten (uit de bundel: ‘De sleutels zijn gebroken’) [Hiervan het 6e ged.]
O.d.t.: Lijm ii
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 26
O.v.: Vroege gedichten [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 7) |
|
| |
134. | Lyrisch
- | Wat zijn de sterren vanavond weer mooi, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 296/297 (juli/aug.), p. 34
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 19
O.v.: i [Hiervan het 7e ged.]
Versie ii (r. 4-5, 11-12) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 58
O.v.: i [Hiervan het 7e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 7e ged.]
Versie iii (r. 12) |
|
| |
135. | Maagdenburgse halve bollen
- | Er speelt al jaren in je achterhoofd (Vorm: 4-4-4) |
1. | Kaas & brood;
O.v.: Zes gedichten (uit de bundel: ‘De sleutels zijn gebroken’) [Hiervan het 5e ged.]
O.d.t.: Opflikkeren
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 12
O.v.: i/Van meet af aan [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 3', 4-7, 9', 10, 12') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 14
O.v.: i/Van meet af aan [Hiervan het 1e
|
|
| |
| |
|
| ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 1e ged.]
Versie iii (r. 5, 6') |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 31
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 1e ged.]
Versie iii' (r. 6', 9') |
|
| |
136. | - Maaike, Saar, Florence, Els, Stien,
| (Vorm: 4-4-4-4-4-4-4-4-4-4) |
1. | nrc-Handelsblad, 15 aug. 1979, p. 8
O.v.: Een en ander
1e r.: Johan, Henk, Florence, Nik, Stien, Versie i |
2. | Het kroost van Aagt Morsebel/Gerrit Komrij; [met tek. van] Fritzi ten Harmsen van der Beek. - Baarn: Rap, [1982}, p. 13-15 Versie ii (r. 1, 16, 23, 32, 37) |
3. | Het kroost van Aagt Morsebel/Gerrit Komrij; met tek. van Fritzi ten Harmsen van der Beek. - 2e dr. - Amsterdam: Bakker, 1983, p. 15-16
Versie ii |
|
| |
137. | Een marconist smeekt de zegen af
- | Neem een gemakkelijk rijm als dat
(Vorm: 3-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 18 (1977) 353 (april), p. 30
O.v.: Zes gedichten [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
2. | De verschrikking. - 1977, p. 35
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [34]
Versie i' (r. 8') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 108
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 16e ged.]
Versie i’ (r. 8') |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 114
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 12e ged.]
Versie i’ |
|
| |
138. | Maskerade
- | Je zat te dromen voor het vuur (Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 27
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [26]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 104
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 12e ged.]
Versie i |
|
| |
139. | Met een nat zeil
- | Je stopt twee anjelieren in je oren, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 11 (1969) 261/262 (aug./sept.), p. 21
O.v.: Vijf gedichten [Hiervan het 5e ged.]
Met drukfout in r. 10
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 42
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 42
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 33
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 6, 7', 8-9, 12) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 57
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 9e ged.]
Versie ii |
|
| |
140. | Metamorfose
- | Ik vond mezelf die middag traag terug. (Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 15
Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
|
| |
| |
|
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 135
O.v.: Capriccio [Hiervan het 9e ged.]
Versie ii (r. 5) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 127
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 9e ged.]
Versie ii' (r. 12') |
|
| |
141. | De moeilijkheidsgraad van de eenvoud
- | Je maakte in je droom een schilderij. (Vorm: 4-4-4) |
1. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 58
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 58
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
142. | Momentopname
- | Als de ijskast bloed mocht worden, als (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [21]
Met drie fotografische bewerkingen van een olieverf door Joost Veerkamp: p. [20]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 145
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
|
| |
143. | De monumenten
(1)- | Reclamesterren staan er aan de hemel, |
(2)- | Daar wordt een dode nooit meteen begraven, |
(3)- | Wie zieken opbergt in die stad of - vuiger! - |
(4)- | Gebouwen zijn aandoenlijk als ruïne. |
(5)- | Hij is gelukkig, die zijn monumenten |
(6)- | De huizen kermen en de mensen juichen:
(Bestaat uit zes delen, genummerd: 1,2, 3, 4, 5, 6. Vorm van elk deel: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 27 (1979) 12 (dec.), p. 32, 41-45 Bij een portfolio, zes studies voor een animatiefilm door Leo Hofman: p. 33-40 Ongenummerd
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 31-36 Ongenummerd
Versie ii (1: r. 12; 3: r. 6, 11; 4: r. 3; 5: r. 11'; 6: r. 6, 11) |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 31-36
Ongenummerd
Versie ii |
4. | Leo Hofman. - Roermond: [Gemeentemuseum], 1983, p. [8, 10, 12, 14, 16, 18] Bij zes prenten door Leo Hofman: p. [8, 10, 12, 14, 16, 18]
Ongenummerd
Versie i |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 164-169
O.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii |
|
| |
144. | Die Mütter! - 's klingt so wunderlich!
- | Mijn naam staat in het nonnenboek, (Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 29
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [28]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten 1964-1979. - 1979, p. 105
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 13e ged.]
Versie ii (r. 9) |
|
| |
145. | Het museumbeeld spreekt
- | Langzamerhand werden de stenen meer. (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 21
O.v.: ii/ Een kunstlooz' lied [Hiervan het 4e ged.]
|
|
| |
| |
|
|
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 23
O.v.: ii/Een kunstlooz' lied [Hiervan het 4e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 9e ged.]
Versie ii (r. 9, 11) |
|
| |
146. | Mystieke yoghurt
- | Enkel het gas hoor je gaan in de lamp. (Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 19
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [18]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 100
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 8e ged.]
Versie i |
|
| |
147. | De naargeestige worger
- | In Huize Het Rijntje van Borger
(Vorm: 4-4-4-4-4-4-4-4-4) |
1. | nrc-Handelsblad, 23 aug. 1978, p. 8
O.v.: Een en ander |
|
| |
148. | Een namiddag
- | Je zat, in je met goud bestikte jupe, frêle (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 287 (okt.), p. 39
1e r.: Je zit, in je met goud bestikte jupe, frêle
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 30
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: Je zit, in je met goud bestikte jupe, frêle
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 30
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: Je zit, in je met goud bestikte jupe, frêle
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 74
O.v.: De doem der maagschap [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 1-6, 8-10, 12) |
5. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 12
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 13
Versie ii |
6. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 67
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii |
|
| |
149. | Nergenshuizen
- | Er ligt een labyrint in warme streken (Vorm: 4-4-4) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 28
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 28
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 37
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 2-9) |
|
| |
150. | Niet naar de dierentuin
- | We plukten appels van wildvreemde bomen
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1967) 238 (aug./sept.), p. 38
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 43
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 45
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 26e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 43
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 13e ged.]
Versie i |
|
| |
151. | Niets dan droesem, niets dan draf
- | We zaten samen in een oud kasteel.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 87
O.v.: Contrabande [Hiervan het 1e ged.] |
|
| |
152. | Nieuwjaarsdag
- | Ik kan mij niet bevrijden van die ruimte.
(Vorm: 4-4) |
1. | Aarts' letterkundige almanak voor het Willem Elsschotjaar 1982/onder redactie van Dick Welsink en Willy Tibergien. - Amsterdam: Aarts, 1981, p. 8
O.v.: Kalender/januari |
|
| |
153. | Nieuwsgierigheid
- | Er is een kamer die nooit opengaat.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Avenue; 17 (1982) 3 (maart), p. [125]
O.v.: Gesloten circuit [Hiervan het 2e ged.]
Ook o.v.: Avenuepoëzie/onder red. van Cees Nooteboom
Met portretfoto door Wout Berger en met een fotomontage door Paul Röben: p. [124]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 40
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 40
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 171
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 2e ged.]
Ook o.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
154. | - Noch was hij een sterk gebouwde
| (Vorm: 4. Toegeschreven aan de hoofdpersoon van Verwoest Arcadië: Jacob Witsen) |
1. | Vrij Nederland; 39 (1978) 31 (5 aug.), p. 14
O.v.: Verwoest Arcadië, 49
1e r.: noch was hij een sterk gebouwde
Versie i |
2. | Verwoest Arcadië/Gerrit Komrij. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1980, p. 174
O.v.: Een zonderlinge dag
Versie i' (r. 1', 2', 4') |
3. | Verwoest Arcadië/Gerrit Komrij. - 2e dr. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1980, p. 174
O.v.: Een zonderlinge dag
Versie i' |
4. | Verwoest Arcadië/Gerrit Komrij. - [3e dr.]. - Amsterdam [etc.]: De Arbeiderspers [etc.], [1982], p. 174
O.v.: Een zonderlinge dag
Versie i' |
|
| |
155. | Nog een variatie op De pastoor van Oudetonge
- | Je schijnt pastoors te hebben die niets geloven.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 10
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 10
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
|
| |
156. | Nog een variatie op De pastoor van Oudetonge
- | Je schijnt pastoors te hebben die niets geloven.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 11
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 11
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
|
| |
157. | Nog een variatie op De pastoor van Oudetonge
- | Je schijnt pastoors te hebben die niets geloven.
(Vorm: 4-4-4. Met onderschrift: cetera desunt) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 12
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 12
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
158. | Noli me tangere
- | Een vers is ballast. Zorg dat het vergaat.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Propria cures; 91 (1980) 1 (23 aug.), p. 3
O.d.t.: Duizend en enige bommen en granaten
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 60
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 60
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 195
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 12e ged.]
Versie i |
|
| |
159. | Nu
- | Ik ben niet dor. Niet dik. Ik ben gekooid
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | De Phoenix spreekt/Gerrit Komrij. - [Amsterdam]: Binderij Phoenix, 1982, p. [5]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 193
O.v.: De Phoenix spreekt [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 10e ged.]
Versie i |
|
| |
160. | Oase
- | Zo warm is het die dag, bloedwarm. Jouw zweet
(Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 13
Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 133
O.v.: Capriccio [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 125
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
|
| |
161. | Obstakel
- | Al lijkt de woning dromerig en kalm, (Vorm: 4-4-4) |
|
| |
| |
|
1. | Avenue; 17 (1982) 3 (maart), p. [125]
O.v.: Gesloten circuit [Hiervan het 6e ged.
Ook o.v.: Avenue-poëzie/onder red. van Cees Nooteboom
Met een portretfoto door Wout Berger en met een fotomontage door Paul Röben: p. [124]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 46
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 8e ged.]
Versie i |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 46
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 8e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 175
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 6e ged.]
Ook o.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 9e ged.]
Versie ii (r. 4) |
|
| |
162. | Odyssee
- | Er werd (waar wel precies, dat weet je niet) eens
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Podium; 23 (1969) 7, p. 396
O.v.: Gedichten [Hiervan het 3e ged.]
O.d.t.: Odussee
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 32
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 2e ged.]
O.d.t.: Odussee
Versier i' (r. 5') |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 32
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 2e ged.]
O.d.t.: Odussee
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 80
O.v.: Idyllen van de achterpoort [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 10-12) |
|
| |
163. | - Oh Den Besten, Poelhekke zonder benul,
| (Vorm: 4) |
1. | Maatstaf; 17 (1970) 12 (april), p. 822
O.v.: De lettertuinkabouters |
|
| |
164. | Omdat O'Henry daar zat
- | Van deze bruine kast met zestien laden (Vorm: 4-4-4) |
1. | Podium; 23 (1969) 7, p. 395
O.v.: Gedichten [Hiervan het 2e ged.]
Met drukfout in r. 7
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 33
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 33
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 81
O.v.: Idyllen van de achterpoort [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 2', 11) |
|
| |
165. | Onder de stolp
- | Hou toch vooral eens je mond, zegt de raaf.
(Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 23
Met een collage door Jan Bernhard
Meinen: p. [22]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 102
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 10e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 110
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 8e ged.]
Versie i |
|
| |
166. | De ontmoeting
- | Een park. Er komt een man de hoek om, deftig.
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | De ontmoeting/Gerrit Komrij. - Amsterdam: Meijer, 1978, [1 bl.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 142
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
|
| |
167. | Het onzichtbare labyrint
- | Er is geen vrijheid in de zandwoestijn, (Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Nieuwsblad van het noorden, 22 maart 1979, p. 35
Met een tek. door Janwillem van Vugt
Versie i |
2. | De Gooi- en Eemlander, 24 maart 1979, p. 22
Met een tek. door Janwillem van Vugt
Versie i |
3. | Tubantia, 24 maart 1979, p. 22
Met een tek. door Janwillem van Vugt
Versie i |
4. | Haarlems dagblad, 31 maart 1979, p. [25]
Met een tek. door Janwillem van Vugt
Versie i |
5. | Het onzichtbare labyrint/Gerrit Komrij. - Den Haag: Bzztôh teater, 1980, [1 bl.] Facsimile van het handschrift door Gerrit Komrij
Versie i |
6. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 57
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
7. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 57
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
8. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 194
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 11e ged.]
Versie i |
|
| |
168. | Op de planken
| (Proloog, 1) - Zizi Maelstrom was een grote vedette. |
| (Proloog, 2) - Ze had hem 's morgens vroeg al om |
| (Proloog, 3) - Toen Zizi op zekere zaterdagavond |
| (Proloog, 4) - Toen ze des ochtends wakker werd, lag ze |
| (Eerste bedrijf, 1) - Culpepper was, voordat hij Zizi zag, |
| (Eerste bedrijf, 2) - Culpepper moest en zou zijn vaders sporen |
| (Eerste bedrijf, 3) - Als kind was Sacha ook vaak figurant, |
| (Eerste bedrijf, 4) - Het daverend applaus zou hem lang heugen, |
| (Eerste bedrijf, 5) - Snel verspreidt zich de faam van Culpepper. |
| (Eerste bedrijf, 6) - Maar soms kwam een moment - wanneer hij naging |
| (Tweede bedrijf, 1) - Zizi Maelstrom - de grote tragédienne |
| (Tweede bedrijf, 2) - Zij speelde in een soort van entr'acte |
| (Entr'acte) - Ge kunt van mij weeral verrekken, |
| (Tweede bedrijf, 3) - Als je zo oud bent als Zizi Maelstrom |
| (Tweede bedrijf, 4) - O, tijden dat zij zeer meeslepend speelde! |
| (Tweede bedrijf, 5) - Haar plan ging eerst na maanden in vervulling, |
|
| |
| |
|
| (Derde en laatste bedrijf, 1) - Culpepper was meteen verliefd geweest |
| (Derde en laatste bedrijf, 2) - Maar het gezelschap kwam er inderdaad. |
| (Derde en laatste bedrijf, 3) - Tenslotte hadden zij een prachtig stuk. |
| (Derde en laatste bedrijf, 4) - Hun kangoeroe werd alom zeer geliefd. |
| (Bestaat uit twintig delen, verdeeld over een Proloog, een Eerste bedrijf, een Tweede bedrijf (met Entr'acte) en een Derde en laatste bedrijf, genummerd en met inhoudsomschrijvingen: Proloog: 1 Waarin we kennismaken met het wel en wee ener tragédienne; 2 Waarin de loftrompet over Zizi Maelstrom door haar zelf wordt gestoken; 3 Hoe de geliefde toneelkunstenares de zegeningen van haar publiek in ontvangst neemt; 4 Waarin Zizi op dramatische wijze afscheid neemt en de proloog ten einde is. Eerste bedrijf: 1 Waarin van Sacha Culpeppers werkelijk geheel onbelangrijke misgreep verteld wordt; 2 Waarin we beseffen dat ook grote kunstenaars hun eerste schreden moeten zetten; 3 Hoe Sacha Culpepper ontdekt werd; 4 Vervolg op Hoe Sacha Culpepper ontdekt werd; 5 Waarin we Culpepper onder meer laveloos aantreffen; 6 Waarin Sacha Culpepper beseft dat het vrijgezellenbestaan niet altijd alles is. Tweede bedrijf: 1 We maken weer kennis met Zizi, die enigszins op jaren is; 2 Waarin wordt uitgeweid over de aard van Zizi Maelstroms rol. Entr'acte: met opschrift: In harnas. Op muziek. Tweede bedrijf. 3 Waarin de schrijver zich in indroeve bespiegelingen over de ouderdom verliest en hypochonders verzoekt terstond verder te gaan met het volgende vers; 4 Zijnde het volgende vers, waarin niettemin groot onheil geschiedt; 5 Hoe Zizi uiteindelijk haar aanbedene ontmoet. Derde en laatste bedrijf: 1 Van pril geluk; 2 Van hun eerste gezamenlijke schreden op het schouwtoneel; 3 Waarin Sacha en Zizi hun langverdiende ‘echte’
succes behalen, en ware verbeeldingskunstenaars blijken; 4 Hoe, om te besluiten, Zizi Maelstrom en Sacha Culpepper in hun voor- en achterkwartier hun mooie taak ten einde toe volbrengen, tot blijdschap van het publiek. Met ondertitel van het geheel: Burleske. Met onderschrift: Doek. Vorm van elk deel (uitgezonderd de Entr'acte): 4-4-4.
Vorm van de Entr'acte: 4-3-4) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 296/297 (juli/aug.), p. 36
Bevat: Proloog: 1, 2
O.d.t.: Achter de coulissen
Zonder ondertitel
Bestaat uit twee delen, genummerd: i, ii
Zonder inhoudsomschrijvingen
Zonder onderschrift
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 37-40
O.v.: iv [Hiervan het enige ged.]
Bevat: Proloog: 1, 2, 3, 4
O.d.t.: Uit het leven ener tragédienne Zonder ondertitel
Bestaat uit vier delen, genummerd: i, ii, iii, iv
Zonder inhoudsomschrijvingen
Zonder onderschrift
Versie ii (Proloog: 1: r. 6-9, 10') |
3. | nrc-Handelsblad, 24 nov. 1972, p. cs 5 Bevat: Proloog: 3
O.d.t.: Uit het leven van Zizi Maelstrom, tragédienne (fragment)
Zonder ondertitel
Zonder inhoudsomschrijving
Met opdracht: Voor alle Osters, Moeren en Hamels
Zonder onderschrift
Versie ii' (Proloog: 3: r. 8') |
4. | Hollands maandblad; 15 (1973) 311 (okt.), p. 11-13
Bevat: Eerste bedrijf: 1, 3, 4, 5, 6
Met ondertitel: Vijf gedichten uit een groter geheel, getiteld ‘Episodes uit het leven van de tragédienne Zizi Maelstrom en de toneelkunstenaar Sacha Culpepper’.
Bestaat uit vijf delen, genummerd: i, ii, iii, iv, v
1e r. (Eerste bedrijf: 3): Als kind was Sacha al vaak figurant,
Zonder onderschrift
Versie ii' |
|
| |
| |
|
5. | Op de planken: episodes uit het leven van de tragédienne Zizi Maelstrom en de toneelkunstenaar Sacha Culpepper/door Gerrit Komrij. - Amsterdam: Aarts, 1973, p. 9-13, 17-22, 25-28
Bevat: Eerste bedrijf: 1, 3, 4, 5, 6; Tweede bedrijf: 1, 2; Entr'acte; Tweede bedrijf: 3, 4, 5; Derde en laatste bedrijf: 1, 2, 3,4
Met andere ondertitel
Bestaat uit 15 delen, genummerd: Eerste bedrijf: i, ii, iii, iv;
Tweede bedrijf: i, ii; Entr'acte; Tweede bedrijf: iii, iv, v;
Derde en laatste bedrijf: i, ii, iii, iv
1e r. (Eerste bedrijf, 2): Als kind was Sacha al vaak figurant,
Met, in de vijftien luxe exemplaren, een ets: Een metamorfose van Louis Legrand, door Charles Leopold Hofman
Versie ii’ (Eerste bedrijf: 5: r. 8') |
6. | Op de planken: burleske/Gerrit Komrij. - [2e, uitgebr. dr.] - Amsterdam: Aarts, 1978, p. 8-11, 14-19, 22-27, 30-33
Met een reproductie van een ets: Een metamorfose van Louis Legrand, door Charles Leopold Hofman: p. [4]
Versie iii (Proloog, 1: r. 2, 4, 6; 3: r. 8'; Eerste bedrijf: 1: r. 4', 104; 3: r. 1; 4: r. 8'; 5: r. 3, 8; Tweede bedrijf: 2: r. 10, 12'; 3: r. 5'; Derde bedrijf: 1: r. 10, 11'; 2: r. 9'; 3: r. 5; 4: r. 3) |
|
| |
169. | Op een vaas van Emile Gallé
- | Zo'n heel mooie vaas, je (Vorm: 13-4) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 287 (okt.), p. 38
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 35
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 2e ged.]
Versie i' (r. 9', 11'-12') |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 35
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 2e ged.]
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 52
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 7e ged.]
Versie i' |
|
| |
170. | Op goed geluk
- | Het gekke is: als je ‘een vers’ wilt schrijven,
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 89
O.v.: Contrabande [Hiervan het 3e ged.] |
|
| |
171. | Op Gijsen
- | Ik ween om priesters, in een jurk gestoken,
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Onherstelbaar verbeterd. - 1981, p. 9
Met het oorspronkelijke gedicht [Ik ween om bloemen in den knop gebroken], door Willem Kloos: p. 8
Versie i |
2. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e, uitgebr. dr. - 1982 [= 1983], p. 13
Met het oorspronkelijke gedicht [Ik ween om bloemen in den knop gebroken], door Willem Kloos: p. 12
Versie i |
|
| |
172. | Op je rug
- | Het is of je een commode op je rug draagt, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 11 (1969) 258 (mei), p. 33
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 41
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 41
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
| |
|
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 29
O.v.: De paden op, de lanen in [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 2-3, 5, 7-12) |
5. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 8
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 9
Versie ii |
6. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 56
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 8e ged.]
Met drukfout in r. 7
Versie iii (r. 2) |
|
| |
173. | Op weg naar St. Petersburg
- | De mode hier is morgen mode daar.
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Propria cures; 85 (1975) 15 (18 jan.), p. 19 Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 19
O.v.: Armageddon [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 20
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 21
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 85
O.v.: Armageddon [Hiervan het 1e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 2e ged.] Versie i |
|
| |
174. | Oudejaarslied
- | Buren klagen, slaan, gebaren, (Vorm: 8-8) |
1. | nrc--Handelsblad, 29 dec. 1982, p. 8
O.v.: Een en ander
Met het oorspronkelijke gedicht Nieuwjaarslied door Rhijnvis Feith: p. 8 |
|
| |
175. | Oudejaarsmijmering
- | Je droomde dat je reisde in een trein.
(Vorm: 4-4-4-4-4. Met opschrift: Ziemlich bewegt, empfindungsvoll) |
1. | Waarin de trein een nieuw jaar tegemoetsnelt, of: Scripta manent, maar niet altijd/Gerrit Komrij. - Utrecht: Salix alba, 1978, p. [3]
Zonder titel
Met inhoudsomschrijving: Waarin de trein een nieuw jaar tegemoet snelt, of: Scripta manent, maar niet altijd
Zonder opschrift
Versie i |
2. | nrc-Handelsblad, 27 dec. 1978, p. 8
O.v.: Een en ander
Versie ii (r. 4', 5, 18) |
|
| |
176. | De overbodige dood van Malle Jopie
- | Je was jong nog, toen jouw zuster stierf.
(Vorm; 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 10 (1969) 254 (jan.), p. 37
O.d.t.: De reuze overbodige dood van Malle Jopie
1e r.: Je was jong nog, toen jouw zuster stierf:
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 25
O.v.: iii. De doem der maagschap [Hiervan het 1e ged.]
O.d.t.: De reuze overbodige dood van Malle Jopie
1e r.: Je was jong nog, toen jouw zuster stierf:
Versie i' (r. 11'-12') |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 25
O.v.: iii. De doem der maagschap [Hiervan het 1e ged.]
O.d.t.: De reuze overbodige dood van Malle Jopie
1e r.: Je was jong nog, toen jouw zuster stierf:
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen - 1981, p. 75
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: De doem der maagschap [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 1', 3, 9, 12') |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 50
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii |
|
| |
177. | Paarden in een kipperen
- | Ik krijg de ene briefkaart na de ander (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 19
O.v.: ii / Een kunstlooz' lied [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 21
O.v.: ii / Een kunstlooz' lied [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 7e ged.]
Versie ii (r. 2, 7', 9-12) |
|
| |
178. | Parasiet
- | Ik ben een vlieg, kruip gulzig in de aars (Vorm: 4-4-4) |
1. | Proefpagina: een keuze uit het aanbod van een uitgeverij: verhalen, gedichten, essays en andere teksten / van Bert Allee... [et al.]; [met een voorw. door de uitgever]. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1967, p. 66 Met drukfout in r. 10
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 13
O.v.. i / Van meet af aan [Hiervan het 2e ged.]
Versie i' (r. 11'-12') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 15
O.v.: i / Van meet af aan [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 9, 12) |
|
| |
179. | De pastoor van Oudetonge
- | Je schijnt pastoors te hebben die niets geloven.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 8
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 8
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
|
| |
180. | Het Pensioenfonds, Algemeen Burgerlijk
- | Constant wijntjes, samenzijntjes, (Vorm: 16) |
1. | nrc-Handelsblad, 24 aug. 1983, p. 12
O.v.: Een en ander
Met het oorspronkelijke gedicht Kinderlijk door Joost van den Vondel: p. 12
Versie i |
2. | Kinderlijk: het bekende gedicht van Joost van den Vondel aktueel getoonzet / door Gerrit Komrij. - Bedum: Exponent, 1983. p. [4]
Met het oorspronkelijke gedicht Kinderlijk door Joost van den Vondel: p. [3]
Versie i |
|
| |
181. | Peper en zout
- | Ik schrok. Was het wel schrik? 't Was wanhoop en |
- | Ik was te laf geweest het op de grond |
- | Ik was een vonk, maar in dat ogenblik |
- | Het leek een eeuwigheid dat ik hem zo |
- | 'k Zie alles nog. Zijn donkerbruine haren. |
- | Ik koop nu elke dag een ons gehakt
(Bestaat uit zes delen. Vorm van elk deel: 4-4-4) |
1. | Peper en zout / Gerrit Komrij. - Raamsdonk: De Roofpers, 1980, p. [5, 7, 9, 11, 13, 15]
1e r.: [3e deel] Ik was een vonk, maar na dat ogenblik
|
|
| |
| |
|
|
1e r.: [5e deel] 'k Zie alles nog. Zijn donkerbruine haren,
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 23-28 Versie ii ([1e deel:] r. 4', 7-8; [2e deel:] r. 2, 5'-6', 8', 12; [3e deel:] r. 1-2, 4, 8', 10'-11'; [4e deel:] r. 3', 5'; [5e deel:] r. 1'-3', 10', 11) |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 23-28
Versie ii |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 131-136
Met aanduiding: (1980)
Versie ii |
|
| |
182. | De pet in de lucht
- | Deuren gaan beven en hengsels verspringen
(Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 17
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [16]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 99
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 7e ged.]
Versie ii (r. 8) |
|
| |
183. | De planken loods
- | Zittend in hun sadistische kamers (Vorm: 3-3-3) |
- | De verschrikking. - 1977, p. 33
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [32]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 107
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 15e ged.]
Versie i |
3. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 16
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 17
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 113
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 11e ged.]
Versie ii (r. 6, 8) |
|
| |
184. | Pluimsteken
- | Je ligt bij Charles en moet een spreekwoord zeggen.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 10 (1968) 246 (mei), p. 24
1e r.: Ik lig bij Charles en moet een spreekwoord zeggen.
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 42
O.v.: vi / Daar is het gat van de deur [Hiervan het 1e ged.]
1e r.: Ik lig bij Charles en moet een spreekwoord zeggen.
Versie i' (r. 2'-3', 6'-9') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 44
O.v.: vi / Daar is het gat van de deur [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 25e ged.] Versie ii (r. 1, 8, 10, 12) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 42
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 12e ged.]
Versie ii |
|
| |
185. | Praagse mist
- | De Karlsbrücke. Een decembermorgen. (Vorm: 4-4-4. Handschrift door Gerrit Komrij, toegevoegd aan de twintig luxeexemplaren van Praag (Rotterdam: Bébert, 1983), p. [17]) |
|
| |
186. | De praalstoet
- | Als je maar lang genoeg blijft zitten, komt (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 299 (okt.), p. 22
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Drie gedichten [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 14
O.v.: i [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 53
O.v.: i [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
187. | Proloog
- | Zucht naar lof was nimmer mijn roersel; tussen
(Vorm: 6) |
1. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 17
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 17
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 13
Versie i |
|
| |
188. | Ragnarok! Ragnarok!
(1)- | De espeboom beeft luid en akelig. |
(2)- | Eens was de wereld vol begoochelingen. |
(3)- | Soms komt een onderbreking in de wind |
(4)- | De wind gaat buiten kletterend tekeer. |
(5)- | Je kon je redden langs een trap van vuur, |
(6)- | Je kijkt verslagen naar het stel soldaten
(Bestaat uit zes delen, genummerd: 1, 2, 3, 4, 5, 6. Vorm van elk deel: sonnet, 4-4-3-3. Met ondertitel: Sonnetten van na de zondvloed, of: Het was en is niet meer) |
1. | Fabeldieren. - 1975, p. 11-16
Ongenummerd
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 79-84
O.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (1: r. 10; 2: r. 3') |
|
| |
189. | Reclame, zo'n kunst
- | Je liep met Jezus door de Kalverstraat.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 10 (1969) 254 (jan.), p. 37
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 38
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 2e ged.]
Versie i' (r. 2'-3', 5', 7'-8', 10'-12') |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 38
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 2e ged.]
Versie i' |
|
| |
190. | Reis
- | Ik ging per parachute naar de lommerd, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Kaas & brood;
O.v.: Zes gedichten (uit de bundel: ‘De sleutels zijn gebroken’) [Hiervan het 2e ged.] |
|
| |
191. | De relikwieën van tante
- | Je had 'n vreemde tante (laat nu, o god, de hele
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf: 17 (1969) 1 (mei), p. 46
O.v.: Gedichten [Hiervan het 2e ged.]
1e r.: Je had 'n vreemde tante (laat nu, o God, de hele
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 27
O.v.: iii De doem der maagschap [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: Je had 'n vreemde tante (laat nu, o God, de hele
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 27
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: iii. De doem der maagschap [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: Je had 'n vreemde tante (laat nu, o God, de hele
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 73
O.v.: De doem der maagschap [Hiervan het 3e ged.]
Versie i' (r. 1', 3') |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 51
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 3e ged.]
Versie i' |
|
| |
192. | Residu
- | Dichters, we lezen ze met droge ogen.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 59
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 59
O.v.: Cyclus zonder naam [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
|
| |
193. | Rood ijs
- | Roomblank en feestelijk tussen de bergen (Vorm: 3-3-3) |
1. | nrc-Handelsblad, 20 aug. 1976, p. 19
O.v.: De vijfde colonne
Versie i |
2. | De verschrikking. - 1977, p. 13
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [12]
Versie ii (r. 2) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1919, p. 97
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 107
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii |
|
| |
194. | Russische hartstocht
- | Zij wil je vast niet verontrieven, (Vorm: 4-4) |
1. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 88
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 6e ged.] |
|
| |
195. | De rijke weduwe
- | Er was tot aan de allerverste horizon (Vorm: 4-4-4. Met noot in r. 12, verwijzend naar het onderschrift: Enkele andere suggesties voorde laatste regel: b. En vloekte alle struiken uit de grond. c. En liet haar scheten spetteren in 't rond.) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 296/297 (juli/aug.), p. 35\
Zonder noot
Zonder onderschrift
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 27
O.v.: ii [Hiervan het 4e ged.]
Versie i' (r. 5', 12') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 64
O.v.: ii [Hiervan het 4e ged.]
Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 11e ged.]
Versie ii (r. 10) |
|
| |
196. | Samen uit
- | Wij gingen stiekem nog een straatje om.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 25
O.v.: iii / Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 27
O.v.: iii / Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 2e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 12e ged.]
Versie ii (r. 12) |
|
| |
| |
| |
197. | Schaduw
- | De schaars verlichte overloop vierhoog (Vorm: 4-4-4) |
1. | Avenue; 17 (1982) 3 (maart), p. [125]
O.v.: Gesloten circuit [Hiervan het 3e ged.]
Ook o.v.: Avenuepoëzie / onder red. van Cees Nooteboom
Met portretfoto door Wout Berger en met een fotomontage door Paul Röben: p. [124]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 41
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 41
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 172
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 3e ged.]
Ook o.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
198. | Het scharlaken uur
- | Elastisch en elektrisch als een panter (Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 14
Vorm: 3-3-3-3
1e r.: Elastisch en electrisch als een panter
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 134
O.v.: Capriccio [Hiervan het 8e ged.]
1e r.: Elastisch en electrisch als een panter
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 126
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii (r. 1) |
|
| |
199. | Schemering
- | Een fricandel, mijnheer! Een kwartje.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Kaas & brood;
O.v.: Zes gedichten (uit de bundel ‘De sleutels zijn gebroken’) [Hiervan het 1e ged.] |
|
| |
200. | Schillen
- | Een doodgewone kamer, zo te zien.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Avenue; 17 (1982) 3 (maart), p. [125]
O.v.: Gesloten circuit [Hiervan het 5e ged.]
Ook o.v.: Avenue-poëzie / onder red. van Cees Nooteboom
Met een portretfoto door Wout Berger en met een fotomontage door Paul Röben: p. [124]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 43
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 6) |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 43
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 174
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 5e ged.]
Ook o.v.: Uit: Gesloten circuit (1982) [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii |
|
| |
201. | Schone kunst
- | IJsriffen, eh? Niet-bewegende vachten, (Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 7
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [6]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 94
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 104
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
202. | De sfinx
- | Er staat een oude stad in de woestijn (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 23 (1975) 3 (maart), p. 6
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 40
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 97
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 2e ged.]
Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 14e ged.]
Versie ii (r. 8) |
|
| |
203. | Shoeshine boy
- | Toen de fanfare op een ochtend aan je deur
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 11 (1969) 261/262 (aug./sept.), p. 19
O.v.: Vijf gedichten [Hiervan het 1e ged.]
O.d.t.: Eoos en de cycloop
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 40
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 4e ged.]
O.d.t.: Eoos en de cycloop
Versie i' (r. 3', 5'-6', 9') |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 40
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 4e ged.]
O.d.t.: Eoos en de cycloop
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 28
O.v.: De paden op, de lanen in [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 7-8, 11) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 55
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 7e ged.]
Versie iii (r. 8) |
|
| |
204. | Sing Sing
- | We stonden in de zaal van het kasteel. |
- | Hij stoof als een mandril over het veld. |
- | Hij is verdwaald tussen de berkestammen. |
- | Geijsbeer was er, spanning in de stad. |
- | Nog droomt hij in de nacht vaak van de kerker. |
- | De gangen van het bolwerk waren lang. |
- | Zijn oogleden zijn toe, en met een sonde |
- | De nacht valt over het bagno. In ketens |
- | Ook het gedicht is een gevangenis. |
- | Hij leek een vel papier, zo wit was hij.
(Bestaat uit tien delen. Vorm van elk deel: 4-4) |
1. | Sing Sing / Gerrit Komrij. - Utrecht: Salix alba, 1978, p. [11-20]
1e r. [3e deel]: Hij is verdwaald tussen de berkenstammen.
Met een reproductie van een (en in de tien luxe exemplaren originele) ets door Eric Wittenberns: p. [5]
Met een drukfout [in het 4e deel]: r. 4
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 115-124
Versie ii ([ie deel:] r. 5'; [3e deel:] r. 1, 2'; [4e deel:] r. 8'; [5e deel:] r. 4; [7e deel:] r. 8'; [8e deel:] r. 7') |
|
| |
205. | Sjarretel
- | Zij zat balsturig op het marktterras
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 33
O.v.: iv /Lag jij maar hier [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 35
O.v.: iv /Lag jij maar hier [Hiervan het 4e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 19e ged.]
Versie ii (r. 9) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 41
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 11e ged.]
Versie 11' (r. 2') |
|
| |
| |
| |
206. | Slakkehuis
- | De melkkruk werd op zekere dag zo groot (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1967) 238 (aug./sept.), p. 39
1e r.: De melkkruk werd op een zekere dag zo groot
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 22
O.v.: ii/Een kunstlooz' lied [Hiervan het 5e ged.]
1e r.: De melkkruk werd op een zekere dag zo groot
Versie i' (r. 6') |
3. | Tutti-frutti. - 1972, p. 32
O.v.: iii [Hiervan het 2e ged.]
1e r.: De melkkruk werd op een zekere dag zo groot
Versie ii (r. 3, 5, 7-8) |
4. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 24
O.v.: ii/Een kunstlooz' lied [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 10e ged.]
Versie iii (r. 1) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 36
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 6e ged.]
Versie iii |
|
| |
207. | Het slap gepraat
- | Te huur: die mededeling staat me tegen.
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | nrc-Handelsblad, 4 maart 1981, p. 12
O.v.: Een en ander
Met een foto
Versie i |
2. | Onherstelbaar verbeterd. - 1981, p. 7
Met het oorspronkelijke gedicht De Dapperstraat door J.C. Bloem: p. 6
Versie ii (r. 3) |
3. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e, uitgebr. dr. - 1982 [= 1983], p. 7.
Met het oorspronkelijke gedicht De Dapperstraat door J.C. Bloem: p. 6
Versie ii |
|
| |
208. | Het snoepje van de week
- | Vanmorgen was je zo bedonderd en bedroefd
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Tutti-frutti. - 1972, p. 17
O.v.: i [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 56
O.v.: i [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
209. | Solidariteit
- | Op zekere dag zag je een groenteboer, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 18 (1971) 12 (april), p. 840
O.v.: Gedichten [Hiervan het 4e ged.]
1e r.: Wel, op zekere dag zag je een groenteboer,
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 24
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: Wel, op zekere dag zag je een groenteboer,
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 24
O.v.: Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken [Hiervan het 3e ged.]
1e r.: Wel, op zekere dag zag je een groenteboer,
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 49
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 1-12) |
|
| |
210. | Souvenir
- | Het huis waarin ik zo lang heb gewoond
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Avenue; 17 (1982) 3 (maart), p. [124]
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Gesloten circuit [Hiervan het 1e ged.]
Ook o.v.: Avenuepoëzie / onder red. van Cees Nooteboom
Met een portretfoto door Wout Berger en met een fotomontage door Paul Röben: p. [124]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 39
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 1e ged.]
Versie i' (r. 5') |
3. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 39
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 1e ged.]
Versie i' |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 170.
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 1e ged.]
Ook o.v.: Uit: Gesloten circuit (1982)
[Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 4) |
|
| |
211. | Het sprookje
- | Een domkop daalt af in de grond.
(Vorm: 28) |
1. | Proefpagina: een keuze uit het aanbod van een uitgeverij: verhalen, gedichten, essays en andere teksten / van Bert Allee... [et al.]; [met een voorw. door de uitgever.]. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1967, p. 68
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 40
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 42
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 4e ged.]
Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 24e ged.]
Versie i |
|
| |
212. | De stad
- | Hier dolen dode vogels, zweven grandes
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 16 (1975) 328 (maart), p. 22
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 33
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 5e ged.]
Versie i' (r. 12') |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 94
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Uit: Fabeldieren (1975) [Hiervan het 11e ged.]
Versie i' |
|
| |
213. | De stank
- | Vandaag stonk alles werkelijk dubbelop.
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 16 (1975) 328 (maart), p. 23
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 34
O.v.: De stenen van Venetië [Hiervan het 6e ged.]
Versie i' (r. 9') |
|
| |
214. | Sterrenregen
- | De wereld is gekanteld. Op de wolken (Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [45]
Met drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Gerrit en Charles in de Bijlmer, II, door Joost Veerkamp: p. [44] |
|
| |
215. | Het stervensuur van een veertigjarige
- | Wacht u voor de gemene dood. Het bot (Vorm: 4-4-4). Met opschrift: tot zijn verzamelde vrienden:) |
1. | Hollands maandblad; ii (1969) 261/262 (aug./sept.), p. 20
O.v.: Vijf gedichten [Hiervan het 4e ged.]
1e r.: Wacht u voor een natuurlijke dood; het bot
Versie i |
|
| |
| |
|
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 20
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 4e ged.]
1e r.: Wacht u voor een natuurlijke dood; het bot
Versie ii (r. 5', 6-7) |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 20
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 4e ged.]
1e r.: Wacht u voor een natuurlijke dood; het bot
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 20
O.v.: Alle vlees is als gras [Hiervan het 4e ged.]
Versie iii (r. 1-7, 8', 9-12) |
|
| |
216. | De straat op
(1)- | Je gaat niet graag de straat op - als je 't |
(2)- | Het eerste wat je zag in de stad had (Bestaat uit twee delen, genummerd: 1, 2. Vorm: (1) 20; (2) 17) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 14-15
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 14-15
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 45-46
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 5, 9, 16) |
|
| |
217. | Straattoneeltje
- | Vuurlak uit een vulkaan, toornende tongen
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Propria cures; 89 (1978) 14-15 (23 dec.), p. 9
Met drukfout in r. 1
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 86
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 27
O.v.: Vroege gedichten [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
|
| |
218. | Tabulata scalata
- | De gaafheid ligt in het gebrokene.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [39]
Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Uit de serie: There is a heppie land fur, fur awaaay... (detail), door Joost Veerkamp: p. [38] |
|
| |
219. | Te laat en ingevuld
- | We gingen in een bos vol opgedoekte bomen
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 10 (1968) 246 (mei), p. 24
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 44
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979, - 1979, p. 46
O.v.: vi/Daar is het gat van de deur [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 27e ged.]
Versie ii (r. 4, 9-10, 12') |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 44
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 14e ged.]
Versie iii (r. 10) |
|
| |
| |
| |
220. | Terribilità
- | De jongen is een grijze filosoof.
(Vorm: 3-3-3) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [13]
Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf (een parodie op Norman Rockwells A guiding hand) door Joost Veerkamp: p. [12]
O.d.t.: Terribilita
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 141
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
|
| |
221. | Het testament van de kluizenaar
- | Of hij Ottobald heette of anders, (Vorm: 44) |
1. | Maatstaf; 15 (1967) 9 (dec.), p. 565-566
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 37-38
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 2e ged.]
Versie i (r. 30'-44') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 39-40
O.v.: v /De keerzijde van de arbeidersvreugde [Hiervan het 2e ged.]
Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 22e ged.]
Versie i’ (r. 16') |
|
| |
222. | De thuiskomst
- | Ferm gedrild was de meid. Slaven en sloven
(Vorm: 3-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 18 (1977) 353 (april), p. 29
O.v.: Zes gedichten [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | De verschrikking. - 1977, p. 41
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [40]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 111
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 19e ged.]
Versie i |
4. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 18 Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 19
Versie i |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 115
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 13e ged.]
Versie i' (r. 3') |
|
| |
223. | Tranen
- | Ook op de schouder van een stratemaker
(Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 10
1e r.: Ook op de schouder van een stratenmaker
Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 130
O.v.: Capriccio [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 1) |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 122
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii |
|
| |
224. | Twee koningskinderen
- | Als alle mensen op hun handen liepen
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [31]
Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Charles (detail), door Joost Veerkamp: p. [30]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 149
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 11e ged.]
Versie ii (r. 7) |
|
| |
225. | De tweelingzusjes
- | Dora en Cora waren zusjes.
|
|
| |
| |
|
|
(Vorm: 6-6-6-6-6-6-6-6-6-6-4. Met opdracht: Opgedragen aan Joke Kool-Smit) |
1. | nrc-Handelsblad, 20 juni 1979, p. 12
O.v.: Een en ander |
|
| |
226. | De vakbondsbestuurder en zijn wereldkijk
- | Constant wijntjes (Albert Heyntjes), (Vorm: 16) |
1. | nrc-Handelsblad, 24 aug. 1983, p. 12
O.v.: Een en ander
Met het oorspronkelijke gedicht Kinderlijk door Joost van den Vondel: p. 12
Versie i |
2. | Kinderlijk: het bekende gedicht van Joost van den Vondel aktueel getoonzet / door Gerrit Komrij. - Bedum: Exponent, 1983, p. [5]
Met het oorspronkelijke gedicht Kinderlijk door Joost van den Vondel: p. [3]
Versie i' (r. 15) |
|
| |
227. | De vampier en de grafdelver, of: De antiquaar als doodsheraut
(i) | - Boeken zijn doodkisten. Een aantal wanden |
(ii) | - De hand is niet gemaakt om te bezitten. |
(iii) | - Je zou een boek behoren weg te gooien.
(Bestaat uit drie delen, genummerd: i, ii, iii. Vorm van elk deel: 4-4-4) |
1. | Catalogus 30: Komrij 40 / [Willem Huijer] - Amsterdam: Antiquariaat Willem Huijer, 1984, [omslag]
Bevat: i, r. 1-8
Zonder titel
Ongenummerd
Facsimile van het handschrift door Gerrit Komrij
Versie i |
2. | De vampier en de grafdelver, of De antiquaar als doodsheraut. / Gerrit Komrij. - [Amsterdam]: Antiquariaat Willem Huijer, 1984, p. [5-7] Versie i |
|
| |
228. | Van de seconde die een eeuw wil zijn
- | Verdwenen zijn het stof, de hersenspinsels
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Van de seconde die een eeuw wil zijn / Gerrit Komrij. - [Amsterdam]: Sub signo libelli, 1982, [1 bl., luxe editie: p. 3]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 190
O.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
|
| |
229. | Een variatie op De pastoor van Oudetonge
- | Je schijnt pastoors te hebben die niets geloven.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 9
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 9
O.v.: Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
|
| |
230. | De veder
- | Ik heb een veder op mijn kruin geplant, (Vorm: rondeel, 8-5) |
1. | nrc-Handelsblad, 30 dec. 1981, p. 8
O.v.: Een en ander
O.p.: Han G. Hoekstra jr.
Met het oorspronkelijke gedicht De ceder door Han G. Hoekstra: p. 8
Versie i |
2. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e, uitgebr. dr. - 1982 [= 1983], p. 11
Met het oorspronkelijke gedicht De ceder door Han G. Hoekstra: p. 10
Versie i |
|
| |
231. | Vergeetachtigheid
- | Wee mijn Jozef, driemaal as op mijn hoofd!
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1967) 238 (aug./sept.), p. 39
|
|
| |
| |
|
|
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 20
O.v.: ii/Een kunstlooz' lied [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 22
O.v.: ii/Een kunstlooz' lied [Hiervan het 3e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii (r. 3) |
|
| |
232. | Vergetelheid
- | Het huis verkeert in slaap en duisternis.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Gesloten circuit: gedichten. - 1982, p. 45
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
2. | Gesloten circuit: gedichten. - 2e dr. - 1982, p. 45
O.v.: Het binnenhuis [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
|
| |
233. | Vergetelheid
- | Verschroeide aarde - de geschiedenis
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [43]
Met drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Onze nationale trots: 4 dekmerries uit de koninklijke stallen (detail), door Joost Veerkamp: p. [42] |
|
| |
234. | De verhuizing
- | 't Begon eerst zo onschuldig; toen we met onze
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 12 (1970) 271/272 (juni/juli), p. 44
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 18
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 18
O.v.: Tweede stuk, onder de titel Een straatje om [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 47
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 2e ged.]
Versie ii (r. 4, 6, 9') |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 63
O.v.: Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii |
|
| |
235. | Verkeerde wereld
- | Om haar beloning voor het vele leed
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [27]
Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Bijzondere vluchten ii (variant, detail), door Joost Veerkamp:
p. [26] |
|
| |
236. | Verkeersinformatie
- | Laatst kwam je, wandelend door de stegen (Vorm: 4-4. Met opdracht: Aan de H.H. Doktoren) |
1. | Soma; 3 (1972) 24/25 (juni/juli), p. 84
O.v.: Drie gedichten [Hiervan het 2e en laatste ged.]
Versie i |
2. | Tutti-frutti. - 1972, p. 43
O.v.: v [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 5) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 68
O.v.: iii [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 13e ged.]
Versie ii |
|
| |
237. | Een verre reis
- | Je ging, gezeten in een emmer, naar een
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 17 (1969) 1 (mei), p. 45
O.v.: Gedichten [Hiervan het 1e ged.]
O.d.t.: Per aspera
|
|
| |
| |
|
|
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 31
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 31
O.v.: iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 83
O.v.: Idyllen van de achterpoort [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 10) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 52
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 4e ged.]
Versie iii (r. 9) |
|
| |
238. | Verzuchting bij een zoëven geopend graf
- | ‘Wat doodalleen zijn wij,’ denk ik, ‘wat giert de
(Vorm: 4-4-4. Met opschrift: oefening in funeraire platitudes) |
1. | Maatstaf; 17 (1969) 1 (mei), p. 47
O.v.: Gedichten [Hiervan het 3e ged.]
O.d.t.: Lijkklacht bij een zoëven geopend graf
Zonder opschrift
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 18
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 2e ged.]
O.d.t.: Lijkklacht bij een zoëven geopend graf
Zonder opschrift
Versie i' (r. 2') |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 18
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 2e ged.]
O.d.t.: Lijkklacht bij een zoëven geopend graf
Zonder opschrift
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 22
O.v.: Alle vlees is als gras [Hiervan het 6e ged.]
Versie ii (r. 2', 11-12) |
|
| |
239. | Vignet
- | We liepen tot de middag voort. De wegen
(Vorm: 12) |
1. | Capriccio. - 1978, p. 11
Vorm: 3-3-3-3
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 131
O.v.: Capriccio [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 3) |
3. | Alles onecht; keuze uit de gedichten. - 1984, p. 123
O.v.: Capriccio (1978) [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii |
|
| |
240. | Villanelle
- | Als je het doorhebt kost het je geen zweet, (Vorm: villanelle, 3-3-3-3-3-4. Met inleidende tekst, door Gerrit Komrij vertaald uit het Engels: ‘De villanelle is “het verrukkelijkste juweel ooit door de muze Erato gedragen” genoemd. (...) De regels klinken simpel, en het resultaat moet vlot te lezen zijn; doch dat schijnbare gemak kan enkel worden bereikt door een moeizaam zwoegen en een grote zorgvuldigheid van de kant van de dichter, waarvan degenen die het alleen maar lezen nauwelijks een vermoeden hebben.’ Gleeson White, in zijn inleiding tot Ballades and Rondeaus, Chants Royal, Sestinas, Villanelles, &c. With Chapter on the Various Forms.) |
1. | nrc-Handelsblad, 11 mei 1983, p. 14
O.v.: Een en ander |
|
| |
| |
| |
241. | Villanelle van de mistroostige speelman
- | Het valt waarachtig niet mee
(Vorm: villanelle, 3-3-3-3-3-4. Met opschrift: [zangwijs verkrijgbaar]) |
1. | Maatstaf; 19 (1971) 3 (juli), p. 203
O.p.: Joris Paridon
Zonder opschrift
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 39
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 39
O.v.: Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle [Hiervan het 6e ged.]
Versie i |
|
| |
242. | De vlechten
- | Je heette Jopie, en had lange vlechten.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 71
O.v.: De doem der maagschap [Hiervan het 1e ged.] |
|
| |
243. | De vliet
- | Als 't kille zonnelicht langs 't ijsvlak strijkt
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Tutti-frutti. - 1972, p. 28
O.v.: ii [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979. p. 65
O.v.: ii [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 12e ged.]
Versie i |
|
| |
244. | De vogel Qu'al
- | De vogel Qu'al voedt zich met krokodillen
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Maatstaf; 23 (1975) 3 (maart), p. 6
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 2e ged.]
Versie i |
2. | Fabeldieren. - 1975, p. 41
O.v.: Fabeldieren [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
|
| |
245. | Voile
- | De kerk is in een loopgraaf weggezakt
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [33]
Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf: Charles (detail), door Joost Veerkamp: p. [32] |
|
| |
246. | Volks rolpenslied
- | Met Neerlands bloedworst wordt geknoeid,
(Vorm: 8-8-8) |
1. | nrc-Handelsblad, 7 sept. 1983, p. 16
O.v.: Een en ander
Met het oorspronkelijke gedicht Tollens' volkslied, door H. Tollens: p. 16 |
|
| |
247. | Voorlopig
- | Hotel ‘De ponderosa’ was, de eerste weken
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 13 (1971) 287 (okt.), p. 38
O.d.t.: Een meevaller
1e r.: Hotel ‘De ponderosa’ was, de eerste weken
Versie i |
2. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 1971, p. 31
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 4e ged.]
O.d.t.: Een meevaller
Versie i' (r. 1', 10') |
3. | Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. - 1978, p. 31
O.v.: Vierde stuk, onder de titel Iets treffends [Hiervan het 4e ged.]
O.d.t.: Een meevaller
Versie i' |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 38
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Raadsels, geprefabriceerd [Hiervan het 6e ged.]
Versie ii (r. 3, 5, 7, 9-12) |
|
| |
248. | Een vriend
- | Hij haatte alle vrouwen & terecht.
(Vorm: 5-5) |
1. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 90
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 8e ged.] |
|
| |
249. | Vroeger
- | Mijn veren glansden. Ik was rond en vet.
(Vorm: sonnet, 4-4-3-3) |
1. | De Phoenix spreekt/Gerrit Komrij. - [Amsterdam]: Binderij Phoenix, 1982, p. [3]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 191
O.v.: De Phoenix spreekt [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Verspreide gedichten [Hiervan het 8e ged.]
Versie i |
|
| |
250. | De vrouw
- | 's Morgens omzwachtelt ze haar vlees
(Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 37
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [36]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 109
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 17e ged.]
Versie i |
|
| |
251. | De vrouw in de kunst
- | Mevrouw haat mannen die haar met hun blik
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 43
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 7e ged.]
1e r.: Mevrouw háát mannen, die haar met hun blik
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 43
O.v.: v. Mengelwerk [Hiervan het 7e ged.] 1e r.: Mevrouw háát mannen, die haar met hun blik
Versie i |
3. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 90
O.v.: Contrabande [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii (r. 1', 3, 5-8, 10) |
4. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 10
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 11
Versie ii |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 58
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 10e ged.]
Versie ii |
|
| |
252. | Vruchtbaar
- | De nachtegalen groeien uit mijn warme lenden
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Proefpagina: een keuze uit het aanbod van een uitgeverij: verhalen, gedichten, essays en andere teksten/van Bert Allee... [et al.]: [met een voorw. door de uitgever]. - Amsterdam: De Arbeiderspers, 1976, p. 67
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 18
O.v.: ii/Een kunstlooz' lied [Hiervan het 1e ged.]
Versie ii (r. 10) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 20
O.v.: ii /Een kunstlooz' lied [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 6e ged.]
Versie iii (r. 9, 12) |
|
| |
| |
|
4. | The Comreigh critter and other verse. - 1982 [= 1983], p. 6
Met een vertaling in het Engels door Jacob Lowland: p. 7
Versie iii |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 35
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 5e ged.]
Versie iii' (r. 3') |
|
| |
253. | Vijf gedichten van de Spiering en de Windbuil
(i) | - Het oude hotel was bezet tot aan de vliering, |
(ii) | - ‘Nee mijnheer, ik kan u niet betalen,’ zegt |
(iii) | - ‘Ga je weer gek doen?’ vraagt de Spiering beducht |
(iv) | - Soms heeft de Spiering zulke vuige dromen... |
(v) | - Ze hebben weer eens ouderwets gelachen, toen
(Bestaat uit vijf delen, genummerd en met inhoudsomschrijvingen: |
| i. Waarin de Spiering en de Windbuil hun ingewilligde verlofaanvrage doorbrengen in een pension, maar zich de eerste dag vervelen, ii. Waarin de Spiering en de Windbuil naar huis teruggekeerd zijn, alwaar eerstgenoemde een diender met tochtlatten, zonder succes, het bos instuurt, iii. Waarin de Windbuil in het holst van de nacht een bezoek brengt aan de Spiering, die inmiddels een eengezinswoning heeft betrokken, iv. Waarin verteld wordt van de liederlijke dromen van de Spiering, die welstaanshalve de slaap het liefst afgeschaft zou zien, v. Waarin tenslotte verteld wordt over de wandeling van de Windbuil en de Spiering naar de heuvel, waarvan geen terugkeer mogelijk is.
Vorm van elk deel: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1968) 244 (maart), p. 18-20
1e r.: (ii): ‘Nee mijnheer, ik kan u niet betalen’, zegt
1e r.: (iii): ‘Ga je weer gek doen?’ vraagt de Spiering beducht
1e r.: (iv): Soms heeft de Spiering van die vuige dromen...
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 9-13
O.v.: i [Hiervan het enige ged.]
1e r.: (iv) Soms heeft de Spiering van die vuige dromen...
Versie ii (i: r. 6, 8'-9', 11'; ii; r. 1', 3'-4', 9', 11'-12'; iii: r. 1', 3'-4', 7'-11'; v: r. 5', 7') |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 9-13
O.v.: i [Hiervan het enige ged.]
1e r.: (iv): Soms heeft de Spiering van die vuige dromen...
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 57-61
O.v.: Verhalende poëzie, i [Hiervan het enige ged.]
Versie iii (i: r. 2', 11', 12; ii: r. 3', 9; iii: r. 3, 5, 8, 10, 12; iv: r. 1, 5', 6, 12'; v: r. 5', 7, 9') |
|
| |
254. | De wachtkamer
- | Bevroren zijn de koppen chocola.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De revisor; 1 (1974) 3 (april), p. 15 Versie i |
2. | Poetry international Rotterdam, 17 tot en met 22 juni 1974: een keuze uit het werk van de deelnemende dichters + vertalingen. - Rotterdam: Rotterdamse kunststichting, 1974, p. 1 [= bl. 290]
Versie i |
3. | Fabeldieren. - 1975, p. 23
O.v.: Armageddon [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 11) |
|
| |
255. | De wandelende reus
- | De reus met zijn machtige hoofd, dat (Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 14 (1972) 296/297 (juli/aug.), p. 35
Versie i |
2 | Tutti-frutti. - 1972, p. 18
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: i [Hiervan het 6e ged.]
Versie ii (r. 5, 9-11) |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 57
O.v.: i [Hiervan het 6e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 6e ged.]
Versie ii |
|
| |
256. | Wanklank
- | Bitter is het - terwijl om middernacht
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [25]
Bij drie fotografische bewerkingen van een olieverf door Joost Veerkamp: p. [24]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 147
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 9e ged.]
Versie i |
|
| |
257. | Het water de stank
- | Er was veel rommel op de brug te zien.
(Vorm: sonnet, 8-3-3) |
1. | nrc-Handelsblad, 14 jan. 1981, p. 12
O.v.: Een en ander
Met een foto
Versie i |
2. | Onherstelbaar verbeterd. - 1981, p. 13
Met het oorspronkelijke gedicht De moeder de vrouw door Martinus Nijhoff: p. 12 Versie i |
3. | Onherstelbaar verbeterd. - 2e dr. - 1982 [= 1983], p. 17
Met het oorspronkelijke gedicht De moeder de vrouw door Martinus Nijhoff: p. 16 Versie i |
|
| |
258. | Weerzien
- | Valt er van dit weerzien iets te hopen?
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 9 (1967) 238 (aug./sept.), p. 38
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 16
O.v.: i/Van meet af aan [Hiervan het 5e ged.]
Versie i' (r. 4'-6') |
3. | Het schip De wanhoop; gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 18
O.v.: i/Van meet af aan [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 5e ged.]
Versie ii (r. 12) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 34
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 4e ged.]
Versie ii |
|
| |
259. | Weigering
- | In een museum loop je langs veel lijken.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 7 (1965) 220 (nov.), p. 34
1e r.: In een museum loopt men langs veel lijken.
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 28
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 5e ged.]
1e r.: In een museum loopt men langs veel lijken.
Versie i' (r. 4', 10') |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 30
O.v.: iii/Vanuit Nergenshuizen [Hiervan het 5e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 15e ged.]
Versie ii (r. 1) |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 37
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan her 7e ged.]
Versie ii |
|
| |
| |
| |
260. | Willem Kloos
- | Er zijn in Oostenrijk veel hoge bergen.
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 7 (1965) 220 (nov.), p. 34
Versie i |
2. | Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten. - 1968, p. 30
O.v.: iv /Lag jij maar hier [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979. p. 32
O.v.: iv /Lag jij maar hier [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Maagdenburgse halve bollen [Hiervan het 16e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 38
O.v.: Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) [Hiervan het 8e ged.]
Versie ii (r. 5', 8) |
|
| |
261 | Het ijzeren bed
- | Er kijken een meisje en een kat
(Vorm: 3-3-3) |
1. | De verschrikking. - 1977, p. 11
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [10]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 96
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 106
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 4e ged.]
Versie i |
|
| |
262. | Zang van de gebroken ogen
- | Is niet de kist de voorruste des grafs?
(Vorm: 4-4-4) |
1. | Hollands maandblad; 11 (1969) 261/262 (aug./sept.), p. 20
O.v.: Vijf gedichten [Hiervan het 3e ged.]
Versie i |
2. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 1969, p. 19
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 4) |
3. | Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. - 1978, p. 19
O.v.: ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii |
4. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 19
O.v.: Alle vlees is als gras [Hiervan het 3e ged.]
Versie iii (r. 2-3, 5-9, 10', 11-12) |
5. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 49
O.v.: Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) [Hiervan het 1e ged.]
Versie iii |
|
| |
263. | Ziekenhuis
- | Heel voorzichtig uit het wit.
(Vorm: 3-3) |
1. | nrc-Handelsblad, 5 sept. 1978, p. cs 5
O.v .: cs gedicht
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 85
O.v.: Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 [Hiervan het 3e ged.]
Versie ii (r. 4-5) |
|
| |
264. | Zondagskind
- | Anderen knippen met hun vingers, zie:
(Vorm: 4-4-4) |
1. | De os op de klokketoren. - 1982, p. [17]
Met drie fotografische bewerkingen door Joost Veerkamp: p. [16]
Versie i |
2. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 143
|
|
| |
| |
|
|
O.v.: Uit: De os op de klokketoren (1981) [Hiervan het 5e ged.]
Versie i |
|
| |
265. | Zonder mysterie
- | Plotseling viel het hele huis vol gaten.
(Vorm: 10) |
1. | Alle vlees is als gras/Ik heb Goddank twee goede longen. - 1981, p. 53
O.v.: Banale rampen [Hiervan het 8e ged.] |
|
| |
266. | De zwijgzaamheid
1. | Eer maakt men lakens wit met inkt, (Vorm: 4-4-4) |
1. | Tutti-frutti. - 1972, p. 13 O.v.: i [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
2. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 52
O.v.: i [Hiervan het 1e ged.] Ook o.v.: Tutti-frutti [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
3. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 73
O.v.: Uit: Tutti-frutti (1972) [Hiervan het 1e ged.]
Versie i |
|
| |
267. | Zij danst op spijkers
- | Verzen die martelen, regels die zeer doen.
(Vorm: 3-3-3) |
1. | Hollands maandblad; 18 (1977) 353 (april), p. 29
O.v.: Zes gedichten [Hiervan het 3e ged.] O.d.t.: Hij danst op spijkers
Versie i |
2. | De verschrikking. - 1977, p. 21
Met een collage door Jan Bernhard Meinen: p. [20]
Versie i |
3. | Het schip De wanhoop: gedichten, 1964-1979. - 1979, p. 101
O.v.: De verschrikking [Hiervan het 9e ged.]
Versie i |
4. | Alles onecht: keuze uit de gedichten. - 1984, p. 109
O.v.: Uit: De verschrikking (1977) [Hiervan het 7e ged.]
Versie i |
|
| |
Register op varianttitels
Achter de coulissen 168.1 |
De Apollo van Elephantinopolos 11.1 |
Architektuur 12.1 |
|
Danse macabre 55.1-3 |
De doem der Sibbe 1.1 |
Du musst verstehn 50.1 |
Duizend en enige bommen en granaten 158.1 |
|
Een uur 28.1 |
Elf uur 29.1 |
Eoos en de cycloop 203.1-3 |
Epiloog in de vorm van een Dichtstukje op de |
Herfst 42.1-2 |
|
Het geluid 32.1-2 |
|
Herinnering aan Holland 21.1-2 |
Hij danst op spijkers 267.1 |
|
Jong 39 |
Jongen 39 |
|
Het labyrinth 121.1-2 |
Lijkklacht bij een zoëven geopend graf 238.1-3 |
Lijm ii 133.1 |
|
Een meevaller 247.1-3 |
|
Negen uur 30.1 |
|
Odussee 162.1-3 |
Opflikkeren 135.1 |
|
Per aspera 237.1 |
|
De reuze overbodige dood van Malle Jopie 176.1-3 |
| |
| |
Schrijfrecept 8.1 |
|
Terribilita 220.1 |
|
Uit het leven ener tragédienne 168.2 |
Uit het leven van Zizi Maelstrom, tragédienne (fragment) 168.3 |
U-tumult 132.1 |
|
Weg met alles 40.1 |
|
Het ijzeren paard 72.1 |
|
Zeven uur 31.1 |
Ziek 39 |
Zieken 39 |
De ziekenbarak 99.1 |
| |
Register op beginregels
Aapachtige, achterbakse aberraties 24 |
Ach, het valt ook nog wel mee 4 |
Het achterdeel Is, naar bekend, 17 |
Al klinkt de wind ook Hard en Hoog, 17 |
Al lijkt de woning dromerig en kalm, 161 |
Al wie ze Bruin wil Bakken kent 17 |
Al wie zijn Aars laat openstaan 17 |
Alfsgedrochten trachten groene ballen 39 |
Alleen de domme wantrouwt de schijn. 72 |
Als alle mensen op hun handen liepen 224 |
Als alles raast en kolkt en kookt en spat 36 |
Als de ijskast bloed mocht worden, als 142 |
Als je het doorhebt kost het je geen zweet 240 |
Als je maar lang genoeg blijft zitten, komt 186 |
Als je zo oud bent als Zizi Maelstrom 168 |
Als kind vond je een puntenslijper 't fijnst. 50 |
Als kind was Sacha al vaak figurant, 168.4-5 |
Als kind was Sacha ook vaak figurant, 168 |
Als men er Liever wat meer Laat 17 |
Als 't kille zonnelicht langs 't ijsvlak strijkt 243 |
Anderen knippen met hun vingers, zie: 264 |
De arbeider die ik hier aan de straat 12 |
De avond viel. De damp van een moeras 61 |
't Begon eerst zo onschuldig; toen we met onze 234 |
Bevroren zijn de koppen chocola. 254 |
Bewaar me voor de helderheid der dingen, 10 |
Bitter is het - terwijl om middernacht 256 |
De bleke Armeniërs uit de fabriek 117 |
De bleke vrouw (‘haar schoone pantoffelen 45 |
De bleke vrouw (haar schoone pantoffelen 45.1-2 |
De bloedsomlopen boren door de vliezen, 75 |
Boeken zijn doodkisten. Een aantal wanden 227 |
Buiten is het windstil en ijzig. 108 |
Buren klagen, slaan, gebaren, 174 |
Bij aller volken tal is de nieuwsgierigheid 122 |
Bij avond wordt het bos zo heel, heel anders; 26 |
|
Constant wijntjes (Albert Heyntjes), 226 |
Constant wijntjes, samenzijntjes, 180 |
Het Coprofiele deel der natie 17 |
Culpepper moest en zou zijn vaders sporen 168 |
Culpepper was meteen verliefd geweest 168 |
Culpepper was, voordat hij Zizi zag, 168 |
|
Daar is gekomen De Volkswil, een krant 33 |
Daar wordt een dode nooit meteen begraven, 143 |
Het dak doorklieft de wolken. Schuimend water 35 |
Dan, uit mijn doodsbed, zal een worm verrijzen 38 |
Dat 't feest beginnen zou, dat stond wel vast. 31 |
Dat was haast goddelijk van simpelheid! 114 |
Het daverend applaus zou hem lang heugen, 168 |
Denkend aan Holland 21 |
Deuren gaan beven en hengsels verspringen 182 |
Deuren toe. Verlangend 113 |
Deze man gooit tuba's in een trechter 73 |
Dichters, we lezen ze met droge ogen. 192 |
Een domkop daalt af in de grond. 211 |
De dood is als een vaas, waarin je valt; 46 |
Een doodgewone kamer, zo te zien. 200 |
Dora en Cora waren zusjes. 225 |
| |
| |
Droog is 't. Een doos met gouden regen. 39 |
|
De echte vlechten zullen zeker winnen 78 |
Eens was de wereld vol begoochelingen. 188 |
Eer maakt men lakens wit met inkt. 266 |
De eerste regel is om te beginnen. 64 |
Het eerste wat je zag in de stad had 216 |
Eet hardgekookte Eieren 17 |
't Ei breekt. Wat doet de dichter met de dooier? 13 |
Elastisch en electrisch als een panter 198.1-2 |
Elastisch en elektrisch als een panter 198 |
En wie in Yoga-houding drukt 17 |
Enkel het gas hoor je gaan in de lamp. 146 |
Er groeien zwammen uit de hanebalken. 56 |
Er hing een lamp van dertienhonderd watt, 128 |
Er is een fabeldier dat ‘Komrij’ heet, 115 |
Er is een kamer die nooit opengaat. 153 |
Er is geen vrijheid in de zandwoestijn, 167 |
Er kijken een meisje en een kat 261 |
Er ligt een labyrint in warme streken 149 |
Er speelt al jaren in je achterhoofd 135 |
Er springen doden van de foto's. Mythen 54 |
Er staat een oude stad in de woestijn 202 |
Er was tot aan de allerverste horizon 195 |
Er was veel rommel op de brug te zien. 257 |
Er werd (waar wel precies, dat weet je niet) eens 162 |
Er zijn een zevental mensen die je kwellen 1 |
Er zijn in Oostenrijk veel hoge bergen. 260 |
De espeboom beeft luid en akelig. 188 |
|
Ferm gedrild was de meid. Slaven en sloven 222 |
... fini 63 |
De Flatus en Faeces zijn 17 |
Een fricandel, mijnheer! Een kwartje. 199 |
|
Ga eens uit wandelen in het Spanderswoud 69 |
Ga eens wandelen in het Spanderswoud 69.3 |
‘Ga je weer gek doen?’ vraagt de Spiering beducht 253 |
De gaafheid ligt in het gebrokene. 218 |
De gangen van het bolwerk waren lang. 204 |
Ge kunt van mij weeral verrekken, 168 |
Gebouwen zijn aandoenlijk als ruïne. 143 |
Geeft men fooien aan de dichter? 66 |
Het gekke is, als je ‘een vers’ wilt schrijven, 170 |
Geur van ingemaakte kropsla; 71 |
Gewillig, gulzig, grif grafwaarts gewend, 67 |
Gewrichtsneurose, gonorroe, gesnik. 127 |
Geijsbeer was er, spanning in de stad. 204 |
De golfslag van de Styx. Je zit te soezen. 120 |
De grote criticus is dood. 126 |
|
Haar plan ging eerst na maanden in vervulling, 168 |
Haar sluier stond nog altijd even strak, 29 |
De hand is niet gemaakt om te bezitten. 227 |
Heel argeloos begin je een gedicht. 8 |
Heel voorzichtig uit het wit. 263 |
Heel wat anders dan 't gezeur 80 |
Hem vliegen losse woorden naar de keel. 36 |
Het is benauwd. Het is altijd benauwd. 92 |
Het is of je een commode op je rug draagt, 172 |
Het is steeds eender wat ik zoek: 84 |
Het leek een eeuwigheid dat ik hem zo 181 |
Het valt waarachtig niet mee 241 |
Het was een gaaf salon-ameublement. 77 |
Het was een gaaf salonameublement. 77.1-2 |
Het was genoeg. Nu vallen alle sluizen 44 |
Hier dolen dode vogels, zweven grandes 212 |
His Master's Voice brengt Merde-platen: 17 |
Hoe droevig zijn de blinde dwazen, 85 |
Hoi! we hebben met ons allen 86 |
Hotel ‘De Ponderosa’ was, de eerste weken 247 |
Hotel ‘De Ponderosa’ was, de eerste weken 247.1 |
Hou toch vooral eens je mond, zegt de raaf. 165 |
Het huis verkeert in slaap en duisternis. 232 |
Het huis waarin ik zo lang heb gewoond 210 |
De huizen kermen en de mensen juichen: 143 |
Hun duif heeft een gewichtheffer vermoord. 81 |
Hun kangoeroe werd alom zeer geliefd. 168 |
De hupplende vreugde 91 |
Hij haatte alle vrouwen & terecht. 248 |
Hij heft, van tafel opstaande, het glas. 55 |
Hij heft, van tafel opstaande, het heldere glas. 55.1-3 |
Hij is gelukkig, die zijn monumenten 143 |
| |
| |
Hij is verdwaald tussen de berkenstammen. 204.1 |
Hij is verdwaald tussen de berkestammen. 204 |
Hij kent de onderkant van schoen en broekspijprand, 34 |
Hij leek een vel papier, zo wit was hij. 204 |
Hij leest, zonder te lezen, een verhaal 5 |
Hij stoof als een mandril over het veld. 204 |
Hij was twaalf, had rappe leden, 111 |
|
Ik antwoordde, dat ik ze met mijn woorden 65 |
Ik ben een architect en bouw een huis. 12 |
Ik ben een architekt en bouw een huis. 12.1 |
Ik ben een vlieg, kruip gulzig in de aars 178 |
Ik ben niet dor. Niet dik. Ik ben gekooid 159 |
Ik denk maar dat ik omrij, 94 |
Ik ging per parachute naar de lommerd, 190 |
Ik haal infame en aangename dingen 116 |
Ik heb een veder op mijn kruin geplant, 230 |
Ik kan mij niet bevrijden van die ruimte. 152 |
‘Ik kom eens wat rondneuzen,’ zei hij, maar toen 20 |
Ik koop nu elke dag een ons gehakt 180 |
Ik krijg de ene briefkaart na de ander 177 |
Ik lig bij Charles en moet een spreekwoord zeggen. 184.1-2 |
Ik moet een muur gaan bouwen bij de halte. 12 |
Ik schrok. Was het wel schrik? 't Was wanhoop en 181 |
Ik stap het bordes af in een statige bruidstooi, 93 |
Ik stap het bordes af in een statige bruidstooi. 93.1-2 |
Ik vond mezelf die middag traag terug. 140 |
Ik was een vonk, maar in dat ogenblik 181 |
Ik was een vonk, maar na dat ogenblik 181.1 |
Ik was te laf geweest het op de grond 181 |
Ik ween om priesters, in een jurk gestoken, 171 |
Ik weet geloof ik niet meer wat ze zeiden. 65 |
Ik zat als ruiter op het dak. Het huis 37 |
Ik zit, een wees te Vught, 95 |
In een museum loop je langs veel lijken. 259 |
In een museum loopt men langs veel lijken. 259.1-2 |
In Huize Het Rijntje van Borger 147 |
In ieder dorp stond nog een watertoren 106 |
In ieder dorp stond nog een watertoren. 106.1-2 |
Is deze aarde een paradijs? 102 |
Is een Toilet niet bovenal 17 |
Is het niet wonderlijk? Ik heb gedroomd 65 |
Is niet de kist de voorruste des grafs? 262 |
't Is ons, op de wc, geraaien 17 |
|
‘Je bent te bemoeizuchtig,’ zei 110 |
Je droomde dat je reisde in een trein. 175 |
Je gaat de stad in om een schemerlamp 25 |
Je gaat niet graag de straat op - als je 't 216 |
Je ging de stad in om een schemerlamp 25.1-3 |
Je ging, gezeten in een emmer, naar een 237 |
Je had een mooi hoofd en dito handen, 107 |
Je had jezelf nog wel zo voorgenomen 40 |
Je had 'n vreemde tante (laat nu, o god, de hele 191 |
Je had 'n vreemde tante (laat nu, o God, de hele 191.1-3 |
Je hebt altijd wel enigszins gedacht 114 |
Je hebt goddank twee goede longen, want als je 88 |
Je hebt Goddank twee goede longen, want als je 88.1-2 |
Je hebt nu een ‘toiletverfrisser’ ontdekt - 125 |
Je heette Jopie en had lange vlechten. 242 |
Je kan een vers aantrekken als een broek: 13 |
Je kon je redden langs een trap van vuur, 188 |
Je kijkt verslagen naar een stel soldaten 188 |
Je liep met Jezus door de Kalverstraat. 189 |
Je ligt bij Charles en moet een spreekwoord zeggen. 184 |
Je luistert naar een klederdrachtkapel: 100 |
Je maakte in je droom een schilderij. 141 |
Je nam beleefd je hoed af voor dat vreugde - 59 |
Je schijnt pastoors te hebben die niets geloven. 155; 156; 157; 179; 229 |
Je stak op een ochtend turf. 23 |
Je stopt twee anjelieren in je oren, 139 |
Je tante Jet, die steeds weer zeer bedreven 16 |
Je tante Jo, die in pension ‘'t Leven’ 16 |
Je tante Jo, die in pension ‘'t Leven’ 16.1-2 |
Je vraagt je af waarom je altijd maar 99 |
Je wandelt op twee benen van taai-taai 87 |
| |
| |
Je was jong nog, toen jouw zuster stierf. 176 |
Je was jong nog, toen jouw zuster stierf: 176.1-3 |
Je zag een roeiboot van het Lido komen. 22 |
Je zal daar toch Jan F. de Zanger heten! 24 |
Je zat, in je met goud bestikte jupe, frêle 148 |
Je zat te dromen voor het vuur 138 |
Je zit, in je met goud bestikte jupe, frêle 148.1-3 |
Je zou een boek behoren weg te gooien. 227 |
Je zou gaan fietsen als een kind van zeven. 62 |
Johan, Henk, Florence, Nik, Stien, 136.1 |
Een jonge god was je, en ook een vlegel. 53 |
De jongen is een grijze filosoof. 220 |
De jongen met zijn blauwe huid, zijn dieren - 11 |
Jongen op mijn muur 113 |
Een jongen was je; in al je dromen 68 |
Een Jongenswind Joelt van Joehoe, 17 |
|
De Karlsbrücke. Een decembermorgen. 185 |
De kerk is in een loopgraaf weggezakt 245 |
De Kleinste Kamer biedt aan allen 17 |
Komt hij nog? Komt hij nog? dacht ze gespannen, 9 |
De kunstmaan, nu alreeds door Rusland afgeschoten, 118 |
|
Laatst kwam je, wandelend door de stegen 236 |
Lamia's hebben klauwen van een kat 123 |
Langzamerhand werden de stenen meer. 145 |
Lunchuur. Lucullus smult: 132 |
De lijkkist is alweer voorbij gegaan. 98 |
|
Maaike, Saar, Florence, Els, Stien, 136 |
Maar het gezelschap kwam er inderdaad. 168 |
Maar in late uren 113 |
Maar soms kwam een moment - wanneer hij naging 168 |
De melkkruk werd op een zekere dag zo groot 206.1-3 |
De melkkruk werd op zekere dag zo groot 206 |
Men brengt zich, in een Retirade, 17 |
Men kan me niet gaan zeggen; dient 39 |
Met Neerlands bloedworst wordt geknoeid, 246 |
Mevrouw haat mannen die haar met hun blik 251 |
Mevrouw háát mannen, die haar met hun blik 251.1-2 |
‘'s Middags wordt, als een klassieke verfrissing, 19 |
‘'s Middags wordt, als een klassieke verfrissing, 19.1 |
De mode hier is morgen mode daar. 173 |
's Morgens omzwachtelt ze haar vlees 250 |
De muzikanten op het Marcusplein 96 |
Mijn naam staat in het nonnenboek, 144 |
Mijn veren glansden. Ik was rond en vet. 249 |
|
De nacht valt over het bagno. In ketens 204 |
De nachtegalen groeien uit mijn warme lenden 252 |
‘Nee mijnheer, ik kan u niet betalen,’ zegt 253 |
‘Nee mijnheer, ik kan u niet betalen’, zegt 253.1 |
Neem een gemakkelijk rijm als dat 137 |
Negen jaar. Een hoofdje zonder mensen. 39 |
Noch was hij een sterk gebouwde 154 |
noch was hij een sterk gebouwde 154.1 |
Nog droomt hij in de nacht vaak van de kerker. 204 |
‘Non olet!’ roept een Nuf verlegen. 17 |
Nu ken ik alle kaden, alle stegen, 49 |
|
O land van fles en mis, van vuile trouw en zegen, 27 |
O, tijden dat zij zeer meeslepend speelde! 168 |
Een O zo wondere Odeur 17 |
Of hij Ottobald heette of anders, 221 |
Oh agave, plant van mijn later jaren... 7.1-2 |
Oh, agave, plant van mijn later jaren... 7 |
Oh Den Besten, Poelhekke zonder benul 163 |
Om haar beloning voor het vele leed 235 |
Het onkruid van de broodjes is gewied, 30 |
Ook het gedicht is een gevangenis. 204 |
Ook op de schouder van een stratemaker 223 |
Ook op de schouder van een stratenmaker 223.1 |
Op zekere dag zag je een groenteboer, 209 |
Opeens zag je de slangen overal kruipen, 3 |
De opperman verkracht zijn coryfee en 48 |
De opperman verkracht zijn korifee en 48.1-3 |
| |
| |
Het oude hotel was bezet tot aan de vliering, 253 |
|
Een park. Er komt een man de hoek om, deftig. 166 |
Een Petomaan Praat, Potverdorie, 17 |
Plotseling viel het hele huis vol gaten. 265 |
|
De Quinkslag is de Quintessens 17 |
|
Reclamesterren staan er aan de hemel, 143 |
De reus met zijn machtige hoofd, dat 255 |
Rondom de tuinen van Huize Constance 90 |
Roomblank en feestelijk tussen de bergen 193 |
|
De schaars verlichte overloop vierhoog 197 |
Shit is het Sleutelwoord. Shit is 17 |
Snel verspreidt zich de faam van Culpepper. 168 |
Soms heeft de Spiering van die vuige dromen... 253.1-3 |
Soms heeft de Spiering zulke vuige dromen... 253 |
Soms komt een onderbreking in de wind 188 |
Een soort van goddelijke bries was 89 |
Stel, dat je een gedicht zou schrijven over 13 |
|
Te huur: die mededeling staat me tegen. 207 |
Tenslotte hadden zij een prachtig stuk. 168 |
Terwijl ik deze eerste regel schrijf 70.1 |
Terwijl je deze eerste regel schrijft 70 |
Toch is je wekker, nogmaals, haast volmaakt. 114 |
Toen de fanfare op een ochtend aan je deur 203 |
Toen het letterkundig tijdschrift 41 |
Toen Judith terugkeerde begon haar stad 109 |
Toen, na het bruiloftsfeest, de allerlaatste gast 28 |
Toen ze des ochtends wakker werd, lag ze 168 |
Toen Zizi op zekere zaterdagavond 168 |
Tussen de doodshoofden en steenkolossen, 36 |
Tussen de ijsriffen, in de stille nacht, 82 |
Tussen dit vers ga ik nu stratemakers zetten, 12 |
Tussen dit vers ga ik nu stratenmakers zetten, 12.1 |
De tijd is op. Wat onder was werd boven 18 |
Valt er van zo'n weerzien iets te hopen? 258 |
Van binnenin gevoerd met rood velours 47 |
Van deze bruine kast met zestien laden 164 |
Vanavond ging de keukengeiser zingen. 97 |
Vanavond ging de keukengeyser zingen. 97.1 |
Vanavond heb ik toch een mens gezien 103 |
Vandaag stonk alles werkelijk dubbelop. 213 |
Vanmiddag gaf je je kat een kopje en likte haar 105 |
Vanmorgen was je zo bedonderd en bedroefd 208 |
Varend op een versierde staatsiesloep 124 |
De Veest eens Vents klinkt steeds Viriel. 17 |
Verdwenen zijn het stof, de hersenspinsels 228 |
Een vers is ballast. Zorg dat het vergaat. 158 |
Verschroeide aarde - de geschiedenis 233 |
Verzen die martelen, regels die zeer doen. 267 |
De vogel Qu'al voedt zich met krokodillen 244 |
De vogels schoten uit het land omhoog. 15 |
Vuurlak uit een vulkaan, toornende tongen 207 |
|
Waardige vellen die met matrozen vozen, 133 |
Waarom pronkt die Komrij toch steeds zo banaal 6 |
Wacht u voor de gemene dood. Het bot 215 |
Wacht u voor een natuurlijke dood; het bot 215-1-3 |
Wanden scheuren, hamers 113 |
Want zuiverheid verwekt hypocrisie 14 |
't Was in de Calle delle Case Nove 121 |
Wat doe je met een eivlek op je gat? 13 |
‘Wat doodalleen zijn wij,’ denk ik, ‘wat giert de 238 |
Wat Gaven wij om al dat Gas, 17 |
Wat hebben jullie van de dood gezongen, 2 |
Wat Un geluk dat ik Um heb: 17 |
Wat was dat voor een geluid? 32 |
Wat zijn de sterren vanavond weer mooi, 134 |
We dwaalden langs verpulverde altaren 58 |
We gaan vanavond naar de Zomertuinen, 112 |
We gingen in een bos vol opgedoekte bomen 219 |
We hadden vreemde gasten bij ons thuis. 119 |
We liepen op de Transformator Weg. 60 |
We liepen tot de middag voort. De wegen 239 |
| |
| |
We plukten appels van wildvreemde bomen 150 |
We stonden als potplanten op de straat 74 |
We stonden in de zaal van het kasteel. 204 |
We wandelden des avonds door de tuinen 43 |
We zaten bij Hamdorff in Laren 76 |
We zaten samen in een oud kasteel. 151 |
Wee mijn Jozef, driemaal as op mijn hoofd! 231 |
Wel, op zekere dag zag je een groenteboer, 209.1-3 |
De wereld is gekanteld. Op de wolken 214 |
Wie langs de straten zwerft hoeft nog niet slecht te wezen. 129 |
Wie staande met X-benen schijt 17 |
Wie zieken opbergt in die stad of - vuiger! - 143 |
De wind gaat buiten kletterend tekeer. 188 |
Wreed schrijdt de eenhoorn in zijn glazen huis 52 |
Wij gingen stiekem nog een straatje om. 196 |
Wij hebben op zoek naar het water 83 |
Wij lazen op een stenen bank van hout 51 |
|
IJsriffen, eh? Niet-bewegende vachten, 201 |
|
De Zangvereniging het Veldviooltje 57 |
Ze had hem 's morgens vroeg al om 168 |
Ze hebben weer eens ouderwets gelachen, toen 253 |
Ze liggen op elkaar, schurft op eczeem. 130 |
Ze zeggen dat je, als de blaren vallen, 42 |
De zee is droog. Het vasteland is nat. 104 |
Een Zetpil in het Zitvlees maakt 17 |
'k Zie alles nog. Zijn donkerbruine haren. 181 |
'k Zie alles nog. Zijn donkerbruine haren, 181.1 |
Zie hoe de Zeppelin hangt. Doodsbang 131 |
Zittend in hun sadistische kamers 183 |
Zizi Maelstrom - de grote tragédienne 168 |
Zizi Maelstrom was een grote vedette. 168 |
Zo rust je met een vuurtje in je reet. 114 |
Zo warm is het die dag, bloedwarm. Jouw zweet 160 |
De zoldering was wit en rood en goud. 101 |
Zo'n heel mooie vaas, je 169 |
Zucht naar lof was nimmer mijn roersel; tussen 187 |
Zij speelde in een soort van entr'acte 168 |
Zij wil je vast niet verontrieven, 194 |
Zij zat balsturig op het marktterras 205 |
Zijn Dichtwerk Drukt de Drekpoëet 17 |
Zijn ogen zijn de peren die vergaan 79 |
Zijn oogleden zijn toe, en met een sonde 204 |
| |
Register op afdelingstitels en inhoudsomschrijvingen
A-drama, E-tweegevecht, I-crisis, O-droom, U-tumult 132.2 |
Alle vlees is als gras 42.3; 43.3; 46.4; 55.4; 215.4; 238.4; 262.4 |
Armageddon 44.1-2; 57.1-2; 92.2; 97.2-3; 119.2-3; 173.2; 173.4; 254.3 |
Avenuepoëzie 35.1; 37.1; 161.1; 197.1; 200.1; 210.1 |
|
Banale rampen 25.4; 72.2; 99.4; 169.4; 209.4; 216.3; 234.4; 265.1 |
Het binnenhuis 35.2-4; 37.2-4; 116.1-2; 153.2-4; 161.2-4; 197.2-4; 200.2-4; 210.2-4; 232.1-2 |
Bruiloftsfeest 28.1; 29.1; 30.1; 31.1 |
|
cs gedicht 263.1 |
Capriccio 15.2; 53.2; 58.2; 60.2; 61.2; 140.2; 160.2; 198.2; 223.2; 239.2 |
Capriccio (1978) 15.3; 53.3; 58.3; 60.3; 61.3; 140.3; 160.3; 198.3; 223.3; 239.3 |
Contrabande 40.4; 70.2; 128.2; 151.1; 170.1; 251.3 |
Cyclus zonder naam 141.1-2; 158.2-3; 167.6-7; 192.1-2 |
|
Derde stuk, Natuur ligt in dromen verzonken 88.1-2; 89.2-3; 124.2; 124.4; 125.1-2; 209.2-3 |
De doem der maagschap 1.4; 148.4; 176.4; 191.4; 242.1 |
Dood aan de grutters 71.3-5 |
iii 33.2; 41.4; 50.3; 64.3; 122.3; 206.3; 236.3 |
iii. De doem der maagschap 1.2-3; 176.2-3; 191.2-3 |
Drie gedichten 11.1; 16.1; 43.1; 186.1; 236.1 |
iii /Vanuit Nergenshuizen 87.2-3; 107.1-2; 112.2-3; 196.1-2; 259.2-3 |
| |
| |
i 11.2-3; 26.2-3; 134.2-3; 186.2-3; 208.1-2; 255.2-3; 266.1-2 |
i. 253.2-3 |
Een en ander 17.1; 21.1; 27.1; 34.1; 67.1; 71.1; 76.1; 78.1; 91.1; 102.1; 127.1; 129.1; 132.1; 136.1; 147.1; 174.1; 175.2; 180.1; 207.1; 225.1; 226.1; 230.1; 240.1; 246.1; 257.1 |
i /Van meet af aan 50.2; 50.4; 106.2-3; 135.2-3; 178.2-3; 258.2-3 |
Eerste stuk, over de pastoor van Oudetonge 155.1-2; 156.1-2; 157.1-2; 179.1-2; 229.1-2 |
Entr'acte 168 |
Epiloog 6.3 |
|
Fabeldieren 47.1-2; 47.4; 52.1-2; 52.4; 77.2-3; 115.2; 115.5; 123.1-2; 202.1-3; 244.1-2 |
Gedichten 1.1; 20.1; 105.2; 162.1; 164.1; 191.1; 209.1; 237.1; 238.1 |
Gedichten gevonden in een map, gedateerd 1964 59.1; 65.2; 98.1; 120.1; 194.1; 217.2; 248.1; 263.2 |
Gesloten circuit 35.1; 37.1; 153.1; 161.1; 197.1; 200.1; 210.1 |
|
Hallo, hier Max Tak 95.1 |
Hoe de geliefde toneelkunstenares de zegeningen van haar publiek in ontvangst neemt 168 |
Hoe, om te besluiten, Zizi Maelstrom en Sacha Culpepper in hun voor- en achterkwartier hun mooie taak ten einde toe volbrengen, tot blijdschap van het publiek 168 |
Hoe Sacha Culpepper ontdekt werd 168 |
Hoe Zizi uiteindelijk haar aanbedene ontmoet 168 |
|
Idyllen van de achterpoort 89.4; 125.3; 162.4; 164.4; 237.4 |
|
Kalender/januari 152.1 |
|
Het laboratorium van het woord 17.4 |
De lettertuinkabouters 163.1 |
|
Maagdenburgse halve bollen 7.3; 23.2; 48.3; 50.4; 64.4; 83.3; 87.3; 93.3; 106.3; 107.2; 112.3; 122.4; 135.3; 145.2; 150.3; 177.2; 178.3; 184.3; 196.2; 205.2; 206.4; 211.3; 219.3; 221.3; 231.3; 252.3; 258.3; 259.3; 260.3 |
Nawoord 4.1; 80.1 |
Een nogal hoerig manifest 95.2; 118.1 |
|
De paden op, de lanen in 62.3; 88.3; 172.4; 203.4 |
De Phoenix spreekt 38.2; 159.2; 249.2 |
|
Raadsels, geprefabriceerd 3.4; 20.4; 69.3; 74.4; 105.5; 124.5; 139.4; 149.3; 247.4 |
|
De stenen van Venetië 22.1-3; 49.1-2; 49.4; 92.1; 96.1-3; 121.1-3; 124.3; 124.6; 212.1-3; 213.1-2 |
|
Tutti-frutti 11.3; 16.3; 26.3; 33.2; 41.4; 45.3; 109.2; 134.3; 186.3; 195.3; 208.2; 236.3; 243.2; 255.3; 266.2 |
ii 16.2-3; 45.2-3; 109.1-2; 195.2-3; 243.1-2 |
Twee acrostichons 67.1; 127.1 |
ii. Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker 42.1-2; 55.2-3; 187.1-2; 215.2-3; 238.2-3; 262.2-3 |
ii / Een kunstlooz' lied 145.1-2; 177.1-2; 206.2; 206.4; 231.2-3; 252.2-3 |
Twee fabeldieren 77.1; 115.1 |
Tweede stuk, onder de titel Een straatje om 20.2-3; 25.2-3; 74.2-3; 110.1-2; 216.1-2; 234.2-3 |
|
Uit: Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker (1969) 43.5; 46.5; 62.4; 139.5; 172.6; 176.5; 191.5; 203.5; 237.5; 251.5; 262.5 |
Uit: De os op de klokketoren (1981) 5.2; 10.2; 14.2; 18.2; 51.2; 54.2; 56.2; 81.2; 104.2; 130.2; 142.2; 220.2; 224.2; 256.2; 264.2 |
Uit: De verschrikking (1977) 9.4; 68.3; 82.3; 90.3; 117.4; 131.4; 137.4; 165.3; 183.4; 193.4; 201.3; 222.5; 261.3; 267.4 |
Uit: Fabeldieren (1975) 22.3; 44.2; 47.4; 49.4; 52.4; 57.2; 77.3; 96.3; 97.3; 115.5; 119.3; 121.3; 124.6; 173.4; 188.2; 202.3; 212.3 |
Uit: Gesloten circuit (1982) 13.2; 35.4; 36.4; 37.4; 113.4; 143.5; 153.4; 161.4; 197.4; 200.4; 210.4 |
Uit: Ik heb Goddank twee goede longen (1971) 3.5; 25.5; 69.4; 88.4; 105.6; 125.4; 148.6; 234.5 |
Uit: Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten (1968) 48.4; 50.5; 64.5; 93.4; 106.4; 122.5; 135.4; 150.4; 184.4; 205.3; 206.5; 219.4; 252.5; 258.4; 259.4; 260.4 |
Uit: Tutti-frutti (1972) 11.5; 26.4; 45.4; 266.3 |
| |
| |
Van hun eerste gezamenlijke schreden op het schouwtoneel 168 |
Van pril geluk 168 |
Verhalende poëzie, i 253.4 |
Verhalende poëzie, 2: Bruiloftsfeest, van uur tot uur 28.4; 29.4; 30.4; 31.4 |
De verschrikking 9.3; 19.2; 68.2; 82.2.; 90.2; 117.3; 131.3; 137.3; 138.2; 144.2; 146.2; 165.2; 182.2; 183.2; 193.3; 201.2; 222.3; 250.2; 261.2; 267.3 |
Verspreide gedichten 8.2; 32.2-3; 38.2; 70.3; 85.2-3; 100.2; 101.2-3; 108.2; 128.3; 158.4; 159.2; 166.2; 167.8; 228.2; 249.2 |
Vervolg op Hoe Sacha Culpepper ontdekt werd 168 |
Verwoest Arcadië, 28 94.1 |
Verwoest Arcadië, 49 63.1; 154.1 |
iv 168.2 |
iv. Idyllen van de achterpoort, gevolgd door een tweespraak 6.1-2; 162.2-3; 164.2-3; 237.2-3 |
iv / Lag jij maar hier 7.2-3; 48.2-3; 93.2-3; 205.1-2; 260.2-3 |
Vierde stuk, onder de titel Iets treffends 3.2-3; 73.2-3; 148.2-3; 149.1-2; 247.2-3 |
Vroege gedichten 12.2; 39.2; 120.2; 133.2; 217.3 |
v 33.1; 41.3; 236.2 |
v / De keerzijde van de arbeidersvreugde 23.1-2; 83.2-3; 211.2-3; 221.2-3 |
Vijf gedichten 43.1; 139.1; 203.1; 215.1; 262.1 |
v. Mengelwerk 43.2-3; 46.2-3; 62.1-2; 139.2-3; 172.2-3; 189.2-3; 203.2-3; 251.1-2 |
De vijfde colonne 193.1 |
Vijfde stuk, zes gedichten waaronder een acrostichon en een villanelle 40.2-3; 69.1-2; 99.2-3; 105.3-4; 169.2-3; 241.2-3 |
|
Waarin de loftrompet over Zizi Maelstrom door haar zelf wordt gestoken 168 |
Waarin de schrijver zich in indroeve bespiegelingen over de ouderdom verliest en hypochonders verzoekt terstond verder te gaan met het volgende vers 168 |
Waarin de Spiering en de Windbuil hun ingewilligde verlofaanvrage doorbrengen in een pension, maar zich de eerste dag vervelen 253 |
Waarin de Spiering en de Windbuil naar huis teruggekeerd zijn, alwaar eerstgenoemde een diender met tochtlatten, zonder succes, het bos instuurt 253 |
Waarin de trein een nieuw jaar tegemoetsnelt, of: Scripta manent, maar niet altijd 175.1 |
Waarin de Windbuil in het holst van de nacht een bezoek brengt aan de Spiering, die inmiddels een eengezinswoning heeft betrokken 253 |
Waarin Sacha Culpepper beseft dat het vrijgezellenbestaan niet altijd alles is 168 |
Waarin Sacha en Zizi hun langverdiende ‘echte’ succes behalen en ware verbeeldingskunstenaars blijken 168 |
Waarin tenslotte verteld wordt over de wandeling van de Windbuil en de Spiering naar de heuvel, waarvan geen terugkeer mogelijk is 253 |
Waarin van Sacha Culpeppers werkelijk geheel onbelangrijke misgreep verteld wordt 168 |
Waarin verteld wordt van de liederlijke dromen van de Spiering, die welstaanshalve de slaap het liefst afgeschaft zou zien 253 |
Waarin we beseffen dat ook grote kunstenaars hun eerste schreden moeten zetten 168 |
Waarin we Culpepper onder meer laveloos aantreffen 168 |
Waarin we kennismaken met het wel en wee ener tragédienne 168 |
Waarin wordt uitgeweid over de aard van Zizi Maelstroms rol 168 |
Waarin Zizi op drastische wijze afscheid neemt en de proloog ten einde is 168 |
We maken weer kennis met Zizi, die enigszins op jaren is 168 |
De woede der columnisten 66.1 |
vi / Daar is het gat van de deur 64.1; 64.4; 122.2; 122.4; 150.2-3; 184.2-3; 219.2-3 |
Zes gedichten 9.1; 117.1; 131.1; 137.1; 222.1; 267.1 |
Zes gedichten (uit de bundel ‘De sleutels zijn gebroken’) 75.1; 79.1; 133.1; 135.1; 190.1; 199.1 |
Zesde en laatste stuk, genaamd Bruiloftsfeest 28.2-3; 29.2-3; 30.2-3; 31.2-3 |
Een zonderlinge dag 63.2-4; 154.2-4 |
Zijnde het volgende vers, waarin niettemin veel onheil geschiedt 168 |
| |
| |
| |
Bronnenregister
Aarts' letterkundige almanak [...] 152.1 |
Alle vlees is als gras / Ik heb Goddank twee goede longen 1.4; 3.4; 6.3; 20.4; 25.4; 28.4; 29.4; 30.4; 31.4; 40.4; 42.3; 43.4; 46.4; 55.4; 62.3; 69.3; 70.2; 72.2; 74.4; 88.3; 89.4; 99.4; 105.5; 124.5; 125.3; 128.2; 139.4; 148.4; 149.3; 151.1; 162.4; 164.4; 169.4; 170.1; 172.4; 176.4; 187.3; 191.4; 203.4; 209.4; 215.4; 216.3; 234.4; 237.4; 238.4; 242.1; 247.4; 251.3; 253.4; 262.4; 265.1 |
Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker 1.2; 6.1; 42.1; 43.2; 46.2; 55.2; 62.1; 139.2; 162.2; 164.2; 172.2; 176.2; 187.1; 189.2; 191.2; 203.2; 215.2; 237.2; 238.2; 251.1; 253.2; 262.2 |
Alle vlees is als gras, of Het knekelhuis op de dodenakker. - 2e dr. 1.3; 6.2; 42.2; 43.3; 46.3; 55.3; 62.2; 139.2; 162.3; 164.3; 172.3; 176.3; 187.2; 189.3; 191.3; 203.3; 215.3; 237.3; 238.3; 251.2; 253.3; 262.3 |
Alles onecht 3.5; 5.2; 8.2; 9.4; 10.2; 11.5; 12.2; 13.4; 14.2; 15.3; 18.2; 22.3; 25.5; 26.4; 32.3; 35.4; 36.4; 37.4; 38.2; 39.2; 43.5; 44.2; 45.4; 46.5; 47.4; 48.4; 49.4; 50.5; 51.2; 52.4; 53.3; 54.2; 56.2; 57.2; 58.3; 60.3; 61.3; 62.4; 64.5; 68.3; 69.4; 70.3; 77.3; 81.2; 82.3; 85.3; 88.4; 90.3; 93.4; 96.3; 97.3; 101.3; 104.2; 105.6; 106.4; 113.4; 115.5; 117.4; 119.3; 120.2; 121.3; 122.5; 124.6; 125.4; 128.3; 130.2; 131.4; 133.2; 135.4; 137.4; 139.5; 140.3; 142.2; 143.5; 148.6; 150.4; 153.4; 158.4; 159.2; 160.3; 161.4; 165.3; 167.8; 172.6; 173.4; 176.5; 181.4; 183.4; 184.4; 188.2; 191.5; 193.4; 197.4; 198.3; 200.4; 201.3; 202.3; 203.5; 205.3; 206.5; 210.4; 212.3; 217.3; 219.4; 220.2; 222.5; 223.3; 224.2; 228.2; 234.5; 237.5; 239.3; 249.2; 251.5; 252.5; 256.2; 258.4; 259.4; 260.4; 261.3; 262.5; 264.2; 266.3; 267.4 |
Avenue (1982) 35.1; 37.1; 153.1; 161.1; 197.1; 200.1; 210.1 |
Averechts 71.3 |
Averechts. - 2e dr. 71.4 |
Averechts. - 3e dr. 71.5 |
Banaal alfabet 17.2 |
Banaal alfabet. - 2e dr. 17.3 |
Het beste van Boudewijn 111.2 |
|
Capriccio 15.1; 53.1; 58.1; 60.1; 61.1; 140.1; 160.1; 198.1; 223.1; 239.1 |
Catalogus 30: Komrij 40 227.1 |
The Comreigh critter and other verse 11.4; 47.3; 49.3; 52.3; 115.4; 148.5; 172.5; 173.3; 183.3; 222.4; 251.4; 252.4 |
|
Dekonstruktie in vier delen 39.1 |
De dichter 41.2 |
Dit helse moeras 17.4; 132.2 |
Dood aan de grutters 71.2 |
Een doodgezwegen spreker [...] 103.2 |
Drie mannetjesputters van de Arbeiderspers [...] 100.1 |
33 Sonnetten 70.1; 128.1 |
|
Fabeldieren 22.2; 44.1; 47.2; 49.2; 52.2; 57.1; 77.2; 92.2; 96.2; 97.2; 115.2; 119.2; 121.2; 123.2; 124.3; 173.2; 188.1; 202.2; 212.2; 213.2; 244.2; 254.3 |
Gesloten circuit [...] 13.2; 35.2; 36.1; 37.2: 113.2; 116.1; 141.1; 143.2; 153.2; 158.2; 161.2; 167.6; 181.2; 192.1; 197.2; 200.2; 210.2; 232.1 |
Gesloten circuit [...] - 2e dr. 13.3; 35.3; 36.3; 37.3; 113.3; 116.2; 141.2; 143.3; 153.3; 158.3; 161.3; 167.7; 181.3; 192.2; 197.3; 200.3; 210.3; 232.2 |
De Gooi- en Eemlander (1979) 167.2 |
|
Haarlems dagblad (1979) 167.4 |
Herinnering aan Holland 21.2 |
Hollands maandblad (1965) 259.1; 260.1
(1966) 48.1; 50.1; 112.1
(1967) 7.1; 64.1; 87.1; 150.1; 206.1; 231.1; 258.1
(1968) 93.1; 103.1; 106.1; 122.1; 184.1; 219.1; 253.1
(1969) 43.1; 46.1; 55.1; 139.1; 172.1; 176.1; 189.1; 203.1; 215.1; 262.4
(1970) 99.1; 234.1
(1971) 3.1; 25.1; 28.1; 29.1; 30.1; 31.1; 40.1; 73.1; 74.1; 89.1; 124.1; 148.1; 169.1; 247.1
(1972) 11.1; 26.1; 41.1; 45.1; 134.1; 168.1; 186.1; 195.1; 255.1
(1973) 168.4
(1975) 22.1; 49.1; 92.1; 96.1; 121.1; 212.1; 213.1
(1977) 9.1; 117.1; 131.1; 137.1; 222.1; 267.1 |
| |
| |
Ik heb Goddank twee goede longen 3.2; 20.2; 25.2; 28.2; 29.2; 30.2; 31.2; 40.2; 69.1; 73.2; 74.2; 88.1; 89.2; 99.2; 105.3; 110.1; 124.2; 125.1; 148.2; 149.1; 155.1; 156.1; 157.1; 169.2; 179.1; 209.1; 216.1; 229.1; 234.2; 241.2; 247.2 |
Ik heb Goddank twee goede longen. - 2e dr. 3.3; 20.3; 25.3; 28.3; 29.3; 30.3; 31.3; 40.3; 69.2; 73.3; 74.3; 88.2; 89.3; 99.3; 105.4; 110.2; 124.4; 125.2; 148.3; 149.2; 155.2; 156.2; 157.2; 169.3; 179.2; 209.3; 216.2; 229.2; 234.3; 241.3; 247.3 |
|
Kaas & brood (1963) 12.1 (196?) 75.1; 79.1; 133.1; 135.1; 190.1; 199.1 |
Kinderballade [...] 111.1 |
Kinderlijk [..] 180.2; 226.2 |
Komrij's patentwekker 114.2 |
Komrij's patentwekker. - 2e dr. 114.3 |
Het Komrij-wezen 115.3 |
Het kroost van Aagt Morsebel 86.1; 136.2 |
Het kroost van Aagt Morsebel. - 2e dr. 86.2; 136.3 |
|
Leo Hofman 143.4 |
|
Maagdenburgse halve bollen en andere gedichten 7.2; 23.1; 48.2; 50.2; 64.2; 83.2; 87.2; 93.2; 106.2; 107.1; 112.2; 122.2; 135.2; 145.1; 150.2; 177.1; 178.2; 184.2; 196.1; 205.1; 206.2; 211.2; 219.2; 221.2; 231.2; 252.2; 258.2; 259.2; 260.2 |
Maatstaf (1967) 221.1
(1969) 191.1; 237.1; 238.1
(1970) 163.1
(1971) 20.1; 105.2; 209.1; 241.1
(1972) 95.1
(1973) 72.1
(1975) 47.1; 52.1; 123.1; 202.1; 244.1;
(1977) 85.1
(1979) 13.1; 143.1 |
Mannenmaat [...] 113.1 |
nrc-Handelsblad (1970) 2.1
(1972) 168.3
(1976) 193.1
(1977) 32.1
(1978) 71.1; 147.1; 175.2; 263.1
(1979) 129.1; 136.1; 225.1
(1980) 21.1; 34.1; 91.1
(1981) 27.1; 132.1; 207.1; 230.1; 257.1
(1982) 78.1; 126.1; 174.1
(1983) 17.1; 76.1; 102.1; 180.1; 226.1; 240.1; 246.1
(1984) 67.1; 127.1 |
De Nederlandse poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in duizend en enige gedichten 41.5 |
De Nederlandse poëzie [...]. - 2e dr. 41.6 |
De Nederlandse poëzie [...]. - 3e dr. 41.7 |
De Nederlandse poëzie [...]. - 4e dr. 41.8 |
De Nederlandse poëzie [...]. - 5e dr. 41.9 |
De Nederlandse poëzie [...]. - 6e dr. 41.10 |
Nieuwsblad voor het noorden (1979) 167.1 |
|
Onherstelbaar verbeterd 21.3; 34.2; 171.1; 207.2; 257.2 |
Onherstelbaar verbeterd. - 2e dr. 21.4; 27.2; 34.3; 78.2; 171.2; 207.3; 230.2; 257.3 |
De ontmoeting 166.1 |
Het onzichtbare labyrint 167.5 |
Op de planken 168.5 |
Op de planken. - 2e dr. 168.6 |
Op goede gronden [...] 36.2 |
De os op de klokketoren 5.1; 10.1; 14.1; 18.1; 51.1; 54.1; 56.1; 81.1; 104.1; 130.1; 142.1; 214.1; 218.1; 220.1; 224.1; 233.1; 235.1; 245.1; 256.1; 264.1 |
|
Peper en zout 181.1 |
De Phoenix spreekt 38.1; 159.1; 249.1 |
Podium (1969) 1.1; 162.1; 164.1 |
Poetry international [...] 254.2 |
Poëzie is een daad van bevestiging [...] 108.1 |
Praag 185 |
Proefpagina [...] 83.1; 178.1; 211.1; 252.1 |
Propria cures (1974) 77.1; 114.1; 115.1
(1975) 24.1; 97.1; 173.1
(1977) 101.1
(1978) 65.1; 217.1
(1980) 158.1 |
Provinciale Zeeuwse courant (1971) 105.1 |
|
De revisor (1974) 119.1; 254.1 |
|
Het schip De wanhoop [...] 7.3; 9.3; 11.3; 15.2; 16.3; 19.2; 23.2; 26.3; 32.2; 33.2; 41.4; 45.3; 48.3; 50.4; 53.2; 58.2; 59.1; 60.2; 61.2; 64.4; 65.2; 68.2; 82.2; 83.3; 85.2; 87.3; 90.2; 93.3; 98.1; 100.2; 101.2; 106.3; 107.2; 108.2; 109.2; 112.3; 117.3;
|
| |
| |
120.1; 122.4; 131.3; 134.3; 135.3; 137.3; 138.2; 140.2; 144.2; 145.2; 146.2; 150.3; 160.2; 165.2; 166.2; 177.2; 178.3; 182.2; 183.2; 184.3; 186.3; 193.3; 194.1; 195.3; 196.2; 198.2; 201.2; 204.2; 205.2; 206.4; 208.2; 211.3; 217.2; 219.3; 221.3; 222.3; 223.2; 231.3; 236.3; 239.2; 243.2; 248.1; 250.2; 252.3; 255.3; 258.3; 259.3; 260.3; 261.2; 263.2; 266.2; 267.3 |
Schrijfrecept 8.1 |
Sing Sing 204.1 |
Soma (1972) 16.1; 236.1 |
|
Tubantia (1979) 167.3 |
Tutti-frutti 11.2; 16.2; 26.2; 33.1; 41.3; 45.2; 50.3; 64.3; 95.2; 109.1; 118.1; 122.3; 134.2; 168.2; 186.2; 195.2; 206.3; 208.1; 236.2; 243.1; 255.2; 266.1 |
|
De vampier en de grafdelver [...] 227.2 |
Van de seconde die een eeuw wil zijn 228.1 |
De verschrikking 9.2; 19.1; 68.1; 82.1; 90.1; 117.2; 131.2; 137.2; 138.1; 144.1; 146.1; 165.1; 182.1; 183.1; 193.2; 201.1; 222.2; 250.1; 261.1; 267.2 |
Verwoest Arcadië 63.2; 154.2 |
Verwoest Arcadië. - 2e dr. 63.3; 154.3 |
Verwoest Arcadië. - [3e dr] 63.4; 154.4 |
Vrij Nederland (1978) 63.1; 94.1; 154.1 (1984) 66.1 |
|
Waarin de trein een nieuw jaar tegemoetsnelt [...] 175.1 |
De wonderbaarlijke lotgevallen van Jubal Jubelslee 4.1; 80.1 |
| |
Personenregister
Aafjes, Bertus 70.1; 128.1 |
Achterberg, Gerrit 34.2-3 |
Allee, Bert 83.1; 178.1; 211.1; 252.1 |
Amerongen, Martin van 66 |
|
Bakker, Kees de 39 |
Berger, Wout 35.1; 37.1; 153.1; 161.1; 197.1; 200.1; 210.1 |
Bloem, J.C. 207.2-3 |
Buddingh', C. 108.1 |
Busch, Wilhelm 126.1 |
|
Cartens, Daan 111 |
|
Feith, Rhijnvis 174.1 |
|
Génestet, P.A. de 27.1-2 |
Génestetski juniorski, P.A. de 27.1 |
Gezelle, G. 40 |
Groot, Boudewijn de 111 |
|
Harmsen van der Beek, Fritzi ten 86.1-2; 136.2-3 |
Hart, Maarten 't 100.1 |
Hazan, Jack 10.2 |
Hekma, Gert 113.1 |
Hoekstra, Han G. 230.1-2 |
Hoekstra jr., Han G. 230.1 |
Hofman, Charles Leopold 168.5-6 |
Hofman, Leo 143.1, 143.4 |
Horatius 39 |
Huijer, Willem 227.1 |
|
Keulen, Mensje van 100.1 |
Kloos, Willem 171.1-2 |
|
Lowland, Jacob 11.4; 47.3; 49.3; 52.3; 115.4; 148.5; 172.5; 173.3; 183.3; 222.4; 251.4; 252.4 |
|
Manen, Jaap van 113.1 |
Marsman, H. 21.3-4 |
Meinen, Jan Bernhard 9.2; 19.1; 68.1; 82.1; 90.1; 117.2; 131.2; 137.2; 138.1; 144.1; 146.1; 165.1; 182.1; 183.1; 193.2; 201.1; 222.2; 250.1; 261.1; 267.2 |
Monroe, Marilyn 56.1 |
|
Nooteboom, Cees 35.1; 37.1; 153.1; 161.1; 197.1; 200.1; 210.1 |
Nijhoff, Martinus 257.2-3 |
|
Paridon,Joris 241.1 |
|
Rockwell, Norman 220.1 |
Röben, Paul 35.1; 37.1; 153.1; 161.1; 197.1; 200.1; 210.1 |
Roland Holst- Van der Schalk, Henriëtte 78.1-2 |
Roland Holst- Van der Schalk jr., Henriëtte 78.1 |
Rijmrok, Griet 95 |
|
Tibergien, Willy 152.1 |
| |
| |
Töpffer, Rodolphe 4.1; 80.1 |
Tollens, H. 246.1 |
Veerkamp, Joost 5.1; 10.1; 14.1; 18.1; 51.1; 54.1; 56.1; 81.1; 104.1; 130.1; 142.1; 214.1; 218.1; 220.1; 224.1; 233.1; 235.1; 245.1; 256.1; 264.1 |
Vliet, Eddy van 108.1 |
Vondel, Joost van den 180.1-2; 226.1-2 |
Vos, Peter 85.1 |
Vugt, Janwillem van 167.1-4 |
|
Welsink, Dick 152.1 |
Wittenberns, Eric 204.1 |
Woldhek, Siegfried 100.1 |
|
Zanger, Jan F. de 24 |
|
|